Programma Klimaat

Het klimaat verandert. In Nederland willen we klimaatverandering zoveel als mogelijk voorkomen en de gevolgen ervan tegengaan. Hierdoor blijft om ons land leefbaar en houden we de economie in stand voor toekomstige generaties. Graag informeren wij u met deze nieuwsbrief over klimaat-gerelateerde projecten in Bergen. In november 2020 hebben wij u voor de vierde keer via onze nieuwsbrief geïnformeerd, dit is de vijfde editie.

Indicatieve uitkomst concept herijking gemeentefonds bekend

De indicatieve uitkomst van de concept herijking gemeentefonds is voor Bergen een nadeel van afgerond € 2.700.000, – structureel, dat in stappen van € 450.000, – structureel per jaar moet worden ingelopen van 2023 tot en met 2028. Er vindt na vier jaar een tussentijdse evaluatie plaats over de herijking en het ingroeipad, echter de kans is klein dat dit leidt tot een aanpassing van het ingroeipad.

Het bedrag gaat nog wijzigen want deze concept uitkomst is gebaseerd op de algemene uitkering en maatstaven stand 2017.

Uitsplitsing nadeel

Hieronder de uitsplitsing van het totaal effect op Sociaal Domein, het Klassiek deel en de AEM oftewel “algemene eigen middelen”.

De AEM bestaat uit de OZB en OEM. De OEM, oftewel “overige eigen middelen” bestaat uit toeristenbelasting, parkeerbelasting, precario en forensenbelasting.

Wat opvalt, is dat Bergen op 2 zaken met een in vergelijking met andere gemeenten hoge korting wordt getroffen.

Dit betreft het Sociaal domein en de AEM.

Nadeel Sociaal Domein

Voor het sociaal domein is op dit moment nog geen verklaring bekend.

Eerder was gecommuniceerd dat gemeenten in de grootte klasse van Bergen ongeveer op 1,0 mln. moesten rekenen. In deze uitkomst is dit 2,2 mln. hoger: namelijk 3,2 mln.

Nadeel AEM (Algemene eigen middelen)

Wat voor Bergen overblijft als nadeel wordt vooral veroorzaakt door het nadeel op de AEM van € 94,- (N) per inwoner.

Dit treft Bergen onevenredig hoog in vergelijking met andere gemeenten en heeft vooral te maken met de hogere OZB verevening.

OZB (onroerendezaakbelasting)

Het rijk heeft besloten om in plaats van 80% woningen en 70% niet-woningen op beide zaken de verevening te verhogen naar 90% van de zogenaamde verdiencapaciteit.

Verder is de te gebruiken rekenfactor flink gestegen vooral bij de niet-woningen.

OEM (overige eigen middelen)

Op dit moment is ons nog onduidelijk wat nu precies de wijziging is in de verdeelsystematiek van overige eigen middelen buiten de OZB om behelst en wat de invloed daarvan is op de korting.

Voordeel Klassiek deel

Op dit moment is nog niet duidelijk wat de achterliggende berekeningen zijn die leiden tot dit voordeel.

Ingroei pad: Invoering van de korting gaat in stappen van € 15.- per inwoner per jaar

De invoering is gepland vanaf 2023 met stappen van € 15, – per inwoner. Dat komt voor Bergen op afgrond € 450.000, – per jaar

Dat betekent dat Bergen 6 jaar lang jaarlijks een structurele korting krijgt die cumuleert tot het totaal van 2,7 mln.

Na vier jaar is er in 2026 een evaluatie die mogelijk tot aanpassing van het resterende ingroeipad kan leiden. Maar vooralsnog is er geen aanleiding te veronderstellen dat dit voor aanpassing gaat zorgen.

Gevolg voor het huidige begrotingssaldo

Proces herijking hoe verder

De komende maanden vindt eerst de consultatieronde plaats bij gemeenten. Naar aanleiding hiervan kunnen er eventueel nog zaken worden aangepast.

De invoering per 2023 is verder afhankelijk van de snelheid van de kabinetsformatie na de verkiezingen van maart 2021. Het standpunt van de VNG is namelijk dat de herijking pas doorgaat als er duidelijkheid is over de dossiers rondom het landelijk tekort op het budget jeugdhulp, de Wmo en de opschalingskorting. Mocht dit niet in september bekend zijn omdat er nog geen regeerakkoord is, dan kan het zo zijn dat de invoering een jaar wordt uitgesteld.

Proces gemeentelijke begroting cq Kadernota 2022

Vanuit de actieve informatieplicht hebben wij besloten u allereerst zo snel mogelijk over de uitkomst te informeren via deze nieuwsbrief.

Wij komen zo snel mogelijk met een procesvoorstel over hoe met deze uitkomst om te gaan in relatie tot voorstellen die op dit moment in behandeling zijn en de Kadernota 2022 en verder.

Informatie aan de raad m.b.t. Toeristisch Recreatief Actieplan 2021 Regio Alkmaar

In de gesprekken tussen ondernemers, gemeenten en (marketing)organisaties blijkt telkens weer dat er groot draagvlak is voor regionale samenwerking. Als we de toerist langer willen vasthouden is samenwerking in een toeristisch netwerk met ondernemers, marketingorganisaties en gemeenten noodzakelijk. De resultaten van de evaluatie van de Toeristische visie Parel aan Zee in 2018 zijn vertaald naar twee specifieke actiepunten: het Toeristisch Netwerk en het Regionaal Toeristisch Profiel. In eerdere actieplannen hebben we op deze twee onderdelen al focus aangebracht in de doelstellingen en aanpak voor de sector. In 2021 gaan we hier mee verder. Het Toeristisch Recreatief Actieplan 2021 is in januari 2021 door de colleges vastgesteld.

De rol van Regio Alkmaar is de schakel te zijn tussen het lokale en bovenregionale. Regio Alkmaar bundelt zaken die lokaal spelen (contacten met en tussen ondernemers, kennisdeling, arrangementsvorming) waar de regio Noord-Holland Noord te groot voor is en geeft vanuit haar netwerk input voor de thema’s die beter op bovenregionaal (NHN) niveau opgepakt kunnen worden. Daarnaast wordt in toenemende mate aandacht gevraagd om maatregelen te nemen als toeristische druk problemen en overlast veroorzaakt die schadelijk zijn voor de leefomgeving en de samenleving. Op den duur zal dit ook nadelig zijn voor de sector zelf. En er lopen sinds het vaststellen van de visie in 2015 al een aantal inhoudelijk thema’s. In het Actieplan 2021 worden vier hoofdstukken behandeld:

  1. Toeristisch Netwerk
  2. Regionaal Toeristisch Profiel en promotie
  3. Toerisme in balans
  4. Doorlopende regionale thema’s

Doelstellingen

De hoofddoelstelling op het gebied van toerisme en recreatie is om meer toeristen en recreanten naar dit gebied te halen en hier langer te laten verblijven zodat de bestedingen in de regio toenemen. Het behouden en versterken van de aantrekkelijkheid van de regio is ook een belangrijke doelstelling binnen het toeristische cluster. Daarom wordt aan de doelstelling toegevoegd dat de toeristische ontwikkeling nadrukkelijk in balans moet zijn en blijven met de draagkracht en leefbaarheid van de omgeving. De Regio Alkmaar kiest ervoor om de regionale versterking van de sector van onderop op te bouwen. Dat betekent dat de overheden doorgaan om de samenwerking met ondernemers verder te continueren en uit te bouwen.

Activiteiten

Toeristisch Netwerk

In 2019 zijn we gestart met het Toeristisch Netwerk voor en met de toeristische ondernemers/organisatie en zijn er diverse activiteiten georganiseerd zoals de Regio Safari’s in maart (2019 en 2020), de workshop met Le Champion (juni 2019), het Lessure Lab (november 2019) en de livestream sessies met NH Next (november 2020). De ambtelijke werkgroep R&T Regio Alkmaar is opdrachtgever en stuurt de werkzaamheden voor het Toeristisch Netwerk aan. Hierover vindt afstemming plaats met regionale portefeullehouder(s) Recreatie en Toerisme.

Regionaal Toeristisch Profiel en promotie

Het toeristisch profiel is een lopende opdracht, die begin 2021 wordt afgerond. Meerdere partijen houden zich bezig met marketing en promotie. De landelijke promotie wordt gedaan door het NBTC (Holland.com), voor de destinatiemarketing van Noord-Holland Noord hebben we in 2017 Holland boven Amsterdam (HbA) opgericht. HbA zet de regio als geheel in de etalage en heeft als doel om de binnenlandse en buitenlandse toerist naar Noord-Holland Noord te verleiden. Bij de lokale marketingcampagnes (citymarketing) zoals bijvoorbeeld Alkmaar Prachtstad en Voor Liefhebbers (Castricum) zijn de gemeente en/of ondernemers verantwoordelijk en richt men zich vooral op de gemeente zelf (lokaal). Om het gat op te vullen tussen de lokale marketing en de destinatiemarketing Holland boven Amsterdam, is eerder de opdracht gegeven om het toeristisch profiel op te stellen. Een belangrijk instrument in het onderscheiden en promoten van de Regio Alkmaar is de in 2020 gebouwde (micro)website Ontdekregioalkmaar.nl. Deze wordt in 2021 verder bijgehouden en benut. Daarnaast wordt in overleg met de marketingorganisaties bekeken welke promotie hierbij verder nog nodig is en binnen het beschikbare budget uitgevoerd kan worden. De ambtelijke werkgroep R&T Regio Alkmaar stuurt dit aan.

Toerisme in Balans

Voor Toerisme in Balans wordt in 2021 een strategisch plan opgesteld. In overleg met de regionale portefeuillehouder(s) wordt een bureau geselecteerd om de ambtelijke werkgroep R&T Regio Alkmaar hierbij te ondersteunen.

Doorlopende regionale thema’s

Na de vaststelling van de Toeristische Visie Parel aan Zee Regio Alkmaar in 2015 zijn er zeven thema’s benoemd. Dit zijn doorlopende regionale thema’s, waar we onze aandacht aan blijven geven. De aandacht voor de thema’s kan per jaar verschillen en is mede afhankelijk wat er speelt en welke (boven)regionale projecten er zijn. De zeven doorlopende regionale thema’s zijn:

  • Regiomarketing*
  • Regionale evenementen
  • Cultuurhistorische verhalen
  • Recreatieve routes Regio Alkmaar
  • Waterrecreatie
  • Verblijfsrecreatie
  • Destinatiemarketing Holland boven Amsterdam*

* De Regiomarketing en de destinatiemarketing HbA worden ook betrokken bij het specifieke actiepunt ‘Regionaal Toeristisch Profiel en promotie’.

Kanttekeningen

Het ontwikkelen van toerismebeleid dat in balans is met draagkracht en leefbaarheid van de omgeving is iets dat niet door de toeristische sector alleen gedaan kan worden. Toerisme is niet alleen een economisch belang, het heeft ook invloed op bereikbaarheid en openbare orde, het gebruik van de openbare ruimte, vastgoed, natuur en milieu. Dus om een goede balans te vinden tussen het economisch voordeel en de draagkracht van de leefomgeving en het draagvlak onder bewoners moeten meer sectoren en partijen een rol spelen. Een vergelijkbaar fenomeen zien we in de verblijfsrecreatie. De maatschappelijke problematiek die op sommige locaties geconstateerd is kan niet door de toeristische sector (alleen) opgelost worden. Daar moeten meer sectoren en partijen bij betrokken zijn.

Het strategisch plan Toerisme in Balans Regio Alkmaar is bedoeld hoe om te gaan met de toenemende druk op de leefomgeving op de langere termijn. Dit gaat dus niet over het managen van drukte in het kader van de Coronacrisis op dit moment. Dat is een vraagstuk wat de aandacht heeft vanuit Openbare Orde en Veiligheid. Vanuit Recreatie en Toerisme Regio Alkmaar dragen we bij aan het spreiden van drukte, door inwoners en bezoekers bewust te maken van alternatieven voor de te drukke plekken. Hiervoor is aan het begin van de zomervakantie 2020 de website Ontdekregioalkmaar.nl gelanceerd en is er tijdens de zomer een campagne gevoerd om dit platform onder de aandacht te brengen. De website wordt in 2021 gecontinueerd.

Bijlage:

Informatiebijeenkomsten Ontwerp-Voorkeursbeslissing Luchtruimherziening

Op 9 en 11 februari organiseert het programma Luchtruimherziening online informatiebijeenkomsten over de onlangs gepubliceerde Ontwerp-Voorkeursbeslissing Luchtruimherziening. Deze zijn openbaar toegankelijk voor alle geïnteresseerden.

Ontwerp-Voorkeursbeslissing

Op 13 januari hebben de minister van Intrastructuur en Waterstaat en de staatssecretaris van Defensie de Ontwerp-Voorkeursbeslissing Luchtruimherziening en het bijbehorende milieueffectrapport gepubliceerd.

Openbare informatiebijeenkomsten

Op 9 en 11 februari organiseert het programma Luchtruimherziening (van het ministerie IenW) verschillende online informatiebijeenkomsten. Tijdens deze bijeenkomsten worden de stukken die ter inzage liggen toegelicht. Aansluitend is er de mogelijkheid om in verschillende themasessies vragen te stellen over specifiek onderwerpen uit de Voorkeursbeslissing. Klik hier voor meer informatie over de bijeenkomsten en om u aan te melden.

Zienswijzeprocedure

Van 15 januari tot en met 25 februari 2021 kunnen door een ieder zienswijzen over de Ontwerp-Voorkeursbeslissing Luchtruimherziening en het bijbehorende milieueffectrapport worden ingediend. In de samenwerking met de Bestuurlijke Regie Schiphol (56 gemeenten en 4 provincies) wordt op dit moment gewerkt aan het opstellen van gezamenlijke zienswijze, met daarin ook aandacht voor regionale standpunten. De definitieve zienswijze wordt op korte termijn ook gedeeld met uw raad.

Ontwerp-Voorkeursbeslissing Luchtruimherziening

Stand van zaken bestuursopdracht vervolgfase regionale samenwerking participatiewet

Het College van B&W heeft op 15-12-2020 besloten om aan te sluiten bij de overige gemeenten in de regio om uitwerking te geven aan “een toekomstbestendig scenario voor de uitvoering van de Participatiewet”, dat afgelopen zomer door bureau Berenschot is opgesteld. Nadat eerder de commissie hierover is geïnformeerd zal de gemeenteraad op 28 januari het besluit van het College bekrachtigen. Met deze raadsinformatiebrief wordt u geïnformeerd over de start van de ontwerpfase om het toekomstscenario, zoals door Berenschot geschetst, uit te werken in een organisatieontwerp en een businessplan waarna, na politiek-bestuurlijk besluitvorming komende zomer, de implementatiefase kan starten.  

Traject naar één regionale uitvoeringsorganisatie voor de Participatiewet gaat van start

De gemeenten in de regio Alkmaar willen de Participatiewet gezamenlijk uitvoeren. Het is de ambitie om dit te gaan doen via één regionale uitvoeringsorganisatie (Participatiebedrijf). De Colleges van B&W uit de regio Alkmaar, bestaande uit de gemeenten Alkmaar, Bergen, Castricum, Heerhugowaard, Heiloo, Langedijk en Uitgeest hebben hiertoe besloten. Op dit moment zijn drie organisaties betrokken in de uitvoering: de BUCH- werkorganisatie, Halte Werk en het sociaal werkbedrijf WNK.

Kort gezegd is het de opdracht om van drie uitvoeringsorganisaties te komen tot één. De betrokken gemeenteraden hebben het richtinggevende besluit van de Colleges onderschreven  Op basis van besluitvorming in de Colleges en gemeenteraden over de eerste fase (wat willen we?) is in november jl. een bestuurlijke opdracht gegeven aan de directeuren van WNK, Halte Werk en de BUCH voor de uitwerkingsfase (hoe gaan we dat doen?). Deze vindt u in de bijlage. In samenwerking met de drie ondernemingsraden is Rijnconsult aangetrokken dit proces, om te

komen tot één uitvoeringsorganisatie, te ondersteunen. De ondernemingsraden van de drie organisaties blijven hierin nauw betrokken

Medio april komt er een bestuurlijke hoofdlijnennotitie, waarin de contouren van de regionale uitvoeringsorganisatie helder worden geschetst. Deze stap zetten we om de tussenresultaten te toetsen bij de Colleges en de Raden: zijn we op de goede weg? Het business- en organisatieplan moet op 1 juli klaar zijn, waarna in de periode juli-september de bestuurlijke besluitvorming volgt, vervolgens kan dan op 1 januari 2022 de nieuwe organisatie starten. Dat is een ambitieus tijdpad, tegelijkertijd hebben we de afgelopen jaren al veel uitgezocht en ontwikkeld, dat kunnen we nu gebruiken om de planning ook waar te maken.

Het traject om te komen tot het plan wordt in co-creatie gemaakt, dus samen met de medewerkers van de betrokken organisaties, daarom worden rond  een negental thema’s werkgroepen gevormd. Ook worden de ambtelijke organisaties van Heerhugowaard/Langedijk en Alkmaar bij voor hen relevante zaken betrokken. De ondernemingsraden en cliëntenraden worden geïnformeerd en om advies gevraagd. Er is een bestuurlijke commissie gevormd van de zeven betrokken portefeuillehouders en een bestuurlijk kernteam dat namens de bestuurlijke commissie de bestuurlijke opdrachtgever is voor de drie genoemde directies. In dat kernteam zitten Paul Verbruggen (Alkmaar) en Falgun Binnendijk (Castricum).

We voorzien dat we in februari aan de Raad een bestuurlijke routekaart kunnen sturen, waarin we het totale (besluitvormings)proces met u kunnen delen. Tevens voorzien we dat we in april een Raadsinformatiebijeenkomst organiseren om u op de inhoud bij te praten. Verder kunnen we u, al naar behoefte, in de commissie bijpraten over relevante ontwikkelingen.

BIJLAGE: bestuurlijke opdracht aan directies BUCH-werkorganisatie, WNK Personeelsdiensten en Halte Werk november 2020

Bergense Behoefte

Bijgaand treft u de notitie Bergense Behoefte. Hierin is de woning- en planbehoefte van de gemeente voor de komende 10 jaar opgenomen (2019 – 2028). Deze notitie dient ter staving van het ruimtelijk woonbeleid en het voorkomen van onnodig nieuw ruimtebeslag. Door sturing op de woningvoorraad en aanwezige voorzieningen wordt naar verwachting gerealiseerd dat de helft van de jongeren die anders zouden vertrekken naar een andere gemeente in de regio Alkmaar, in Bergen blijven wonen. Het aantal huishoudens in Bergen gaat daarmee met 1.133 toenemen tussen 2019 en 2028. Op oproep van het kabinet wordt 130% van de behoefte geprogrammeerd. De gewenste planvoorraad komt daarmee uit op 1.473 woningen.

Huidige schaarste woningmarkt

Aanleiding
– De tekst wordt opgesteld als antwoord op een toezegging in de raadscommissie van 12 januari jl. door wethouder Valkering.

– In de raadscommissie van 12 januari jl. is de toezegging gedaan om de huidige schaarste in de woningmarkt toe te lichten. Eén van de aanleidingen om in de huisvestingverordening de recreatieve verhuur van woningen te reguleren, is de schaarste op de woningmarkt. De cijfers die gebruikt zijn voor het raadsbesluit van juni 2020 om te gaan reguleren en te handhaven kwamen uit 2019. De Stec Groep heeft hiervoor eind 2019 een woningschaarsteonderzoek uitgevoerd. In dit artikel wordt ingegaan op de (juridische) houdbaarheid van die onderzoeksgegevens.

Wettelijk kader
In hoofdstuk 3 van de Algemene wet bestuursrecht, Algemene bepalingen over besluiten, zijn bepalingen opgenomen over de inhoud van, de motivatie van, besluiten. Zo dient een bestuursorgaan bij de voorbereiding van een besluit de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen te vergaren (artikel 3:2 Awb). Ook dient het bestuursorgaan indien een besluit berust op een onderzoek naar feiten en gedragingen dat door een adviseur is verricht zich ervan te vergewissen dat dit onderzoek op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden (artikel 3:9 Awb). Dit alles om te komen tot de verplichte deugdelijke motivering van een besluit (artikel 3:46 Awb).

Een duidelijke ‘houdbaarheidsdatum’ voor woningschaarsteonderzoeken is binnen wet of jurisprudentie niet geformuleerd. Wel zijn enkele aanknopingspunten te vinden in regelgeving over andere ruimtelijke besluiten. Voor bestemmingsplannen is bepaald dat in ieder geval
gebruik kan worden gemaakt van gegevens en onderzoeken die niet ouder zijn dan twee jaar (artikel 3.1.1a Bro). Voor in artikel 13.1 van de wet milieubeheer benoemde beschikkingen is een gelijke termijn ‘ten minste houdbaar tot’ termijn opgenomen (artikel 13.5, lid 1 Wm).

In het toekomstige recht kent de Omgevingswet de bepaling dat bij het nemen van een besluit op grond van die wet in ieder geval gebruik kan worden gemaakt van rapporten met gegevens, onderzoeken of inventarisaties die bij de vaststelling van het besluit niet ouder zijn dan twee jaar (artikel 16.5 lid 1 Ow). Gelijk aan bovenstaand is dit ook een ‘ten minste houdbaar tot’ bepaling door het gebruik van de woorden ‘in ieder geval’. De omgevingswet heeft die nuancering ook gecodificeerd. (artikel 16.5 lid 2 Ow).

Op basis van het bovenstaande kan worden geconcludeerd dat de onderzoeksgegevens uit eind 2019 haar houdbaarheidsdatum nog niet hebben overschreden. Toch meent het college er – geheel onverplicht – goed aan te doen ook een inhoudelijke uiteenzetting van de actualiteit
van de onderzoeksgegeven te overleggen aan de gemeenteraad voor de actualisering van de Huisvestingsverordening 2019.

Verwachtingen Stec Groep voor woningschaarste
Vraag is of er op dit moment nog steeds sprake is van schaarste op de woningmarkt. Om te checken of de aanleiding van schaarste nog steeds aan de orde is, is gevraagd de cijfers van schaarste op de woningmarkt te updaten. Het was, gelet op het zeer omvangrijke onderzoek
uit 2019, niet mogelijk om alle cijfers van Stec Groep te updaten voor de behandeling in de commissie en raad op 12 en 28 januari. Vandaar dat onderstaande gegevens zijn gebruikt om de huidige schaarste in kaart te brengen. Stec Groep heeft voor de gemeente in 2019 de kwantitatieve en kwalitatieve schaarste in beeld gebracht. Op basis van de schaarsteberekening, waarbij gekeken wordt of huishoudens passend wonen naar het inkomen, blijkt er een groot tekort te zijn voor huishoudens met een laag inkomen. Ook is er een behoorlijk tekort voor de lage middeninkomens.

Uit de rapportage blijkt dat 5 tot 7% van de woningvoorraad (740 tot 1.120 woningen) de reguliere voorraad niet beschikbaar is voor reguliere bewoning, maar gebruikt wordt voor recreatieve doeleinden of gebruik als tweede woning. Ongeveer 40% van deze woningen zijn geschikt voor huishoudens met een laag- of middeninkomen, waar volgens de
schaarsteberekening juist te weinig woningen voor zijn. Om in te lopen op de schaarste moeten deze woningen beschikbaar komen voor deze doelgroep voor reguliere bewoning.

Stec Groep verwacht niet dat de schaarstesituatie in Bergen is verbeterd ten opzichte van de publicatiedatum van het onderzoek:
‘’Op basis van algemene woningmarktontwikkelingen in het afgelopen jaar verwachten we dat de schaarste die voor Bergen eind 2019 is aangetoond onveranderd is gebleven of mogelijk eerder zal zijn gestegen dan gedaald. Dit als gevolg van een aanhoudende stijging van huizenprijzen. Vooral voor
starters is het hierdoor nog lastiger geworden om een betaalbare woning te vinden’’. Stec Groep (december 2020).

Cijfers van de jaarraportage van het SVNK (Stichting Sociale Verhuurders Noord-Kennemerland)
De schaarste door Stec geconstateerd wordt ook ondersteund door de jaarrapportage 2019 van de SVNK. Hieruit blijkt dat ook op de sociale woningmarkt in Bergen sprake is van toenemende krapte. De krapte wordt hier uitgedrukt in de slaagkans. De slaagkans wordt gemeten door het aantal verhuringen te delen door het aantal actief woningzoekenden. Het
aantal verhuringen (166) blijft flink achter bij het aantal actief woningzoekenden (5.779).

Dit vertaalt zich in een daling van de slaagkans tussen 2017 en 2019, maar ook tussen 2018 en 2019. Huishoudens hebben steeds meer inschrijftijd nodig om kans te maken op een woning en moeten steeds vaker reageren op advertenties voor zij een woning kunnen bemachtigen. Cijfermatig was in Bergen een stijging in reacties op advertenties voor sociale
huurwoningen in de periode 2016-2019 van 10.312 naar 24.224 reacties. De slagingskans was in 2016 met afgerond 4% al laag maar daalde in 2019 nog verder naar afgerond 2%.

Cijfers van woningmarktanalyse van de Leygraaf makelaars
De schaarste op de woningmarkt wordt ondersteund door de koopwoningmarktanalyse van de Leygraaf makelaars in het derde kwartaal van 2020. De vraagprijs in Noord-Kennemerland is gemiddeld met 9,6% gestegen ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2019. De transactieprijs
van een woning in Bergen is gemiddeld zelfs met ruim 16% gestegen, ten opzichte van ‘slechts’ 9,4% gemiddeld in de regio. Ondanks een recordaantal transacties, is de krapte indicator
van 1,7 historisch laag. Een koper heeft slechts keuze uit 1,7 woningen. Het aanbod van relatief betaalbare tussenwoningen is daarbij het hardst gekelderd.

Conclusie
Uit de reactie van de Stec Groep en de woningmarktanalyse van de Leygraaf makelaars blijkt dat er op dit moment, januari 2021, nog steeds sprake is van schaarste op de woningmarkt. Waarbij eerder een grotere schaarste is dan dat dit is afgenomen. Ook uit de cijfers van het
SVNK, die nog niet bekend waren ten tijde van het onderzoek van de Stec Groep, blijkt de schaarste op de sociale woningmarkt. Daarmee is op dit moment nog steeds sprake van woningschaarste en de huisvestingsverordening voor regulering van de onttrekking van
woningen aan de woningmarkt nog steeds legitiem.

Beantwoording technische vragen over baggeren uit de commissie van 12 januari 2021

Wat betekenen de verschillende kleuren blauw op de profielenkaart ? (groenblauw, grijsblauw en helblauw)

De profielenkaart (‘kaart overzicht profielen Bergen’) is bedoeld om aan te geven waar de diverse profielen van de watergangen zijn gemeten. Op de kaart zijn de gemeten locaties genummerd en aangegeven met een dwarsstreep op de watergang. De donkerblauwe lijnen met de getallen en grijze streepjes zijn de watergangen die onderzocht zijn voor het baggerplan. Hier is de dikte van de baggerlaag bepaald. Dit zijn de watergangen die in beheer zijn bij de gemeente. De lijnen en profielen zijn in een topografische kaart gezet en de andere kleuren blauw zijn van de topografische kaart. Deze zijn niet van belang. Voor andere informatie dan de gemeten locaties kan de legger van het hoogheemraadschap geraadpleegd worden (‘Legger wateren 2020’).

Hoe is het toezicht op de waterkwaliteit geregeld? Uit de beantwoording hebben we begrepen dat HHNK toeziet op de waterkwaliteit. Maar over twee stukken hebben wij vragen, omdat inwoners ons wezen op de slechte waterkwaliteit:

  1. De waterkwaliteit van het meertje en omliggende wateren waar Schoorl-community natuurorganisaties en provincie NH enthousiast over hebben gekregen om de biodiversiteit te verbeteren. Maar daarvoor moet er echt gebaggerd worden! Ook omwonenden verheugen zich op een verbetering van de waterkwaliteit. Kan het college zich hiervoor inzetten?

Omdat de waterkwaliteit voldoet aan de doelstelling van ’t Meertje wordt hier verder geen onderzoek naar gedaan. Samen met Schoorl Community onderzoeken we wel de mogelijkheden om de biodiversiteit te verbeteren.

2. Hoekje Kogendijk en Van Blaaderenweg melden inwoners dat extreem smerig is.

Bij ons zijn er geen meldingen bekend dat het water op deze locatie extreem smerig is. Ook tijdens de bewonersparticipatie Overdacht Stedelijk Water in 2019 is dit niet aan de orde gekomen. Wij gaan de situatie ter plaatse bekijken en vervolgens met het hoogheemraadschap bespreken.

Laatste vraag: Kan kort uitgelegd worden wat gedaan wordt om de rivierkreeft te bestrijden?

De gemeente volgt de ontwikkelingen en het beleid van het hoogheemraadschap met betrekking tot de rivierkreeften. Momenteel is er nog veel onduidelijk over de meest effectieve methode van bestrijding. Op dit moment onderzoekt Stowa (Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer) daarom handelingsperspectieven om de populatie van exotische kreeften lokaal te beheersen.

Zie hierover https://www.stowa.nl/nieuws/zoeken-naar-oplossingen-voor-rode-amerikaanse-rivierkreeft . Wij wachten vooralsnog het beleid van HHNK en de lopende onderzoeken van o.a. de Stowa af.

Vragen ARC

Beantwoording vraag raadsvoorstel formatie verkeer

Tijdens de behandeling van het raadsvoorstel formatie verkeer in de algemene raadscommissie is de vraag gesteld waarom er om extra verkeerskundige wordt gevraagd en niet om een verkeersplanoloog

Een deel van de beleidsmatige werkzaamheden die door de verkeerskundige gedaan moeten worden zijn van planologische aard. Binnen Bergen en zelfs binnen de gehele Buch is echter onvoldoende planologisch werk om daar een specialist voor aan te nemen. Landelijk is er een te kort aan verkeerskundige beleidsmedewerkers, werving is daarom al een probleem maar verkeersplanologen zijn er nog veel minder. Het zal bijna onmogelijk zijn om een dergelijke vacature te vervullen.

De Buch heeft het geluk dat er binnen de huidige verkeerskundigen wel mensen zijn die planologische kennis hebben. De Buch samenwerking maakt het mogelijk om de sterke kanten van mensen binnen de verschillende gemeentes in te zetten. Onze verkeerskundig beleidsmedewerkers werken allemaal voor meerdere gemeentes, als er een plustaak voor een bepaalde gemeente komt zal dat niet veranderen en kan er dus gebruik gemaakt worden van planologische kennis. Het aantal uren iemand specifiek voor Bergen werkt zal afhankelijk van zijn specialisatie omhoog gaan. Onder andere om deze reden is ook besloten dat de verkeerskundig beleidsmedewerkers tijd gaan schrijven.

Daarnaast wordt bij de werving van een verkeerskundige ook gekeken naar kennis en kunde op gebied van de verkeersplanologie. Deze kennis en kunde is onontbeerlijk bij een functie als beleidsmedewerker verkeer.

Kortom: bij de werving wordt niet specifiek gezocht naar een verkeersplanoloog maar is kennis op dit gebied, naast andere aspecten op gebied van verkeer en vervoer zoals verkeersveiligheid en mobiliteit, een vereiste.