Maand: maart 2019

Verduurzaming woningen op basis van woning gebonden financiering

In de nieuwsbrief van 26 september 2018 bent u geïnformeerd over de mogelijkheid tot verduurzaming van woningen met inzet van de baatbelasting.

Inmiddels zijn er ontwikkelingen te melden over het inzetten van baatbelasting t.b.v het verduurzamen van woningen. Uw college heeft een partij gevonden om door middel van een “Proof of Concept” (POC) aan te tonen dat het verduurzamen van woningen kan plaatsvinden met inzet van de baatbelasting 2.0. In samenwerking met het consortium de Woonpas zal onder voorbehoud van de door uw raad vast te stellen Verordening Baatbelasting, het bekostigingsbesluit en een vaststellingsoverkomst, vijf tot tien woningen volgens dit principe worden verduurzaamd.

Huidige praktijksituatie

De energietransitie van particuliere woningen blijft achter bij de door de overheid gestelde
doelstellingen terwijl de ambities steeds scherper worden gesteld. Door de stand van de techniek en de prijsontwikkeling kan woningverduurzaming momenteel voor woningeigenaren interessant zijn. Feit is echter dat 90% van particuliere woningeigenaren niet zijn geactiveerd in de verduurzaming van de eigen woning. Het ontbreekt onder aan een doelgerichte en schaalbare aanpak waarmee de huidige belemmeringen in de verduurzaming van particuliere woningen worden weggenomen. Eén van deze belemmeringen wordt gevormd door het ontbreken van een voor iedereen toegankelijke en aantrekkelijke financieringsvorm. In de hoofdlijnen “klimaatakkoord gebouwde omgeving“ is opgenomen dat het ontbreekt aan aantrekkelijke financiering, waarbij de maandlasten van de financiering geheel of gedeeltelijk worden gedekt door de besparing op de energierekening.

Hoe werkt het?

In samenwerking met het consortium De Woonpas wordt de woningeigenaar het aanbod gedaan
om de woning verregaand te verduurzamen. Het uitgangspunt is dat de verduurzaming
woninggebonden wordt gefinancierd, waarbij wordt verwacht dat dit binnen de huidige energierekening gebeurt. Hiermee wordt de huiseigenaar niet alleen beter beschermd tegen toekomstige energieprijsstijgingen maar wordt de woning ook voorbereid om in de toekomst van het gas af te gaan, bovendien stijgt het wooncomfort. Bij een eventuele verkoop van de woning binnen de aflostermijn, loopt de woningeigenaar geen risico en gaat de aflosplicht over op de nieuwe eigenaar. De resterende termijnen kunnen op dat moment eventueel ook worden afgekocht. De POC wordt afgebakend voor wat betreft de verduurzamingsmaatregelen tot zonnepanelen, dakisolatie, spouwisolatie, vloerisolatie/bodemisolatie en eventueel het vervangen van de CV ketel. Dit is mede ingegeven door het feit dat de investering bepaald wordt door het bespaarpotentieel binnen de energierekening.

Risico’s

De gemeente treedt niet op als financier, maar als facilitator. De voorfinanciering wordt gedaan
door BNG. Zij financieren tegen tarieven die in de buurt liggen van de tarieven die gemeenten
betalen. De administratie en beheer wordt vanuit het consortium bij een professionele partij belegd.
De leningen komen niet op de balans van de gemeente. Hiervoor wordt i.s.m. BNG een ‘stichting
verzamelgelden opgericht’.

Om het default risico van de woningeigenaar af te dekken, wordt een waarborgfonds ingericht. Dit fonds zal worden gefinancierd door regionale energiefondsen. Omdat gebruik wordt gemaakt van de baatbelasting verloopt de inning van de belasting via de gemeente. Daarmee ontstaat een risico voor de gemeente met betrekking tot de kosten bij wanbetaling. Hierbij kan gedacht worden aan het versturen van herinneringsbrieven, dwangbevelen en deurwaarderskosten. De risico’s ingeval van persoonlijk faillissement zijn afgedekt door middel van een waarborgfonds. Hierbij kan gedacht worden aan gedwongen verkoop van de woning waarbij na voldoening van andere schulden geen middelen overblijven om de baatbelasting te voldoen. De baatbelasting gaat dan overigens wel over op de nieuwe eigenaar. Het risico wordt ingeschat op 0,005%, het waarborgfonds dekt echter risico’s af tot 0,15%.

Indien onverhoopt een baatbelastingverordening onverbindend wordt verklaard is dat van toepassing op 1 woning. Het is hierbij de vraag of de onderliggende fiscale vaststellingsovereenkomst in voldoende mate als vangnet fungeert. In dat hypothetische geval wordt onderzocht waarin de oorzaak is gelegen. Er bestaat verder een risico op imagoschade voor de gemeente ingeval er in de uitvoering of in het behaalde resultaat niet voldaan wordt aan verwachtingen.

Financiën

Voor de uitvoering van de POC in de gemeente Bergen worden door De Woonpas en haar
partners kosten gemaakt. Deze kosten, gebaseerd op een POC omvang van 15 woningen,
zijn begroot op € 65.000. In gezamenlijkheid zal worden bekeken hoe deze kosten gedragen
kunnen worden, bijvoorbeeld door middel van een financiële bijdrage vanuit de provincie Noord-
Holland of een mogelijke alternatieve subsidiemogelijkheid. Mocht dit echter niet tot een positief
resultaat leiden, dan draagt De Woonpas hierin zelf het risico. Er worden verder kosten gemaakt voor het opstellen van de bekostigingsbesluiten, verordeningen en aanslagen en de inning van de baatbelasting. Tevens dient de baatbelasting in de gemeentelijke belastingadministratie onderhouden te worden.

Duurzaamheid

De POC is passend bij het duurzaamheidsbeleid 2017-2020 gemeente Bergen. Tevens kan de
gemeente Bergen hiermee een (gedeeltelijke) invulling geven aan doelstelling 11 van de Global
Goals “Duurzame steden en gemeenschappen”.

Uitvoering, Planning en Evaluatie

Voorafgaand aan de uitvoering van de POC zal een raadsvoorstel volgen. Voor de uitvoering, planning en evaluatie van de POC is een projectplan beschikbaar, opgesteld door de partners van het consortium. Hierin is een transitiemanagementrol opgenomen ter ondersteuning van de gemeente, de woningeigenaren en overige belanghebbenden. Na de POC is er een evaluatiemoment en een Go/No Go voor een eventueel vervolg. De KPI’s worden in overleg met de gemeente vastgesteld. Op basis van de uitkomst van de evaluatie kan de gemeente Bergen besluiten deel te nemen aan de Pilot. Hiervoor zullen op dat moment
opnieuw afspraken gemaakt worden.

Uitvoeringsprogramma VTH 2019 van de Omgevingsdienst NHN

In het Uitvoeringsprogramma VTH wordt door de Omgevingsdienst Noord-Holland noord (voorheen Regionale Uitvoeringsorganisatie Noord-Holland noord)  een opsomming gegeven van de aantallen werkzaamheden die zij hebben gepland om voor de gemeente uit te voeren gedurende het jaar 2019. Het is daarmee een nader invulling van het geen wordt uitgevoerd binnen de beschikbaar gestelde middelen.

De Omgevingsdienst Noord-Holland noord geeft met het uitvoeringsprogramma op hoofdlijnen inzicht in welke taken zij met de beschikbaar gestelde middelen van de deelnemer(s) uit willen gaan voeren. Het gaat hierbij voornamelijk om de wettelijk overgedragen taken en geeft meer inzicht in soort en aantal werkzaamheden die uitgevoerd gaan worden. De aangegeven aantallen zijn gebaseerd op ervaringscijfers. De Omgevingsdienst Noord-Holland noord is verplicht dit uitvoeringsplan op te stellen en ter vaststelling aan de colleges aan te bieden.

1.1 Toelichting op het advies

Dit uitvoeringsprogramma geeft een uitvoerige beschrijving van alle producten en projecten van de OD NHN, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen regulier werk en lopende projecten. Per project wordt een omschrijving gegeven inclusief de prioriteit en de doelstelling.
Naast het voldoen aan de wettelijke eis en de afgesproken kwaliteitscriteria, is met het opstellen van het VTH-uitvoeringsprogramma een belangrijke stap gezet in een transparante taakuitvoering versus het beschikbare budget per deelnemer. Om een beter inzicht in de door de OD NHN te verrichten taken te creëren wordt het Uitvoeringsprogramma ter informatie aan de raad voorgelegd.

Bijlage:

Definitief actieplan geluid 2018 – 2023

De Europese richtlijn omgevingslawaai schrijft voor dat stedelijke agglomeraties de geluidsituatie in beeld brengen. De regio Alkmaar is zo’n agglomeratie. De geluidsituatie is in beeld gebracht via de geluidbelastingkaarten. In het voorliggend actieplan geluid zijn de uitgangspunten uitgewerkt hoe de geluidbelasting te verminderen.

In de bijlage leest u het ‘Actieplan Geluid 2018-2023’ van de agglomeratie Alkmaar. Dit is het tweede actieplan dat voor de agglomeratie is opgesteld. Op grond van de Wet Milieubeheer art. 11.12 lid 1, 2 en 3 zijn de gemeenten van de agglomeratie wettelijk verplicht om elke vijf jaar een actieplan op te stellen. Het doel van het actieplan is het verminderen van te hoge geluidbelastingen in de woonomgeving. Hierdoor wordt een goede en gezonde woon- en leefomgeving bevorderd.

Het actieplan is gebaseerd op de geluidbelastingkaarten die door de colleges van de agglomeratie gemeenten zijn vastgesteld en vormt het geluidhinderbeleid voor de komende vijf jaar. De geluidbelastingkaarten en de bijbehorende rapportage gaven een beeld van de geluidsituatie in de agglomeratie Alkmaar, waaronder de gemeente Bergen.

In het Actieplan zijn de uitgangspunten uitgewerkt hoe maatregelen in de organisatie vorm worden gegeven. De aanpak gaat vooral over de vermindering van de geluidbelasting veroorzaakt door het verkeer op de gemeentelijke wegen.

De naam ‘actieplan’ doet vermoeden dat er directe acties worden omschreven. Dit is in het voorliggende plan niet het geval. In het actieplan wordt slechts een aanzet gegeven voor geluid reducerende maatregelen die iedere gemeente binnen de regio zelf kan vormgeven binnen zijn organisatie.

Bijlage:

Jaarplan 2019 Goed wonen achter de duinen

 

Wij bieden u ter informatie het jaarplan 2019 aan. Het jaarplan 2019 maakt onderdeel uit van de prestatieafspraken 2017-2020. In het jaarplan 2019 staan alle maatregelen en bijbehorende investeringen die in 2019 gepland zijn door Kennemer Wonen. Het is dus een concreet activiteitenprogramma. Geconcludeerd wordt, door de gemeente en Kennemer Wonen, dat de afspraken van het jaarplan 2019 op dit moment haalbaar zijn. Hieronder volgt een korte samenvatting van het jaarplan 2019:

Nieuwbouw & Herstructurering

Het gewenste aantal nieuwbouwwoningen in vier jaar is minimaal 132 woningen. Er zijn tot en met 2018 in totaal 98 woningen opgeleverd. De geplande oplevering vanaf 2019 en verder is 20 woningen. Dit betekent dat er acquisitie nodig is van nieuwe projecten voor minimaal 14 woningen om aan de prestatieafspraken van 132 woningen in vier jaar tijd te voldoen. Er zijn gesprekken gaande over de ontwikkeling van sociale huurwoningen bij de Oosterkimschool, Delversduinen de Plevierenlaan.

Verkoop

Kennemer Wonen verwacht ongeveer 2 woningen per jaar te verkopen door verhuizing van de huidige huurder. In vier jaar tijd gaat het dus om de verkoop van circa 7 woningen. Het betreffen woningen die niet in de wensportefeuille passen (te grote woningen). In 2019 verwacht Kennemer wonen 1 woning te verkopen.

Onderhoud & Renovaties

In 2019 staat een onderzoek gepland voor de 8 woningen van de Duinvoetweg in Schoorl en 8 woningen aan de Smeerlaan.

Energiezuinigheid

De investeringen in energiezuinigheid zijn voor het grootste deel onderdeel van investeringen in nieuwbouw en renovatie. Naast nieuwbouw en renovatie zijn er losse projecten die bijdragen aan de verbetering van energiezuinigheid in bestaande voorraad:

  • Zonnepanelen: 172 woningen.
  • Na-isolatie van woningen: 35 woningen.

Dit biedt Kennemer Wonen vraaggericht aan, dat wil zeggen dat huurders zelf kunnen kiezen om hiervoor een aanvraag in te dienen. Bij mutatie vindt dit ook plaats.

Huurbeleid en liberalisatie

Streefhuurbeleid: in de gemeente Bergen verhuurt Kennemer Wonen minimaal 95% van de woningvoorraad binnen de sociale huurgrens.
Huurverhoging 2019: op basis van inschattingen wordt de huurverhoging voor 2019 gemiddeld op inflatie + de verwachte huurharmonisatie van 0,5% ingerekend (de jaarlijkse huurverhoging van 1 juli 2018 is gemiddeld 1,4% geweest).
Liberalisatie: de geschatte liberalisatie in vier jaar tijd is ongeveer 16 woningen. Kennemer Wonen verhuurt maximaal 5% van hun woningen met een geliberaliseerde huur, die aan de onderkant van de vrije markt ligt (€711-€900). Dit gebeurt om betere verhuismogelijkheden te bieden voor de middeninkomens en zo de beschikbaarheid voor de sociale doelgroep te vergroten.

Bijzondere bemiddeling

Er wordt maximaal 10% (conform Huisvestingsverordening) van de vrijkomende sociale
huurwoningen bijzonder bemiddelt. Deze woningen worden niet aangeboden via SVNK, maar hierin wel geregistreerd.
Zelfstandig wonen met begeleiding op afstand: het Transferpunt bemiddelt woningen aan
personen die uit een zorg-of welzijnsinstelling komen. De bewoners die hiervoor in
aanmerking komen, worden aangedragen door de instellingen zelf.
Pact Uitstroom: voor de uitstroom van jongeren uit de jeugdzorg en de uitstroom van mensen uit beschermd en begeleid wonen hebben corporaties en zorg- en welzijnsinstellingen in 2018 een pact ondertekend. De uitstroom is in 2018 gestart en deze toewijzingen leggen naar verwachting een extra druk van circa 18 woningen op de reguliere verhuur verdeeld over 5 gemeenten.
Vergunninghouders: voor de eerste helft van 2019 bedraagt de taakstelling 14 personen. Voor het hele jaar 2019 zijn er naar verwachting circa 11 woningen nodig (uitgaande van een huishoudgrootte van 2 tot 3 personen).

Bijlage:

Beroep tegen instemmingsbesluit TAQA

Sinds 1972 wordt gas gewonnen uit ondergrondse van natuurlijke oorsprong ontstane opslagen (voorkomens). De oude winningsvergunning Bergen II, ook wel Bergen Concessie genoemd heeft betrekking op een gebied dat gelegen is in en rondom de plaatsen Bergen, Heiloo, Alkmaar, Groet en Schermer. Binnen onze gemeente betreft het putten gelegen in Groet en Bergen aan Zee.

TAQA heeft een winningsvergunning aangevraagd bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Dit betreft een actualisatie van de reeds bestaande vergunning. De minister van Economische Zaken heeft aan Staatstoezicht op de Mijnen een advies gevraagd en deze ontvangen op 8 november 2017. Hierna heeft hij aan de lagere (betrokken) overheden om advies gevraagd. Vervolgens heeft hij het ontwerp-instemmingsbesluit gepubliceerd. Hiertegen zijn door bewoners, belangenverenigingen maar ook door het college van Bergen zienswijzen ingebracht. De minister heeft deze zienswijzen beoordeeld en komt tot de conclusie dat de zienswijzen geen aanleiding geven om het instemmingsbesluit niet af te geven. Daarom heeft hij op 9 januari 2019 het definitieve instemmingsbesluit in Staatscourant gepubliceerd. Aangezien het college van mening is dat er onvoldoende op haar zienswijzen is ingegaan heeft het college besloten beroep in te stellen. Het collegevoorstel en de relevante stukken treft u als bijlage aan.

Bijlagen: