Maand: juni 2020

Jaarverslag klachten 2019

Aanbieding van het jaarverslag klachten van de werkorganisatie BUCH 2019 en het jaarverslag van de gemeente Bergen 2019.

het college heeft kennisgenomen van onderstaande aanbevelingen en verbeteracties en deelt deze, onder toezending van de jaarverslagen, graag met de raad.

Verbeteren verwijzingen naar externe partijen
De informatie op de websites uitbreiden met verwijzingen naar de klachtenpagina’s van de grootste externe partijen die werkzaamheden uitvoeren voor de werkorganisatie BUCH.

Verbeteren van de overschrijding van de afhandelingstermijn klachten
Teammanagers worden erop gewezen dat bij complexe klachten er toestemming gevraagd kan worden aan de indiener van een klacht om wettelijke termijnen los te laten en te kiezen voor een ruimere termijn.

Beantwoording klachtencoördinator
De teammanagers te wijzen op de termijn van beantwoording (2 werkdagen) aan de klachtencoördinator.

Klachten over bejegening verminderen
Medewerkers worden getraind om gastheer/vrouw te zijn. In 2020 start de training “de BUCH verwelkomt! “ vanuit het Hostmanship-principe.

Klachten over het niet reageren of niet tijdig reageren verminderen
De klant wordt tijdig geïnformeerd over de voortgang en termijn waarop hij/zij een antwoord of besluit kan verwachten. Ook hier gaat de training “de BUCH verwelkomt!” een positieve bijdrage aan leveren.

Museum Kranenburgh

Behorend bij besluit college m.b.t. ontvangen brief raad van toezicht Kranenburgh d.d. 23 juni 2020

College overweegt extra financiële steun voor Museum Kranenburgh
Op 30 juni heeft het college een besluit genomen naar aanleiding van een brief die het college op 23 juni jl. ontving van de raad van toezicht van Museum Kranenburgh.
De brief schetst de directe effecten van de coronamaatregelen op de financiële positie van het museum. Een crisisbegroting voor 2020 en 2021 is als bijlage toegevoegd aan de brief, evenals twee brieven die de rvt eerder aan het college en wethouder heeft gestuurd. De rvt geeft aan dat door de tekorten, ontstaan door de coronamaatregelen, het voortbestaan van het museum eind 2020 in gevaar is. De rvt vraag het college met hen in gesprek te gaan over een oplossing en tevens om de brief door te sturen aan de raad.

Brieven 23 oktober 2019 en 4 december 2019
In de eerste brief d.d. 23 oktober 2019 werd door de raad van toezicht aandacht gevraagd voor breed aantal knelpunten die de organisatie direct belemmert in het goed kunnen uitvoeren van een aantal taken. Deze knelpunten remmen uiteindelijk ook de doorontwikkeling als museale organisatie af. Naar aanleiding van de brief hebben gemeente en Kranenburgh de gezamenlijke wens uitgesproken voor een integraal advies ten aanzien van de geschetste problematiek.
De tweede brief d.d. 4 december 2019 benoemt de rvt haar waardering voor de voorgestelde integrale aanpak van de problematiek, maar wijst nogmaals op de urgentie van het houden van voortgang in dit proces. Daarnaast vraagt de rvt een aanvullende financiële bijdrage ter overbrugging van de kosten voor het tijdelijk oplossen van enkele van deze knelpunten. Naar aanleiding van deze brief heeft het college in maart 2020 besloten om voor 2019 en voor 2020 een aanvullende subsidie toe te kennen. Tevens heeft het college naar aanleiding van deze brief in maart 2020 besloten bureau RaadSaam de opdracht te verlenen voor een integraal advies.

Brief 23 juni 2020
Op 23 juni jl. ontving het college een brief waarin de rvt de urgentie aangeeft van de door de coronamaatregelen ontstane financiële situatie. De bijgevoegde crisisbegroting laat voor 2020 een geraamd tekort zien van € 206.700 en voor 2021 een tekort van €188.600. In deze bedragen is nog geen gemeentelijke steunmaatregel meegenomen zoals bijvoorbeeld het kwijtschelden van huur (op jaarbasis €90.000). Ook zijn er nog geen bijdragen vanuit andere dan de nu reguliere landelijke steunmaatregelen in het geschetste tekort verwerkt, aangezien deze maatregelen nog moeten worden uitgewerkt en nog niet duidelijk is in welke mate Kranenburgh deze kan benutten.
Wel heeft Kranenburgh in het tekort al diverse besparingen toegepast die kunnen worden gerealiseerd, bijvoorbeeld het niet meer uitoefenen van de educatieve taken en de tentoonstelling The Roaring Twenties te verschuiven naar 2021.
Het eigen vermogen van Kranenburgh bedraagt totaal €297.030 waarvan €162.500 verdeeld over 3 bestemmingsreserves en 1 voorziening. Het weerstandsvermogen komt daarmee op €134.530.
Kranenburgh is voor het genereren van eigen inkomsten vrijwel geheel afhankelijk van publieksinkomsten. In combinatie met een laag weerstandsvermogen betekent dit dat het museum zich in deze tijd niet tegen de effecten van deze coronamaatregelen kan wapenen.

Hierdoor komt het voortbestaan van de grootste culturele trekpleister van Bergen in gevaar. Dat de urgentie hoog is wordt onderschreven door het feit dat Kranenburgh per juni 2020 het weerstandsvermogen inzet om de exploitatie draaiende te houden.
Met de brief vraagt de rvt aandacht voor deze situatie, in de hoop te komen tot een oplossing.

Hiermee is Kranenburgh één van de eerste organisaties binnen de BUCH waarbij de impact van de coronamaatregelen zodanig is dat financiële steun vanuit de gemeente nodig is om te kunnen blijven voortbestaan.
In deze tijd zijn we als gemeente zowel ambtelijk als bestuurlijk voortdurend in gesprek met Kranenburgh om de situatie te monitoren. Afgelopen tijd heeft het museum alle zeilen bijgezet om de effecten van de sluitingsperiode op te vangen en de heropening op 2 juni mogelijk te maken. Ook stuurt het museum voortdurend bij waar mogelijk, in organisatie, programmering en financiën. De bij de brief bijgevoegde crisisbegroting laat zien waar Kranenburgh de besparingen zoekt. Met de brief van 23 juni geeft de rvt formeel aan op de korte termijn de verantwoordelijkheid voor het functioneren van het museum niet meer te kunnen nemen zonder zicht te hebben op een oplossing voor de financiële impact van de coronamaatregelen.

Besluit
Naar aanleiding van de brief gaan we als college opnieuw in gesprek met de directie en raad van toezicht van Kranenburgh, nu gericht op mogelijkheden voor een oplossing. Tevens hebben we als college besloten de brief door te sturen aan de raad middels de nieuwsbrief om ook de raad van de inhoud van de brief, maar ook over de zienswijze van het college op de brief, op de hoogte te brengen.

Zienswijze college op de brief van 22 juni 2020
Als college erkennen we de uiterst zorgelijke situatie en tegelijkertijd het belang van Museum Kranenburgh voor Bergen. Sluiting van het museum is niet onafwendbaar, maar wel een mogelijkheid als er geen oplossing komt. In het bestuurlijk overleg van 18 juni jl. is Kranenburgh gevraagd een crisisbegroting op te stellen voor 2020 en voor 2021. (Voor het effect van de coronamaatregelen op de begroting van 2021 is het huidige niveau van de maatregelen aangehouden.) Als college zullen we de nu voorliggende crisisbegroting beoordelen, en kijken naar een incidentele oplossing.
Indien de tentoonstelling The Roaring Twenties daadwerkelijk pas in 2021 wordt gerealiseerd, zullen de middelen die de raad voor de subsidie beschikbaar heeft gesteld ook doorschuiven naar 2021. Daarmee stuurt de gemeente aan op de eerste landelijke aansprekende programmering post-Corona van het Museum.
Daarnaast zal het adviestraject met bureau RaadSaam door blijven lopen en zich richten op de langere termijn. Begin oktober worden de eerste bevindingen daarvan aan de raad gepresenteerd. Eind oktober zal het definitieve advies van RaadSaam gereed zijn en waar van toepassing (budgetrecht) voor besluitvorming aan de raad worden voorgelegd.

Proces en planning
Voor de korte termijn is het van belang dat Kranenburgh duidelijkheid verkrijgt over het behouden van een zodanige financiële positie dat het museum haar museale functie gedurende het resterende deel van 2020 en in 2021 kan blijven uitoefenen. Daarvoor wordt het volgende proces gevolgd. Direct na het zomerreces zal Kranenburgh aanleveren:

  • Een financiële prognose van het te verwachte tekort op basis van een crisisbegroting 2020 en 2021 (actuele versie)
  • Een overzicht van steunmaatregelen (met bedragen) waar Kranenburgh van gebruik heeft gemaakt of verwacht te kunnen maken
  • Een overzicht met eigen getroffen en nog te treffen maatregelen die financieel positief kunnen bijdragen (actuele versie)

Op basis daarvan zal ambtelijk in overleg met Kranenburgh een aantal oplossingsrichtingen worden uitgewerkt, samengesteld uit diverse opties, voor hoe om te gaan met een hierna nog overblijvend tekort. Vervolgens zal ambtelijk een voorstel worden voorbereid voor een incidentele oplossing voor 2020 en 2021.
In september zal de raad worden geïnformeerd over de wijze waarop het college denkt dat een incidentele oplossing het beste mogelijk is. Hierna volgt de besluitvorming door het college, en indien van toepassing (budgetrecht) door de raad.

Subsidie tentoonstelling Kranenburgh

Besluit 23 juni: College kent subsidie toe voor toonaangevende tentoonstelling Kranenburgh

Op 23 juni jl heeft het college een subsidie van 100.000 euro toegekend aan Museum Kranenburgh voor de toonaangevende tentoonstelling The Roaring Twenties.
Eerder had de raad dit bedrag al beschikbaar gesteld. Het college vindt het juist nu van belang dat Kranenburgh de culturele trekpleister van Bergen kan blijven.
De toekenning is onder voorbehoud. De raad van toezicht van Kranenburgh heeft in haar brief van 23 juni m.b.t. de financiële situatie van Kranenburgh aangegeven de tentoonstelling mogelijk te moeten uitstellen, omdat er onvoldoende zekerheid is omtrent de financiële positie van het museum. (Zie bericht nieuwsbrief 30 juni “ College overweegt extra financiële steun Museum Kranenburgh”)
Indien de tentoonstelling The Roaring Twenties daadwerkelijk pas in 2021 wordt gerealiseerd, zullen de middelen die de raad voor de subsidie beschikbaar heeft gesteld ook doorschuiven naar 2021. Daarmee stuurt de gemeente aan op de eerste landelijke aansprekende programmering post-Corona van het Museum.

Opdracht voor landelijk toonaangevende tentoonstelling
Sinds de heropening van Museum Kranenburgh in 2013 is haar culturele, maatschappelijke en economische betekenis voor Bergen gegroeid. In het formatieakkoord 2019/2022 heeft de gemeenteraad dit belang van Kranenburgh voor Bergen bevestigd, en daarbij is het museum als centrale publiekstrekker ook gevraagd om een landelijk aansprekende tentoonstelling te maken. Naar aanleiding hiervan heeft Kranenburgh tijdens een presentatie aan de raad aangegeven deze opdracht graag te vervullen, maar dit niet vanuit bestaande subsidie te kunnen bekostigen. Om hier aan te kunnen voldoen is aanvullend budget nodig. In reactie hierop heeft de gemeenteraad bij het vaststellen van de begroting 2020 (budgetrecht) een bedrag van €100.000 beschikbaar gesteld voor een landelijk aansprekende tentoonstelling. Het college neemt nu de opdracht uit het formatie akkoord ter hand.

Subsidieaanvraag Tentoonstelling Roaring Twenties
Museum Kranenburgh heeft een subsidieaanvraag ingediend voor het kunnen realiseren van een dergelijk grote tentoonstelling met als thema Roaring Twenties. Naast de tentoonstelling initieert Kranenburgh ook diverse randprogrammering in samenwerking met lokale culturele partners. Hierdoor ontwikkelt de tentoonstelling zich naar een brede manifestatie in Bergen waarin 100 jaar wordt teruggekeken naar de jaren twintig van de vorige eeuw en tegelijkertijd wordt scherp gesteld op de tijd van nu. De jaren twintig waren turbulent en stonden bol van veranderdrang van kunstenaars, architecten en modeontwerpers. Het is de tijd waarin de kunstenaarskolonie Bergen definitief tot bloei kwam en Bergen zich vestigde als kunstenaarsdorp. De Roaring Twenties moet Bergen in de spotlights zetten. Museum Kranenburgh vindt het in deze huidige tijd van corona van nog groter belang dan voorheen dat de tentoonstelling aandacht genereert voor Bergen.

Advies van de adviescommissie Kunst en Cultuur
Omdat het hier een incidentele subsidieaanvraag betreft hoger dan €5.000 heeft het college de adviescommissie Kunst en Cultuur gevraagd om de aanvraag op inhoudelijke en financiële kwaliteit te beoordelen. Daarnaast is de commissie tevens gevraagd aandachtspunten en\of aanbevelingen aan te geven.
De adviescommissie Kunst en Cultuur heeft overwegend een positief advies uitgebracht over de aanvraag. Ze benoemt het belang van een dergelijke tentoonstelling voor het museum en voor Bergen, vooral in deze tijd. Daarbij vraagt ze aandacht voor de

samenwerking met niet alleen culturele partners maar ook met lokale ondernemers. De commissie adviseert het museum ook om sterk in te zetten op het werven van externe fondsen zodat de tentoonstelling ook internationaal aandacht genereert.
Het college waardeert het uitgebreide en gedegen advies van de commissie Kunst en Cultuur.

Besluit college
Mede op basis van het advies van de commissie Kunst en Cultuur heeft het college besloten de gevraagde subsidie toe te kennen. Kranenburgh geeft met de aanvraag blijk van het kunnen organiseren van een tentoonstelling met toonaangevende uitstraling en daarmee bij te dragen aan het versterken van Bergen als kunstenaarsdorp. Daarbij is er aandacht voor de verschillende kernen van Bergen, en wordt samengewerkt met lokale partners.
Het thema Roaring Twenties brengt een tijd van 100 jaar geleden in verbinding met nu. Net als toen is er nu sprake van een turbulente tijd, zowel economisch, sociaal en ecologisch. En net als toen is expressie vanuit verschillende kunstvormen een manier om hieraan uiting te geven. Daarnaast heeft de komst van het coronavirus onze samenleving nog eens extra door elkaar geschud en is er eens te meer behoefte aan reflectie. De Roaring Twenties verbindt kunst, design en mode in een energiek verhaal over veranderdrang en voortuitgang.

De tentoonstelling sluit volgens het college goed aan op de huidige tijdgeest.
Met de tentoonstelling willen Kranenburgh en het college juist in deze coronaperiode, bijdragen aan het cultureel aan de gang te houden van Bergen en ook Bergen als kunstenaarsdorp in beeld te brengen, tot over de gemeentegrenzen heen.
De opening was gepland voor begin december 2020, maar wordt mogelijk uitgesteld.
Kranenburgh heeft ook bekend gemaakt dat de tentoonstelling een langere looptijd zal hebben dan oorspronkelijk gepland waardoor rekening houdend met de 1.5 meter meer bezoekers de tentoonstelling kunnen bezoeken. Mocht er in het najaar een tweede coronagolf komen, dan wordt de tentoonstelling sowieso uitgesteld.

Toekenning subsidie werkt als vliegwiel
De gevraagde subsidie is eenmalig door de raad beschikbaar gesteld. Het realiseren van tentoonstellingen behoort tot de kerntaken van het museum en wordt normaal gesproken gefinancierd vanuit de reguliere jaarsubsidie. Echter tentoonstellingen van dit kaliber vallen niet onder de reguliere programmering en vragen om een aanvullende subsidie. Een dergelijke impuls kan als een vliegwiel werken waardoor het Kranenburgh in de toekomst kan ondersteunen bij het werven van fondsen voor meer toonaangevende tentoonstellingen. Dit kan bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van Kranenburgh in de toekomst. Momenteel wordt een advies opgesteld door bureau RaadSaam waarbij de randvoorwaarden hiervoor in beeld worden gebracht. Na het zomerreces worden college en raad over de eerste bevindingen van dit advies geïnformeerd.

Slotkwartier

Voortgang Slotkwartier

Op 7 nov. 2019 is het Uitvoeringskader Slotkwartier vastgesteld en budget beschikbaar gesteld voor de uitvoering. Direct hierna is gestart met de uitvoeringsfase. In de nieuwsbrief van 13 mei 2020 bent u uitgebreid geïnformeerd over de voortgang. Hieronder de laatste ontwikkelingen.

Huys Egmont

In maart van dit jaar heeft de Stichting Historisch Egmond een ondernemingsplan voor het Huys Egmont gepresenteerd, met een uitwerking voor de inrichting, de tentoonstelling, een ontwerp voor de tuin en exploitatie van het geheel. De stichting is inmiddels gestart met de uitwerking hiervan.

Ondertussen wordt de restauratie van het schoolgebouw en raadhuis verder voorbereid. Er is hiervoor een omgevingsvergunning aangevraagd, die naar verwachting begin augustus wordt verstrekt. De plannen zijn besproken met de welstandscommissie.

Slotweg 44
De gesprekken over aankoop van Slotweg 44 zijn inmiddels afgerond. De huidige eigenaren zijn akkoord met verkoop aan de gemeente. Op 23 juni heeft het college ingestemd met de aankoop. De afwikkeling via de notaris is nu in voorbereiding.

Hoeve Overslot
De gesprekken met Stichting Hafre over de definitieve invulling van Hoeve Overslot verlopen moeizaam. Er is weinig bereidheid om samen met de gemeente tot een haalbaar plan te komen. De Stichting blijft vasthouden aan het huidige gebruik. Verder zijn er zorgen over de activiteiten in de Hoeve in relatie tot de coronavoorschriften.

Overkoepelende stichting
De gesprekken met betrokken partijen om te komen tot een overkoepelende stichting die zich bezig gaat houden met de programmering en begeleiding van initiatieven in het Slotkwartier zijn in verband met de beperkingen als gevolg van de coronacrisis nog niet gestart. Ook deze gesprekken bleken zich minder te lenen voor een digitale variant. Na de vakantieperiode wordt dit opgepakt.

Luchtvaartnota

Pro-forma zienswijze luchtvaartnota 2020-2050

Ons college heeft besloten een pro-forma zienswijze af te geven op de ontwerp-luchtvaartnota 2020-2050. Daarnaast heeft ons college ingestemd met de zienswijze van de Bestuurlijke Regiegroep Schiphol (BRS) zoals deze op 18 juni is vastgesteld.

Pro-forma zienswijze
Door het indienen van een pro-forma zienswijze wordt beoogd binnen de gestelde termijn te reageren met daarbij het voorbehoud tot nadere aanvulling. Dit geeft gelegenheid aan uw raad om wensen en bedenkingen kenbaar te maken en deze te betrekken bij de zienswijze.

Zienswijze BRS
Onlangs is de ontwerp-luchtvaartnota 2020-2050 gepresenteerd. Op het ontwerp kan door een ieder een zienswijze worden gegeven. Het ontwerp heeft gevolgen voor de gemeente Bergen en de regio. Om de belangen van de gemeente en de inwoners te behartigen werkt Bergen op dit punt samen in de Bestuurlijke Agenda Schiphol regio Alkmaar-IJmond. Deze bestuurlijke agenda dient om de belangen van onze regio te behartigen. Via de genoemde regionale bestuurlijke agenda wordt echter aangehaakt bij de Bestuurlijke Regiegroep Schiphol (de BRS).

De BRS heeft op 18 juni een zienswijze vastgesteld die door de Provincie Noord-Holland namens 56 gemeenten en 4 provincies naar het rijk is verstuurd. Gemeenten kunnen er voor kiezen in aanvulling daarop met een eigen (aanvullende) zienswijze te komen. Met deze doorloop en met het grote aantal gemeenten bleek het ondoenlijk om de zienswijze vast te stellen nadat alle colleges en raden zijn geraadpleegd. Daarom is een informatieavond georganiseerd voor raadsleden op 22 juni j.l.

De door de BRS afgegeven zienswijze is overwegend kritisch te noemen en is opgesteld vanuit de prioriteiten van de BRS. Deze prioriteiten sluiten aan bij de Bestuurlijke Agenda Schiphol regio Alkmaar-IJmond zoals deze mede door ons college is vastgesteld. De zienswijze ziet in die zin reeds op een groot aantal zaken die voor de deelnemers en regio van belang zijn. Als onderdeel van dit grotere geheel bestaat het risico dat zaken die meer specifiek voor onze gemeente en (deel)regio van belang zijn onderbelicht zijn of niet benoemd. Om dit te waarborgen heeft ons college besloten om in ieder geval tijdig een pro-forma zienswijze in te dienen welke na aanvullende beoordeling van het ontwerp en het betrekken van uw raad kan worden aangevuld. Beoogd wordt om dit kort na het zomerreces te doen.

Informatieavond

De reeds genoemde informatieavond op 22 juni j.l. is op zeer korte termijn kenbaar gemaakt. Het lijkt ons daarom goed om u te wijzen op de mogelijkheid om deze videobijeenkomst terug te kijken via de website van Velsen. Op deze wijze kunt u geïnformeerd worden over de uitgangspunten van het Ministerie en de achtergronden van de zienswijze van de BRS. Deze opname is samen met de bijbehorende stukken te vinden op: https://ris2.ibabs.eu/Agenda/Details/Velsen/bc0aae65-4d2b-4ee4-8c6f-f8174ee44d17

Bijlage:

Energietransitie Bergen 2020

Uitvoeringsprogramma Energietransitie Bergen 2020

In lijn met het formatieakkoord Bergen 2019-2022 ‘Nieuw Vertrouwen’ is een Uitvoeringsprogramma Energietransitie Bergen 2020 opgesteld. Door dit ter vaststelling voor te leggen aan het college, ontstaat helderheid over de projecten energietransitie die dit jaar worden uitgevoerd. Tevens ontstaat duidelijkheid over de kosten en dekking van deze projecten.

Het programma is al in uitvoering. Het wordt alsnog voorgelegd aan het college, omdat gedurende lange tijd onzekerheid leefde rond de vraag of een bepaalde subsidie aan de BCH-gemeenten zou worden verstrekt. Nu hier duidelijkheid over is, kan het uitvoeringsprogramma met een onderbouwde dekking worden voorgelegd.

De projecten in het uitvoeringsprogramma hebben onder andere betrekking op:

  • Energiebesparing: isolatie van gebouwen en woningen,
  • Aardgasvrij maken: opstellen van Visie Aardgasvrije Wijken (voorheen Transitie Visie Warmte) en het opstellen van een Wijk UitvoeringsProgramma (WUP),
  • Duurzame energieproductie: opstellen van de Regionale EnergieStrategie (RES), beleidsontwikkeling zonneweides en windmolens in het buitengebied.

De projecten leveren hun bijdrage aan de gemeentelijke- en rijksdoelstelling: realiseren van de (inter)nationale duurzaamheidsdoelstellingen, waaronder de reductie van CO2 uitstoot met 49% t.o.v. 1990. In 2020 is de doelgerichtheid aanwezig, maar ontbreekt nog een routeplanner, oftewel de stapsgewijze opbouw van jaar tot jaar naar de doelstelling in 2030. In de aankomende jaren zal aan de hand van monitoring en prioritering hier nadere invulling aan worden gegeven. Het Ambitiedocument Klimaat van het Programma Klimaat biedt hiervoor de kaders. De BUCH-gemeenten stellen dit naar verwachting in 2020 vast.

Het uitvoeringsprogramma richt zich op de energietransitie in Bergen. De energietransitie is een belangrijk onderdeel van het klimaatbeleid. Andere onderdelen zijn duurzame mobiliteit, circulaire economie, klimaatadaptatie en duurzame bedrijfsvoering. Al deze onderwerpen tezamen vormen het ‘Programma Klimaat’, dat in 2020 wordt uitgewerkt en vastgesteld.

Bijlage:

Stand van zaken Omgevingsvisie Bergen

Op 7 november 2019 heeft u het plan van aanpak voor de Omgevingsvisie voor Bergen vastgesteld. Graag informeren wij u welke stappen uit het plan van aanpak tot nu toe zijn uitgevoerd en hoe het vervolg eruit zal zien. Hierbij gaan we ook in op de uitloop, die helaas als gevolg van de Corona-maatregelen is ontstaan. Wij verwachten deze uitloop in de tweede helft van het jaar in te lopen, zodat toch de oorspronkelijke planning, vaststelling van de omgevingsvisie eind 2021, wordt gehaald.

Het plan van aanpak

In het op 7 november vastgestelde plan van aanpak zijn de volgende fasen beschreven:

A. Start project (november 2019)
Fase 1: vaststelling plan van aanpak in gemeenteraad;
Fase 2: (deels) uitbesteden;
Fase 3: opstarten uitvoering, inclusief teamvorming.

B. Start basis omgevingsvisie (november 2019-mei 2020)
Fase 4: In beeld brengen van het huidige beleid, trends en ontwikkelingen, identiteit, kernwaarden en opgaven.
Fase 5: Start van het participatietraject, wat vinden inwoners, ondernemers, instellingen en experts belangrijk in hun huidige omgeving en wat vinden zij een gewenste ontwikkeling.
Op basis van het resultaat van fase 4 en 5 wordt een Notitie analyse gemaakt. Deze wordt ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad om vandaaruit aan de gewenste ontwikkelrichting te werken in fase 6.

C. Visie op hoofdlijnen (juni 2020-december 2020)
Fase 6: Vertaling van de notitie analyse naar een integrale visie op hoofdlijnen. Dilemma’s en de te maken beleidskeuzes worden uitgelicht en opnieuw voor participatie aan een brede vertegenwoordiging van inwoners, ondernemers, instellingen en experts voorgelegd. Ook kan eventueel nader onderzoek naar specifieke onderwerpen plaatsvinden. De visie op hoofdlijnen wordt ter vaststelling voorgelegd aan de gemeenteraad.

D. Omgevingsvisie januari 2021-eind 2021
Fase 7: Vertaling van een visie op hoofdlijnen en de gemaakte keuzes naar een omgevingsvisie. Dit resulteert in een voorontwerp-omgevingsvisie, die wordt voor een reactie wordt voorgelegd aan belanghebbenden. Vervolgens neemt de gemeenteraad een besluit over het ter inzage leggen van de ontwerp-omgevingsvisie. Deze wordt eveneens voorgelegd aan belanghebbenden. Deze reacties resulteren in een nota van zienswijzen, die deel uitmaakt van de stukken bij de vaststelling omgevingsvisie door de gemeenteraad.

De fasen genoemd onder A. en B. zijn nu grotendeels afgerond. Het participatietraject heeft wel iets langer geduurd als gevolg van de maatregelen ter voorkoming van verspreiding van het Coronavirus. Het instellen op deze nieuwe situatie heeft tijd gekost. Hierna gaan we in op de activiteiten, die zijn ondernomen om zoveel mogelijk inwoners en belanghebbenden in deze fase te betrekken.

Het gevolgde participatietraject
Wat is tot nu toe gedaan?
Tot nu toe is met name gewerkt aan het ophalen van bouwstenen vanuit het fysieke domein voor de omgevingsvisie Bergen. Het gaat dan om:

  • Een interne inventarisatie van het bestaande beleid en het benoemen de trends en ontwikkelingen op de diverse beleidsterreinen. Verder een benoeming van mogelijke opgaven.
  • Informatie van inwoners/ondernemers/instellingen in en buiten de gemeente via:
    o Bijeenkomsten (februari/maart)
    o Digitale enquête onder inwoners (maart/mei)
    o Digitale consultatie onder externe deskundigen/partijen (mei/juni)
    o Digitale Flitspeiling onder jongeren (juni).

Wat waren de gevolgen van de corona beperkingen
Het participatieproces is anders verlopen dan voorzien als gevolg van de corona maatregelen. De inwoners bijeenkomsten in Bergen/Bergen aan Zee en Schoorl/Groet hebben nog plaats kunnen vinden als ook de locatiebezoeken. De Egmonden konden niet meer worden bezocht. Er is een keuze gemaakt om de digitale enquête langer op te laten staan om maximaal gelegenheid te geven een mening achter te kunnen laten. Een kleine 600 enquêtes zijn ingevuld. De geplande schoolbezoeken voor het contact met de jeugd zijn vervallen en hiervoor is een digitale tool ontwikkeld in de vorm van een flitspeiling. Ongeveer 170 jongeren hebben deelgenomen. De externe deskundigen hebben kunnen reageren op stellingen per mail in plaats van een bijeenkomst.

Na het zomerreces
De verkregen informatie wordt bewerkt, waarbij hoofdlijnen, dilemma’s en mogelijke opgaven uit het materiaal worden benoemd. Wat als basis dient voor de uitwerking in de volgende fase die na het zomerreces plaats vindt.
Na het zomerreces worden de volgende stukken aangeleverd: Notitie analyse, de ruwe data uit de digitale consultatie, een overzicht van de hoofdlijnen uit de data en de dilemma’s. Dit markeert de start van de volgende fase: ontwikkeling van de visie op hoofdlijnen.

Brief P1

P1 heeft naar aanleiding van de quasi-inbestedingsprocedure de raad van de gemeente Bergen een brief geschreven waarin – kort samengevat- de volgende zaken zijn opgenomen:

  • Marktconforme prijs;
  • Geen zekerheid over de kosten;
  • Geen minimaal te realiseren dienstverleningsniveau.

Alvorens inhoudelijk op de argumenten van P1 in te gaan wenst het college op te merken dat het haar bevreemdt dat P1 nu met deze brief komt en niet eerder al actief contact heeft gezocht. Het is namelijk P1 al lange tijd bekend dat de gemeente Bergen overweegt om lid te worden van de Coöperatie Parkeerservice (hierna coöperatie). Het contract met P1 is om die reden namelijk al twee opeenvolgende jaren verlengd.

Marktconforme prijs

P1 schrijft dat de werkzaamheden voor veel minder kunnen worden uitgevoerd. Het bedrag is opvallend laag, zeker omdat zij nu €327.000, – ontvangen voor álleen handhaving en geldinning van muntgeld (digitale geldstromen, vergunningverlening [structureel en digitalisering eenmalig], beheer en onderhoud van de automaten, softwarelicenties en aansluiting zoals SHPV/NPR en begeleiding bij uitbesteding zitten hier niet in).

Bedrag genoemd door P1 is opvallend laag en heeft geen rechtskracht

Bedrag genoemd door P1 is opvallend laag. Bovendien kan P1 dit ook makkelijk roepen. Het heeft namelijk geen enkele rechtskracht! Dat is pas het geval als naar aanleiding van een Europese aanbestedingsprocedure een gunning heeft plaatsgevonden. De bedragen overschrijden de Europese aanbestedingsdrempels. Daarom moet bij uitbesteden (bij quasi-inbesteding gelden andere regels) worden voldaan aan de regels van de Aanbestedingswet en de Europese richtlijnen.

Bedrag genoemd door P1 is niet onderbouwd

Het bedrag dat P1 aangeeft is niet onderbouwd. Ook laat het zich raden of zij rekening hebben gehouden met de extra kosten die wij moeten maken voor een aanbesteding en/of er ook kosten in zitten voor begeleiding van aanbestedingen bij andere partijen, apparatuur en dergelijke, zie hiervoor. In een wereld waarin de prijzen alleen maar stijgen, lijkt dit te mooi om waar te zijn en dat is het ongetwijfeld ook. P1 vergelijkt hier namelijk appels met peren en is op geen enkele wijze gebonden aan wat in de brief is opgenomen.

Uitstel van besluitvorming betekent risico’s voor de gemeente

Uitstel van toetreding en het starten van een Europese aanbestedingsprocedure betekent dat de gemeente tegen hoge kosten aanloopt. Deze extra kosten bedragen minimaal €10.000, – per maand, omdat er medewerkers moeten worden ingehuurd voor vergunningen (inhuur is duurder dan vaste krachten). Dit geldt ook voor beheer en onderhoud. Hiervoor wordt een gepensioneerde medewerker ingehuurd. Zijn contract loopt tot 1 juli a.s. Het mag niet meer worden verlengd, omdat dan sprake is van in dienst treding.

Naast de hiervoor genoemde kosten is er ook sprake van risico’s waar de gemeente tegen aan kan lopen. Het huidige softwarepakket voor vergunningen is end-of-life (met de softwareleverancier zijn afspraken hierover en over de beëindiging van de samenwerking gemaakt).

We werken met papieren vergunningen die fraudegevoelig zijn. Dit geldt helemaal voor vergunningen zonder kenteken. Ten slotte is er niet of nauwelijks inzet beschikbaar bij Klantencontactcentrum.

Coöperatie is uitgesloten van deelneming aan Europese aanbestedingen

De coöperatie is uitgesloten van deelname (hier gelden wettelijke beperkingen voor, maar dit is ook vastgelegd in de statuten) aan de Europese aanbestedingen. Vorenstaande betekent ook dat als u besluit wel wensen en bedenkingen in te brengen en besluit het gevraagde budget niet beschikbaar te stellen, de optie coöperatie afvalt.

Geen zekerheid over de kosten en het dienstverleningsniveau

Dit is een non-argument. Net als met commerciële partijen en andere gemeenschappelijke regelingen, zullen er ook met de coöperatie afspraken worden gemaakt over de kosten, de dienstverlening en de kritieke prestatie-indicatoren(kpi’s).

Tarieven van de coöperatie zijn transparant

De tarieven van de coöperatie zijn transparant, liggen vast en zijn voor alle deelnemers – op productniveau – hetzelfde. De tarieven worden bovendien in de Algemene Ledenvergadering vastgesteld (artikel 11, lid 5, onderdeel a van de statuten. Alle deelnemers hebben overigens een gelijkwaardige stemverhouding.

Coöperatie heeft geen winstoogmerk

De coöperatie heeft geen winstoogmerk (artikel 3, lid 5 van de statuten).

De Algemene Ledenvergadering (ALV) kan besluiten nettoresultaat anders te besteden

De Algemene Ledenvergadering kan besluiten dat het nettoresultaat niet aan de algemene reserve van de coöperatie wordt toegevoegd, maar anders moet worden aangewend (artikel 19, lid 8 van de statuten).

De coöperatie is van de deelnemers en daarom ook flexibeler

Vanwege Coronacrisis zijn parkeercontroleurs ingezet voor handhaving voor Corona-gerelateerde handhavingstaken. Hier zijn geen extra kosten voor in rekening gebracht. Bij een commerciële partij zullen aan dit soort veranderingen kosten aan vastzitten. Het programma van eisen en de gunning geldt hier als uitgangspunt. Alles wat daar niet inpast, betekent meerwerk tegen de marktconforme tarieven die (fors) hoger kunnen liggen dan de initiële inschrijving.

Het coöperatieve gedachtegoed

De coöperatie is van en voor de deelnemers. Men hanteert geen uurtje factuurtje mentaliteit en alles is gericht op dienstverlening en klantgerichtheid voor en namens de gemeenten. Verder doet niet alleen de coöperatie aan kennisdeling maar ook de deelnemers (onderling).

Deelnemers zijn niet aansprakelijk

De coöperatie Parkeerservice is een coöperatie met een zogenaamde uitgesloten aansprakelijkheid (U.A.). Dit betekent dat de deelnemers geen enkele aansprakelijkheid dragen voor de verplichtingen van de coöperatie, mocht de coöperatie niet aan haar verplichtingen kunnen voldoen. De leden draaien niet op voor het verlies, echter mocht de coöperatie een overschot hebben, dan kan dit – via stemming in ALV – terugvloeien naar de leden (artikel 19, lid 8 van de statuten).

Conclusie

Brief van P1 geeft een veel te rooskleurig beeld, het klinkt te mooi om waar te zijn en dat is het ongetwijfeld ook! P1 is juridisch niet gebonden aan wat in de brief is opgenomen. Pas na een Europese aanbestedingstraject en gunning ontstaat een juridisch bindende afspraak.

Wat betreft zekerheid van de kosten en het dienstverleningsniveau van de coöperatie wordt opgemerkt dat de tarieven van de coöperatie transparant zijn en op productniveau voor alle deelnemers hetzelfde zijn. De tarieven worden bepaald voor de leden in de ALV en dat kan ook inhouden dat een taakstelling wordt opgenomen.

De coöperatie is van en voor de deelnemers en flexibel in haar werkzaamheden en activiteiten. Er is sprake van kennisdeling, niet alleen door de coöperatie, maar ook de deelnemers onderling. Daarom neemt het college kennis van de brief van P1 en ziet zij geen aanleiding om een ander standpunt in te nemen.

Handhaving Idenslaan in Schoorl naar aanleiding van vragen van mevrouw De Jongh

Zoals kenbaar gemaakt tijdens de raadsvergadering van 5 maart en de algemene raadscommissie 7 mei jl. is een verzoek om handhaving aangaande de directe omgeving van de Idenslaan enige tijd geleden afgewezen. We waren tot afwijzing gehouden, omdat alle overtredingen waartegen volgens ons kon worden opgetreden uiteindelijk ongedaan waren gemaakt.

Nadien is door bezorgde omwonenden aandacht gevraagd voor het ophogen van de grond ten behoeve van de bouw van 4 woningen aan de Idenslaan. Deze woningbouw is – zoals bekend – mogelijk gemaakt vanwege de grondige sanering van het perceel Koogerweg 1 te Schoorl. Er is aansluitend aan deze omwonenden gecommuniceerd dat voor het ophogen van de gronden geen omgevingsvergunning nodig is. Het bestemmingsplan Jaagkade 5 – Koogerweg 1 – Idenslaan, Bergen NH dat speciaal voor deze beperkte woningbouw is gemaakt, verbiedt het ophogen namelijk niet. Ook is het ophogen van de grond onmiddellijk onder de aandacht van toezichthouders van de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord gebracht om te onderzoeken of het ophogen van de grond kwalificeerde als een overtreding van de Wet bodembescherming of andere  wet- en regelgeving op het gebied van milieu. Dit was echter niet het geval. Het verzoek om handhaving waaraan de vraag van de VVD fractie refereert is, gelet op het voorgaande, op te vatten als een herhaald verzoek om handhaving met als onderwerp het ophogen van grond en het maken van een weg vanwege woningbouw en bepaalde bebouwing op weidegrond die tientallen jaren aanwezig is. Het college van de toenmalige gemeente Schoorl heeft destijds getracht handhavend op te treden tegen die bebouwing, maar dit traject is gesneuveld bij de rechter. De beslistermijn van het meest recente verzoek om handhaving is onlangs verlengd maar verwacht wordt dat, gezien de geschetste voorgeschiedenis, snel tot een besluit kan worden gekomen.