Maand: januari 2023

Protocol veilig werken

In de arc van 19 januari zijn vragen gesteld over het protocol veilig werken politieke ambtsdragers. De beantwoording is op 26 januari via de mail naar uw raad gestuurd omdat het punt op de agenda van de raad stond. Het lijkt ons college goed om u ook op deze manier nog te informeren.

De portefeuillehouder heeft naar de vraag laten kijken waarbij het volgende antwoord is gegeven:

Er wordt door het commissielid verwezen naar artikel 162, eerste lid Sv:

Openbare colleges en ambtenaren die in de uitoefening van hun bediening kennis krijgen van een misdrijf met de opsporing waarvan zij niet zijn belast, zijn verplicht daarvan onverwijld aangifte te doen, met afgifte van de tot de zaak betrekkelijke stukken, aan de officier van justitie of aan een van zijn hulpofficieren,
a. indien het misdrijf is een ambtsmisdrijf als bedoeld in titel XXVIII van het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, dan wel
b. indien het misdrijf is begaan door een ambtenaar die daarbij een bijzondere ambtsplicht heeft geschonden of daarbij gebruik heeft gemaakt van macht, gelegenheid of middel hem door zijn ambt geschonken, dan wel
c. indien door het misdrijf inbreuk op of onrechtmatig gebruik wordt gemaakt van een regeling waarvan de uitvoering of de zorg voor de naleving aan hen is opgedragen.

De onder sub (a) genoemde misdrijven zijn ambtsmisdrijven en kunnen als zodanig uitsluitend gepleegd worden door ambtenaren. Het onder sub (b) opgenomen criterium heeft betrekking op (‘gewone’) misdrijven gepleegd door een ambtenaar. Het onder sub (c) opgenomen criterium verwijst naar de in sub (a) en (b) genoemde misdrijven. Het artikel(lid) is dus gericht op misdrijven begaan door ambtenaren, terwijl het protocol gaat over ‘misdrijven’ gepleegd door inwoners jegens politieke ambtsdragers.

De relatie die gelegd wordt tussen het protocol en artikel l162 Sv ontgaat ons daarom, en lijkt ons ook niet juist.

De basisafspraak is leidend: De basisafspraak is dat de politieke ambtsdrager grensoverschrijdend gedrag (agressie, geweld, (seksueel-) intimiderend gedrag, pestgedrag zowel verbaal, fysiek en/of digitaal) vanwege zijn of haar functie intern meldt en vervolgens de vastgestelde handelswijze van dit protocol volgt. De afspraken zijn er op gericht regie te voeren zodra sprake is van grensoverschrijdende gedrag.

En het protocol (de meldingsprocedure) is helder: Als sprake is van strafbare feiten doet de gerechtigd vertegenwoordiger van de gemeente in alle gevallen en in overleg met de betrokkene daarvan aangifte.

Ruimtelijke randvoorwaarden perceel Zakedijkje/Natteweg

Meerdere geïnteresseerden hebben zich bij de gemeente gemeld of een woningbouwontwikkeling op het perceel aan het Zakedijkje c.q. de Natteweg (nummer 3462) mogelijk zou zijn. Als reactie hierop is een set aan randvoorwaarden gesteld waaraan een eventuele woningbouwontwikkeling ten minste moet voldoen. Deze ruimtelijke kaders zijn tot stand gekomen in overleg met de Provincie Noord-Holland (in verband met de toewijzing van de gronden als BPL). De randvoorwaarden hebben in het kort betrekking op de volgende aspecten:

  • Een bouwplan met een kleinschalig karakter passend bij de karakteristiek en de overgang van dorp naar landelijk gebied (maximaal 11 woningen);
  • Behoud van groen, openheid en natuurwaarden;
  • Realiseren van betaalbare woningen (conform woonbeleid en doelgroepenverordening);
  • Een veilige verkeersafwikkeling via het Zakedijkje en parkeergelegenheid dient op het perceel opgelost te worden;
  • Aandacht voor energieneutraliteit en duurzame grondstoffen;
  • Aandacht voor natuurinclusief en klimaatadaptief bouwen;
  • Participatie met de omgeving (conform Participatiebeleid).

Samenvattend kan worden gesteld dat het een locatie is met een kenmerkend groen en de overgang vormt tussen dorp en polder. Daarnaast is er sprake van aanwezige natuurwaarden. Een ontwikkeling kan enkel plaatsvinden met een kleine schaal en met inachtneming van deze kernkwaliteiten.

Een vervolg is afhankelijk van de inspanningen van de (toekomstig) eigenaar van het perceel en wordt via de gebruikelijke procedure in behandeling genomen. Om de woningbouw eventueel mogelijk te maken is een bestemmings- of omgevingsplanwijziging nodig. Een vast te stellen plan wordt ambtelijk voorbereid en vervolgens door ons college ter vaststelling voorgelegd aan de raad.

Bijlage:

Op weg naar klimaatadaptieve en natuurinclusieve gemeenten

Tijdens de raadsinformatieavond op 12 januari 2023 is een toezegging aan de gemeenteraad gedaan om extra uitleg te geven over de financiering van het beleid en uitvoeringsprogramma klimaatadaptatie en natuurinclusief bouwen.

Het uitvoeringsprogramma is voor een deel afhankelijk van de klimaatgelden van het rijk, ook wel Jetten-gelden genoemd, die uitgekeerd gaan worden in de meicirculaire. Later in het eerste kwartaal worden deze middelen in een eigen raadsvoorstel aangevraagd, met een begrotingswijziging voor het gehele Programma Klimaat. Deze middelen worden door het Rijk ter beschikking gesteld aan gemeenten om de personele capaciteit uit te breiden, zodat de opgaven uit het Klimaatakkoord 2019 uitgevoerd kunnen worden. Dit worden beklemde middelen (SPUK) genoemd die niet voor andere uitgaven mogen worden aangewend. Met deze middelen kan ook externe inhuur worden gefinancierd.

Overige financiële middelen

De financiën vanuit het Programma Klimaat worden vooral ingezet voor kennisontwikkeling, borging in de organisatie en campagne naar de buitenwereld. De plusambitie van Bergen is qua klimaatadaptatie gericht op eigen vastgoed en bedrijventerreinen. Het daadwerkelijk realiseren van klimaatadaptieve en natuurinclusieve maatregelen in de openbare ruimte wordt vaak gefinancierd met rioolbudget (bij een relatie met water), wegenbudget en groenbudget. Bij ontwikkeling van deze beleidsterreinen wordt ook meegedacht door beleidsmedewerkers klimaatadaptatie en natuurinclusief.

Voor de particuliere ruimte wordt een Stimuleringsregeling klimaatadaptieve maatregelen voor particulieren voorbereid. Deze wordt grotendeels betaald uit de rioolheffing en is daarom gekoppeld aan het Programma Water en Riolering, nieuw water- en rioleringsbeleid, dat later dit kwartaal ter vaststelling aan de raad wordt aangeboden.

Kunst in de kern

In 2021 is de beleidsnota Kunst en Cultuur 2021-2026 vastgesteld door de raad. Op basis van deze nota heeft het college de subsidieregeling Kunst in de kern 2021 vastgesteld. Deze regeling valt onder het programma Een aantrekkelijke gemeente. Dit programma is gericht op het verbeteren van economische doelstellingen, zoals het aantrekken van meer kwaliteitstoeristen en seizoensverlenging. De raad wil deze doelen bereiken door o.a. de zichtbaarheid van de unieke culturele profielen van de drie dorpskernen te vergroten.

Het college heeft de subsidieregeling op 10 januari 2023 aangepast naar aanleiding van een evaluatie. Het college informeert u hierbij over de belangrijkste wijzigingen van de subsidieregeling Kunst in de kern 2023.

Dit zijn de wijzigingen in de puntentelling:

Puntentelling Kunst in de kern 2023Was – 2022Is nu – 2023
Thema cultuurhistorie, natuur en (hedendaagse) kunsten (*)40
Woonachtig of binding met gemeente Bergen55
Buiten het seizoen / schouderseizoen (vanaf na herfstvakantie tot aan Pasen) (**) 10
Realistische productie- en financieringsplan1020
Artistieke kwaliteit van het plan2025
Pluriformiteit van het podium/kunstenaanbod in de gemeente Bergen 15
Publieksbereik: bezoekers en inwoners2525
100100
Minimaal punten om voor subsidie in aanmerking te komen isGeen minimumMinimaal 45

Toelichting: Belangrijkste wijzigingen:

(*) Het is opgevallen dat aanvragers voor projecten in de kern Bergen de regeling goed weten te vinden. Voor de Egmonden en Schoorl waren er beduidend minder aanvragen. De koppeling van een aanvraag aan de specifieke eigenschappen van de kernen werkte belemmerend, bleek uit sommige aanvragen die net niet aansloten bij de regeling en de reacties uit het veld.

Daarom gelden de gestelde thema’s cultuurhistorie (in eerste instantie voor de Egmonden), (hedendaagse) kunsten (in eerste instantie voor de kern Bergen) en natuur (in eerste instantie voor de kern Schoorl) voortaan voor elke kern. Met andere woorden: een aanvraag moet minimaal aan een van de drie thema’s voldoen om in aanmerking te komen voor deze subsidieregeling. Daarom worden er geen punten meer aan toegekend.

(**)

Een van economische doelstellingen van de gemeente voor Kunst in de kern is seizoenverlenging. Daarom is in de puntentelling aanvullend seizoensverlenging meegenomen: hiermee bedoelen we projecten die buiten het toeristisch seizoen plaatsvinden: de periode vanaf na herfstvakantie tot aan Pasen.

Op de website van Bergen is deze subsidieregeling te vinden: Subsidies kunst en cultuur (bergen-nh.nl)

Voortgang Onderwijs huisvestingsuitvoering

Op 19 januari 2023 zijn de stukken over de financiering van de tijdelijke huisvesting van de BSG tijdens de renovatie/ nieuwbouw van het gebouw aan de Rondelaan 34 in Bergen naar de raad gestuurd. De agendacommissie heeft ingestemd met de behandeling in de arc van 9 februari  en de raad van 23 februari 2023.

Bij beschikbaar stelling van de middelen voor de tijdelijke huisvesting kan SOVON (het schoolbestuur van de BSG) verder met de renovatie/nieuwebouw van het gebouw aan de Rondelaan. De planning op dit moment is dat de tijdelijke huisvesting kan worden betrokken met ingang van het schooljaar 2023/2024. Vanaf dat moment wordt begonnen met de werkzaamheden aan het gebouw aan de Rondelaan. De planning is dat die gereed is eind 2024, zodat de BSG in de kerstvakantie van 2024/2025 terug kan naar het gebouw aan de Rondelaan. Aan SOVON is het voorbereidingskrediet van 8 % van het investeringkrediet in 2022 beschikbaar gesteld. Dat bedrag wordt in mindering gebracht op het investeringskrediet.

De plannen van het schoolbestuur van de Adriaan Roland Holst school (stichting voor voortgezet vrijeschool onderwijs in Noord-Holland) VVNH om te komen tot renovatie/nieuwbouw van het Kloosterpoort-deel van het huidige PCC-gebouw aan de Loudelsweg 14a in Bergen zijn in voorbereiding. Aan VVNH is in 2022 het voorbereidingskrediet van 8 % van het investeringskrediet beschikbaar gesteld. De verwachting is dat in 2023 het plan tot stand komt en dat in 2024 de werkzaamheden aan het gebouw worden verricht.

Het plan om te komen tot de nieuwbouw van een IKC in Egmond aan den Hoef door Blosse Onderwijs, het schoolbestuur van basisschool De Kiem is in ontwikkeling. De eerste gesprekken tussen de gemeente en het schoolbestuur zijn gaande. Daarbij is speciale aandacht voor de participatie van en communicatie met de direct omwonenden en de inwoners van het dorp. Ook aan Blosse is in 2022 het voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld. In dit geval is de verwachting dat in 2023 het plan wordt uitgewerkt en dat in 2024/2025 de nieuwbouw plaats vindt.  

 

NPO activiteiten

Voor de behandeling van de tweede beleidsrapportage zijn door de fractie van D66 vragen gesteld. Hierbij de beantwoording van de vraag over de Nationaal Programma Onderwijs (NPO) gelden. Van de besteding van de NPO gelden is een actueel overzicht beschikbaar, die aan deze nieuwbrief is toegevoegd. In december is dit een overzicht gedeeld met  de betrokken partners w.o.  onderwijs kinderopvang.

Bijlage:

BUCH Activiteitenoverzicht NPO 2023

Jaarverslag ARK

Wij sturen u hierbij ter informatie het jaarverslag 2021 van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit Bergen, de voormalige welstandscommissie.

Op grond van de Woningwet artikel 12c leggen burgemeester en wethouders eenmaal per jaar ter informatie aan de gemeenteraad een jaarverslag voor van de ARK. In deze begeleidende tekst gaat wij in op welke wijze wij omgaan met de aanbevelingen die opgenomen zijn in het jaarverslag. Voor de BUCH-gemeenten wordt de ARK ingevuld door de stichting MOOI Noord-Holland.

De adviezen van de welstandscommissie aan ons college zijn gedurende 2021 alle overgenomen.

Het jaarverslag is in het voorjaar 2021 besproken met een vertegenwoordiging van de ARK, Mooi Noord-Holland, de wethouder, de gemeentelijke stedenbouwkundige en de toelichter van de werkorganisatie BUCH.

De Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen doet – vanuit haar ervaringen en inzichten – de volgende aanbevelingen: Het antwoord van ons college is cursief toegevoegd

  1. Er is één Q-team ingesteld. Vroeger waren er meer. De commissie vraagt om de uitgangspunten voor het wel of niet instellen van een Q-team duidelijk te maken.

Het installeren van een Q-team* is maatwerk, afhankelijk van de opdracht, de gewenste rol, de werkwijze, het mandaat, de wijze van participatie en de relatie tot de ARK. Deze punten dienen per keer steeds doordacht, benoemd en besproken te worden.

  1. De samenwerking met de stedenbouwkundigen van de gemeente is goed. Ten behoeve van de overzichtelijkheid beveelt de commissie een periodieke presentatie (bijvoorbeeld tweemaal per jaar) aan over de nieuwe stedenbouwkundige ontwikkelingen.

Dit is mogelijk, maar de commissie wordt bij grote ontwikkelingen ook op regelmatiger basis betrokken.

  1. Groen is steeds belangrijker geworden, niet alleen bij de gemeente, maar ook in de behandeling van de plannen. Een presentatie van het groenbeleidsplan van de gemeente in de commissievergadering valt daarom aan te bevelen.

Dit is mogelijk en zal opgepakt worden.

  1. In het nieuwe gemeentelijke instrumentarium en vooral in de omgevingsvisie en het omgevingsplan worden nieuwe kaders, doelen en regels ontwikkeld. Uw commissieleden – onze adviseurs – worden graag betrokken bij de ontwikkeling van deze kaders. We hebben ruime ervaring opgedaan bij het ontwikkelen van nieuwe minder gedetailleerde en op maatschappelijke doelen en rendement gebaseerde kaders. Deze knowhow stellen we graag ter beschikking.

Het college maakt graag gebruik van deze kennis van zaken.

  1. Vóór de invoeringsdatum van de Omgevingswet zal de gemeenteraad een gemeentelijke adviescommissie moeten instellen. Deze gemeentelijke adviescommissie zal de opvolger worden van de bestaande adviescommissies voor welstand en monumenten. Wij kunnen ons voorstellen dat deze commissie voorlopig min of meer dezelfde taakomschrijving meekrijgt als de voorgaande commissie, ook omdat veel van het huidige beleid ook min of meer beleidsneutraal wordt overgezet. Toch raden wij u aan de inzet op een vroegtijdige en brede advisering verder door te zetten.

Het instellingsbesluit is in voorbereiding en de commissie wordt daarbij geconsulteerd.

  1. Bovendien zien wij dat er belangrijke aspecten kunnen meeliften bij de advisering. Een belangrijke factor voor ruimtelijke kwaliteit is de toekomstwaarde. Het belang hiervan zal de komende jaren uiting krijgen in een grotere aandacht voor duurzaamheid, biodiversiteit, klimaatadaptatie, natuur inclusief bouwen, respect voor landschap, cultuur-historisch landschap, water en bodem, en op het sociale vlak toename van de aandacht voor participatie en kansengelijkheid. Het zijn onderwerpen die onze adviseurs zich als specialisten eigen maken om als vanzelfsprekend bij de advisering te betrekken.

In het omgevingsplan komen alle aspecten van de fysieke leefomgeving samen. De wijze van advisering wordt daarop afgestemd.

  1. Er speelt op dit moment veel als het gaat om de verankering van erfgoed in het toekomstige omgevingsbeleid en dit vergt veel van de erfgoedspecialisten bij gemeenten. Onze ervaring is dat er op veel plekken tekort aan capaciteit is. Bovendien is menskracht moeilijk te vinden. Met het Steunpunt Monumenten & Archeologie Noord-Holland proberen we waar het kan binnen bepaalde grenzen ondersteuning te bieden. Laat vooral weten wanneer hulp gewenst is.

Dit is bekend en hiervan wordt wanneer nodig graag gebruik gemaakt.

* Een Q-team (kwaliteitsteam) heeft als taak de ruimtelijke kwaliteit van een planontwikkeling te begeleiden, te bewaken en te toetsen. Zo’n team wordt ingesteld op maat als een project in dat opzicht een grote stroom werk met zich meebrengt en/of bijzondere zorg nodig heeft en/of als er snel gewerkt moet worden.

Tot slot
De tweewekelijkse zitting van de commissie ARK betreft een openbare bijeenkomst, ook raadsleden worden van harte uitgenodigd daar eens langs te komen. Voor meer informatie over deze zitting kunt u contact opnemen met de betreffende beleidsmedewerker Duco van der Hoeven: ducovanderhoeven@debuch.nl.

Bijlage:

Periodiek verslag klachten

Hierbij ontvangt u ter informatie het Periodiek verslag klachten. Het verslag is een overzicht van de klachtafhandeling voor de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo. Dit overzicht bevat de klachten die in 2022 zijn afgehandeld tussen 1 januari en 1 juli 2022 door Werkorganisatie BUCH. Er wordt een vergelijking gemaakt met dezelfde periode in 2021.

Bij geringe verschillen wordt er geen verklaring gegeven. Bestuurlijke klachten (1 in deze periode) worden verder verantwoord in het jaarverslag klachten.

Totalen

In 2022 zijn in de periode januari t.m. juni 200 klachten behandeld. Daarvan waren er 118 gegrond. Het aantal geregistreerde klantcontacten via het klantcontactcentrum (KCC) bedraagt in deze periode: 32.300. Via de balie zijn er 17.868 klantcontacten. Er zijn 8.348 meldingen ingediend via het  meldingen systeem openbare ruimte (FIXI). Het percentage ingediende klachten t.o.v. het aantal geregistreerde klantcontacten bedraagt 0,3. Het aantal ingediende klachten tussen 01 januari en 01 juli 2022 ten opzichte van dezelfde periode in 2021, is gedaald met 5% (11). Het aantal gegronde klachten is gedaald met 11%. (15).

Externe partijen en Meldingen Openbare Ruimte / FIXI

In de eerste helft van 2022 werden 13 klachten ingediend die bedoeld waren voor externe partijen of bedoeld waren als klacht/melding openbare ruimte Dit aantal maakt geen deel uit van het totaal aantal behandelde klachten. In dezelfde periode in 2021 waren dit er 80. Er zijn minder klachtformulieren ingediend die als een melding openbare ruimte waren bedoeld. Gebleken is dat het soms onvoldoende duidelijk was waar de knop “melding” voor stond op de website. Dit is aangepast en heeft een positief resultaat.

Doorlooptijden klachten

Er is één klacht niet binnen de wettelijk gestelde termijn afgehandeld. Dit zijn er 2 minder dan dezelfde periode in 2021.

Aantal gegrondeklachten per gemeente

Gemeente Bergen: 40

Gemeente Uitgeest: 18

Gemeente Castricum: 33

Gemeente Heiloo: 27

Nationale ombudsman

Er is één onderzoek verricht door de nationale ombudsman en daarbij is de klacht gegrond verklaard.

Klachtencommissie Jeugd

Formele klachten over jeugdzaken worden behandeld door een onafhankelijke klachtencommissie Jeugd volgens paragraaf 4.2.a van de Jeugdwet. In deze periode zijn er twee zaken in behandeling genomen. Van deze klachten is er één klacht gegrond verklaard. De andere klacht is nog in behandeling.

Complimenten

Naast de mondelinge complimenten zijn er ook inwoners die digitale en schriftelijke complimenten. Er zijn 32 complimenten aangemeld

Voor nadere informatie verwijzen wij u naar het halfjaarlijkse verslag 2022.

Bijlage:

Vergunningverlening bomenkap

Vanwege het ontbreken van een archeologisch onderzoek bij de aanvraag is PWN in de gelegenheid gesteld dit alsnog binnen 8 weken [na 23-12 jl.] aan te leveren.

In de periode die daadwerkelijk met de aanvulling is gemoeid is de beslistermijn gepauzeerd en schuift dus de uiterste besluitdatum van 18 januari naar 17 februari 2023.
Het leek het college correct om deze informatie met u te delen.