Woningprogrammering naar realisatiecapaciteit Regio Alkmaar maart 2021

In juni 2019 hebben de colleges in Regio Alkmaar de notitie “Woningbouwafspraken en programmering Regio Alkmaar” vastgesteld. Hierin is opgenomen dat de regionale woningprogrammering periodiek wordt geactualiseerd. Bijgaand treft u de regionale woningprogrammering van maart 2021. De programmering is flexibel en adaptief en wordt meerdere keren per jaar opgesteld.

Toelichting woningprogrammering naar realisatiecapaciteit

De basis van de woningprogrammering naar realisatiecapaciteit is de monitor plancapaciteit (www.plancapaciteit.nl). Een export van de monitor wordt omgezet naar een programmering naar realisatiecapaciteit overeenkomstig de in de woningbouwafspraken opgenomen realisatiestaffel planvoorraad naar planfase (zie tabel hieronder).

Er worden alleen plannen vanaf 12 woningen in de programmering opgenomen. Hierbij worden drie planfases gehanteerd. Afhankelijk van de planfase (hoe ver is de planontwikkeling gevorderd) en de tijdsfasering (hoe verder in de tijd hoe onzekerder een plan) telt een plan voor een bepaalt percentage mee in de programmering. De planstatus en de programmering in de tijd bepalen de mate waarin een plan meetelt in de woningprogrammering naar realisatiecapaciteit. Zo wordt een realistischer beeld verkregen van de programmering.

Realisatiestaffel planvoorraad naar planfase2021-20232024-2027> 2028
planfase 1
(Onherroepelijke) vastgestelde bestemmingsplannen waarbij een ontwikkelaar/investeerder is gecontracteerd
90%80%70%
planfase 2
(Onherroepelijke) vastgestelde bestemmingsplannen waarbij nog geen sprake is van een ontwikkelaar / investeerderPlannen in voorbereiding: er is nog geen bestemmingsplan maar al wel een overeenkomst met een ontwikkelaar/investeerder
80%70%60%
planfase 3
Plannen in voorbereiding: er is nog geen bestemmingsplan en geen overeenkomst met een ontwikkelaar / investeerderPotentiële plancapaciteit
60%60%50%

Naast de regionale programmering is ook de programmering per woonmilieu (Stedelijk, Kleinstedelijk en Centrum Dorps) en per gemeente weergegeven.

Toelichting legenda

  • Het eerste getal voor de plannaam is het plannummer. Deze correspondeert met www.plancapaciteit.nl);
  • Het getal tussen haakjes (xxx) geeft het totaal aantal nog te realiseren woningen van het project weer, zoals opgenomen op plancapaciteit;
  • Plannen waar een * achter staat zijn (deels) Buiten Bestaand stedelijk Gebied (BBG);
  • Plannen waar een # achter staan tellen nog niet mee in de programmering (vallen buiten de planperiode of zijn potentiële locaties);
  • De groene stippellijn geeft de minimale jaarlijkse opgave aan conform het concept Woonakkoord.

Woonakkoord 2021 – 2025

Regio Alkmaar heeft samen met provincie Noord-Holland het Woonakkoord 2021-2025 opgesteld. Hierin is aangegeven welke woonopgaven er liggen, wat de gewenste richting is en welke afspraken daarbij passen. Bijgaand treft u het Woonakkoord. Het Woonakkoord bevat een gezamenlijke visie van de regiogemeenten, provincie en de Woningmakers (een samenwerkingsverband van ontwikkelaars, woningcorporaties, bouwers en makelaars) op brede woningbouwopgaven.

Het Woonakkoord is een nieuw beleidsinstrument van de provincie Noord-Holland met als hoofddoel om voldoende woningen te realiseren. De provincie Noord-Holland vraagt in haar Woonagenda 2020-2025 aan regio’s om, samen met de provincie, Woonakkoorden op te stellen, met daarin afspraken over woningbouw, nieuwbouw en een overzicht van woningbouwplannen in het landelijk gebied. De provincie wil ook het verduurzamen van de woningvoorraad stimuleren en inspelen op het veranderde klimaat.

Samengevat is de inhoud van het akkoord als volgt:

  • Tot 2030 voegen we jaarlijks minimaal 2.000 woningen toe.
  • Tot 2040 voegen we ca. 25.000-33.000 woningen toe. 
  • Aan alle segmenten is behoefte.
  • Versnelling van woningbouwrealisatie is essentieel. 
  • We gaan op zoek naar nieuwe locaties om versneld tot ontwikkeling te brengen.
  • We houden de vinger aan de pols om te zien of we voldoende woningen van het juiste type bijbouwen om aan de (toekomstige) vraag te voldoen. 
  • De doorlooptijd van plan tot bouw is zeven tot vijftien jaar. In die tijd kan er (economisch) veel veranderen. We volgen de marktontwikkelingen, zodat we waar nodig kunnen bijsturen. 

Regio Alkmaar ziet het Woonakkoord als een goede basis om de woningbouw versneld te realiseren. Het Woonakkoord is de opvolger van het instrument Regionale Actie Programma’s (RAP) en is tegelijkertijd in veel opzichten een voortzetting van bestaand beleid of eerdere regionale samenwerkingsafspraken.

Toeslagenaffaire, vorderingen gemeentelijke belastingen

Ons college wil informatie verschaffen overde stand van zaken met betrekking tot de gemeentelijke belastingen in relatie tot de gedupeerden van de kindertoeslagenaffaire in de gemeente Bergen.

In de raadsvergaderingen van de BUCH gemeenten zijn in 2020 regelmatig vragen gesteld over de gedupeerden van de toeslagenaffaire kinderopvang. Daarbij kwamen onder andere de vragen aan de orde: “Weet het college hoeveel inwoners getroffen zijn door de toeslagenaffaire? Kan het college ook te weten komen wie het betreft?”.

In de beantwoording werd daarbij aangegeven dat bij het college niet bekend is hoeveel inwoners zich bij de Belastingdienst hebben gemeld als gedupeerde van de kinderopvangtoeslag. Wij kunnen ook niet te weten komen wie de gedupeerden zijn aangezien de Rijksbelastingdienst op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) geen persoonsgegevens aan ons college kan verstrekken.

Inmiddels is meer bekend over het aantal getroffen inwoners van de BUCH gemeenten en de gevolgen voor nog openstaande gemeentelijke belastingvorderingen met betrekking tot de belastingjaren tot en met 2020. De Gemeenschappelijke Regeling Cocensus, waarin de belastingtaken van Bergen zijn ondergebracht heeft hierover gerapporteerd aan de leden van haar Algemeen Bestuur.

Deze rapportage van Cocensus heeft betrekking op gemeentelijke belastingen tot en met 2020 en geeft daarmee nog geen beeld van de volledige omvang van de getroffen huishoudens. Een rapportage met betrekking tot alle voor kwijtschelding in aanmerking komende overige schulden is beschikbaar na afronding van de inventarisatie die door de BUCH wordt uitgevoerd. Zodra de resultaten uit deze grootschalige inventarisatie bekend worden, worden deze met u gedeeld.

Algemene gegevenslevering Rijksbelastingdienst aan Cocensus

Cocensus heeft een bestand van de Rijksbelastingdienst ontvangen. Door middel van dit bestand is inzicht verschaft in de aantallen getroffen huishoudens in het gebied waarvoor Cocensus de belastingtaken uitvoert. Hierbij dient de kanttekening te worden geplaatst dat het bestand bestaat uit personen/huishoudens die zich zelf hebben gemeld bij de Rijksbelastingdienst. De Rijksbelastingdienst is nog bezig met toetsing op deze dossiers.

Periodiek wordt Cocensus door de Rijksbelastingdienst hierover geïnformeerd. Gedupeerden worden door Cocensus individueel benaderd over de voortgang van behandeling.

In het verzorgingsgebied van de 14 bij Cocensus aangesloten gemeenten gaat het om een aantal van 1135 huishoudens die mogelijk voor compensatie of kwijtschelding in aanmerking komen. In een kleine 80% van dit aantal huishoudens is er geen sprake van een openstaande vordering op een gemeentelijke belasting. Dit kan komen doordat de aanslagen inmiddels zijn betaald of dat een andere (reguliere) vorm van kwijtschelding is toegekend. Voor de resterende 286 huishoudens heeft Cocensus een ‘blokkade’ in de belastingbestanden ingevoerd waarmee de invorderingsmaatregelen zijn opgeschort.

Getroffen huishoudens gemeente Bergen

Cocensus heeft met betrekking tot de gedupeerden in de gemeente Bergen cijfers beschikbaar gesteld naar de stand van zaken per 30 april. Het bestand, op basis waarvan deze cijfers tot stand zijn gekomen wordt periodiek ge-update waardoor het een tussenstand betreft. De definitieve aantallen kunnen daarom afwijken van onderstaande opgave.

  • Aantal huishoudens voor compensatie in aanmerking komend: 25.
  • Aantal huishoudens met nog openstaande vorderingen gemeentelijke belastingen: 8.

Deze opgave van Cocensus heeft betrekking op gemeentelijke belastingen tot en met 2020 en geeft daarmee nog geen beeld van de volledige omvang van de getroffen huishoudens. Een rapportage met betrekking tot alle voor kwijtschelding in aanmerking komende overige schulden is beschikbaar na afronding van de inventarisatie die door de BUCH wordt uitgevoerd. Zodra de resultaten uit deze grootschalige inventarisatie bekend worden, worden deze met u gedeeld.

De kwijtscheldingsregeling voor getroffen huishoudens

De lijn zoals die nu bekend is, is dat kwijtschelding wordt verleend voor alle openstaande gemeentelijke belastingen tot en met het belastingjaar 2020. Met betrekking tot Bergen gaat het om de aanslagen gemeentelijke belastingen van 8 huishoudens. Huishoudens die al wel hebben betaald dienen zich te melden bij de Rijksbelastingdienst voor compensatie. Met betrekking tot Bergen gaat het hierbij om de aanslagen gemeentelijke belastingen van 25 huishoudens. Daarbij geldt dat gedupeerden zich tot 1 januari 2024 kunnen melden, de kwijtscheldingsregeling blijft daarmee feitelijk nog drie jaren van kracht.

De uitvoering van de kwijtscheldingsregeling

Op 18 januari 2021 heeft het kabinet aangekondigd dat schulden bij de ‘Belastingdienst en Toeslagen’ en andere publieke uitvoeringsorganisaties worden kwijtgescholden. Ook gemeenten en waterschappen zijn gevraagd om openstaande vorderingen kwijt te schelden.

De afgelopen maanden is gewerkt aan het creëren van een grondslag voor het kwijtschelden van de publieke schulden van gedupeerde ouders van de kinderopvangtoeslagaffaire. Dit heeft geresulteerd in de Verzamelwet hersteloperatie toeslagen. Dit wetsvoorstel wordt in september door de staatssecretaris van financiën ingediend bij de Tweede Kamer. De beoogde inwerkingtreding is 1 januari 2022. In de buitengewone algemene leden vergadering van de VNG van 12 februari 2021 is een voorstel over de kwijtschelding gemeentelijke vorderingen voor de gedupeerden aangenomen. Gemeenten hebben de VNG opgeroepen om hen van middelen te voorzien om te kunnen overgaan tot het stoppen van beslaglegging en dwanginvordering naar aanleiding van gemeentelijke vorderingen en tot het daadwerkelijk kwijtschelden. Naar aanleiding van dit door de gemeenten genomen besluit heeft het Rijk toegezegd alle kosten die gemeenten maken bij het verlenen van de kwijtschelding op basis van nacalculatie.

volledig te vergoeden. Hierdoor kan worden geanticipeerd op de invoering van de Verzamelwet hersteloperatie toeslagen en worden overgegaan tot het verlenen van kwijtschelding aan gedupeerden van de kindertoeslagenaffaire van openstaande gemeentelijke vorderingen.

De uitvoering van de belastingtaken van Bergen is bij de gemeenschappelijke regeling Cocensus ondergebracht. Door middel van een door ons college genomen besluit wordt Cocensus in staat gesteld om namens de gemeente uitvoering te geven aan de kwijtschelding van openstaande gemeentelijke belastingvorderingen aan gedupeerden van de kindertoeslagenaffaire.

De compensatieregeling voor gemeenten

Staatssecretaris Van Huffelen heeft toegezegd dat alle kosten die gemeenten maken in het kader van de hersteloperatie toeslagenaffaire op basis van nacalculatie worden vergoed. Het betreffen bedragen van openstaande vorderingen, inclusief rente en kosten voor incasso (gerechtsdeurwaarders). Hiernaast stelt het Rijk een nog vast te stellen forfaitair bedrag ter beschikking voor de uitvoering van het proces van kwijtschelding.

Plan van aanpak toeristische verhuur tweede woningen terrasflats en BaZ

Het college heeft een plan van aanpak gemaakt voor de terrasflats en BaZ naar aanleiding van de aangenomen motie tijdens de raadsvergadering van 17 juni jl. In de motie wordt het college opgedragen een tijdlijn op te stellen van de terrasflats, waaruit moet blijken welke rechten- en plichten daar gelden ten aanzien van toeristische verhuur en dit te verwerken in een nieuw voorstel dat na de zomer aan de raad kan worden voorgelegd.

Plan van Aanpak

In het plan van aanpak is verwerkt hoe de motie uitgevoerd wordt en op welke termijn, hoe we de reactie afwachten van de VVE’s van de terrasflats en hoe de enquête gehouden in Bergen aan Zee beter geduid wordt.

Ten aanzien van de motie wordt in het nieuwe voorstel gemotiveerd hoe rechten uit het oude bestemmingsplan van de terrasflats uit voor 2012 overgegaan zijn naar het huidige bestemmingsplan inclusief herzieningen. Ook de Gebruiksverordening ‘tweede woning Egmond’ uit 1994 van de toenmalige gemeente Egmond en de Ruimtelijke Visie op Hotels en Pensions worden bij de analyse betrokken.

In juli wordt gevraagd om reacties van beide VVE’s. Daarbij willen we aanhoren wat het collectieve standpunt is van de eigenaren of van de besturen van de VVE’s. Uitgangspunt blijft dat het college zich niet mengt in het interne conflict van de VVE’s, maar de standpunten ophaalt.

Ten aanzien van de enquête bestaan er mogelijk onduidelijkheden over de representativiteit en de vraagstelling. In het nieuwe voorstel wordt beter uitgelegd hoe de resultaten gebruikt kunnen worden en wat de response is. De vraagstelling behorend bij de enquêtes wordt volledig uitgeschreven. Daarmee wordt ook duidelijk waarom er een overzicht is van 4 tellingen en waarom het totaal aantal antwoorden per telling verschilt.

Het aangepaste voorstel komt op 24 augustus terug in het college.

Grondstoffen

Grondstoffenplan

In mei stelde u het nieuwe grondstoffenplan vast voor de gemeente Bergen. Dit is een grote mijlpaal voor de gemeente, en zet voor de komende jaren de koers uit voor de nieuwe inzamelstructuur. Het gekozen systeem gaat uit van een versobering van de dienstverlening op restafval gecombineerd met een verhoging van de service op het aanbieden van grondstoffen. Deze combinatie is het meest succesvolle recept voor het bereiken van een trendbreuk in het aanbiedgedrag van de inwoners in de gemeente. Verder wordt in het plan rekening gehouden met maatwerk voor gebieden en doelgroepen.

Voor het vervolgtraject staat de besluitvorming op de agenda met betrekking tot wie de komende jaren de uitvoering van de inzameling zal uitvoeren. HVC en de BUCH zijn achter de schermen aan de slag om hiervoor een voorstel voor te bereiden. Het vastgestelde grondstoffenplan vormt zoals ook in de besluitvorming al werd aangegeven de basis voor deze voorstellen.

Transparant proces

Beide partijen werken samen in concurrentie aan dit proces. De belangen voor beide partijen zijn groot, en er is voor beide partijen onzekerheid over de uitkomst. Deze spanning maakt het noodzakelijk dat we extra afspraken hebben gemaakt over hoe we hiermee omgaan.

Het uitgangspunt voor deze afspraken is dat beide partijen nu en in de toekomst blijven samenwerken. Indien de keuze gemaakt wordt voor de BUCH blijft de gemeente Bergen aandeelhouder van HVC, en blijven we afvalstromen binnen dit aandeelhouderschap verwerken bij HVC. Ook de nascheiding blijft belegd binnen HVC. Dit aandeelhouderschap verandert niet door de keuze voor de inzamelorganisatie. Indien de keuze gemaakt wordt voor HVC blijft de BUCH de uitvoeringsorganisatie voor de gemeente Bergen. Dit betekent dat HVC bij de inzameling voor het flankerend beleid op het gebied van beleid, beheer, inrichting, communicatie en handhaving afspraken moet maken met de BUCH. Ook in deze taakstelling verandert er niets door de keuze van de inzamelorganisatie.

Technisch Avond

Op maandag 21 juni vond er een technische sessie plaats in de theaterzaal van De Blinkerd. Na een kort intro van de wethouder hebben de BUCH en HVC in een gezamenlijke presentatie de aanwezigen bijgepraat over het proces en de samenwerking. Daarnaast hielden zowel HVC als de BUCH een presentatie over de ontwikkelingen in hun eigen organisatie. Nieuwe ontwikkelingen en resultaten werden toegelicht,  en beide organisaties hadden oog voor de behoefte van de gemeente Bergen aan een partner in de transitie. De presentatie van de BUCH is na de avond met u gedeeld via de griffie. HVC heeft aangegeven vanwege beeldmateriaal van medewerkers de presentatie niet breder wil delen.

Het doel van deze avond was om vertrouwen te genereren dat ongeacht het besluit de gemeente Bergen voor de toekomst een goede solide samenwerkingspartner heeft voor de uitdaging die zij heeft om de verandering te bewerkstelligen. Beide organisaties willen heel graag na 1 januari 2023 de afvalinzameling in de gemeente Bergen verzorgen.

Zowel HVC als de BUCH kijken tevreden terug op de avond. Op verschillende momenten gedurende de avond is er voor raadsleden de gelegenheid geweest om vragen te stellen en daar is goed gebruik van gemaakt. Onderwerpen waar vanuit de raad aandacht voor was betroffen onder meer informatieveiligheid, duurzaamheid en kerntaken. Deze worden meegenomen en betrokken in de besluitvorming.

Besluitvorming in het derde kwartaal

Op dit moment worden concrete voorstellen voorbereid. Deze worden in het derde kwartaal aangeboden ter besluitvorming. In deze besluitvorming zijn ook de budgetten voorzien voor de implementatie van het grondstoffenplan. Besluitvorming in het derde kwartaal zorgt ervoor dat een snelle uitrol van het grondstoffenplan gegarandeerd kan worden. Daarnaast moet de besluitvorming ook formeel worden afgerond in verband met het aflopen van contracttermijnen van de huidige DVO.

Open en transparant

Beide inzamelpartijen zijn anders, en hebben elk hun eigen meerwaarde voor de gemeente Bergen. Deze meerwaarde is vaak kwalitatief van aard en niet altijd kwantitatief, vergelijkbaar of meetbaar.

Dit betekent dat de voorstellen ook niet volledig vergelijkbaar zullen zijn. Beide partijen zijn zich hiervan bewust. Om te komen tot een zo eerlijk mogelijk vergelijk bespreken beide partijen samen de uitgangspunten voor de beide voorstellen en stellen ze deze ook in gezamenlijkheid vast.

Stand van zaken Uitvoeringskader Slotkwartier

November 2019 is het Uitvoeringskader Slotkwartier vastgesteld. Sinds dat moment zijn er flinke stappen gezet in de realisatie. Onderstaand de stand van zaken.

Huys Egmont

Medio 2020 heeft de aanbesteding plaatsgevonden voor de casco restauratie van raadhuis en schooltje. Na de gunning is direct gestart met de werkzaamheden die volgens plan zijn verlopen. Oplevering is eind juni voorzien. Na de oplevering neemt de Stichting Huys Egmont de gebouwen in gebruik. De gebouwen worden ingericht als Huys Egmont, met o.a. een museumfunctie, servicepunt bibliotheek en ruimte voor verhuur.

Huys Egmont is verantwoordelijk voor de inrichting van de tentoonstelling. Hiervoor is door de stichting een plan met raming opgesteld, waarvoor de stichting op zoek is naar financiering. Om de stichting hierbij te helpen is een subsidieadviseur ingeschakeld. Deze assisteert Huys Egmont bij de voorbereiding van kansrijke subsidieaanvragen.

De opening van Huys Egmont, met een tijdelijke tentoonstelling, staat voor begin juli gepland.

Slotweg 44

In 2020 heeft de gemeente, conform het Uitvoeringskader, Slotweg 44 verworven. In het Uitvoeringskader Slotkwartier is op deze locatie kleinschalige horeca voorzien (bijvoorbeeld een ijssalon/bakkerij) met maatschappelijk component, zoals dagbesteding. Er hebben zich diverse gegadigden gemeld voor de exploitatie. Om partijen een gelijke kans te geven wordt  een openbare inschrijving voorbereid, waarbij partijen worden uitgenodigd om, binnen randvoorwaarden, met een plan en aanbieding te komen. Ondertussen start de voorbereiding van de renovatie. Hiervoor is bij de vaststelling van het Uitvoeringskader al budget beschikbaar gesteld.

Hoeve Overslot De afgelopen jaren heeft een intensief traject gelopen met de huidige gebruikers van Hoeve Overslot. Dit zijn Stichting Hafre, waarmee de gemeente een gebruiksovereenkomst heeft en de Wunderkammer/schelpenkabinet, die eveneens gebruik maakt van een deel van de hoeve. De gemeente heeft op dit moment geen overeenkomst met de stichting die de Wunderkammer runt. Met beide partijen zijn gesprekken gevoerd over de toekomstige exploitatie van Hoeve Overslot. Bij de stichtingen is aangedrongen op het opstellen van een bedrijfsplan waarin de exploitatie inzichtelijk wordt gemaakt. Adviesbureau BOEi heeft de stichtingen hierbij geadviseerd. Uitgangspunt was hoe invulling te geven aan de kaders zoals vastgesteld in het Uitvoeringskader Slotkwartier, waarin de functies en financiële kaders voor de Hoeve zijn vastgesteld.

De gesprekken hebben geleid tot een voorstel voor een kleinkunstpodium dat er positief uitziet en een voorstel voor de overige inrichting van de Hoeve dat niet conform het uitvoeringskader is.

Kleinkunstpodium

Met de vertegenwoordigers van het kleinkunstpodium is een bedrijfsplan uitgewerkt. Hierin staat beschreven welke activiteiten worden voorgesteld. Er wordt inzicht gegeven in hoe te komen tot een levensvatbare exploitatie. Gevolg hiervan is dat een huur overeenkomstig de uitgangspunten uit het uitvoeringskader kan worden voldaan.

Overige invulling Hoeve

Uit de gesprekken met de vertegenwoordigers van de Wunderkammer en het schelpenkabinet bleek dat bij voorkeur de huidige activiteiten worden voortgezet. Hierdoor kan geen huur worden betaald en is een integratie met een vorm van horeca niet mogelijk. Stichting en met een verzoek tot afwijking van het Uitvoeringkader. Het college heeft besloten hier niet aan tegemoet te komen. Er is voor gekozen om voor de overige invulling van de Hoeve dicht bij het Uitvoeringskader Slotkwartier te blijven en een exploitant te zoeken die wel invulling kan geven aan een invulling en exploitatie conform het Uitvoeringskader. Dit betekent dat er een einde komt aan Wunderkammer/schelpenkabinet in de Hoeve.

Voor de invulling en exploitatie van het overige deel van de Hoeve wordt een openbare inschrijving voorbereid, waarbij geïnteresseerde partijen binnen vooraf gestelde randvoorwaarden een plan met aanbieding in kunnen dienen. Met een openbare inschrijving wordt aan alle partijen de kans geboden om met een plan te komen dat past binnen het Uitvoeringskader.

Overkoepelende stichting In 2020 is gestart met gesprekken tussen betrokken partijen in het Slotkwartier om te komen tot een overkoepelende stichting. Hiervoor was onder de stichtingen in het Slotkwartier, aangevuld met vertegenwoordigers van de inwoners veel animo. Als gevolg van de beperkingen door de coronapandemie zijn deze gesprekken tijdelijk gestaakt. In de tweede helft van 2021 wordt de vorming van overkoepelende stichting nader uitgewerkt met betrokken partijen.

Overig

Er zijn de afgelopen jaren diverse ideeën geopperd over herinrichting van de buitenruimte, de verkeerscirculatie, herinrichting van de slotfundamenten en over het al dan niet betrekken van de hoekwoning aan de Weg naar de Oude Veert bij het project. In fase 1 lag de focus op school en raadhuis. In fase 2 komt de focus op Hoeve Overslot en Slotweg 44 te liggen. De ideeën over de buitenruimte en de toekomstige invulling van de hoekwoning worden pas opgepakt wanneer fase 2 een eind is gevorderd.

Motie Cultuurhistorisch depot Berkenlaan 2

Op 8 april 2021 heeft de gemeenteraad een besluit genomen over het toekomstperspectief van museum Kranenburgh. Bij deze besluitvorming nam de raad een motie aan. Daarin wordt het college verzocht te onderzoeken wat de mogelijke consequenties zijn van het vrijspelen van de Berkenlaan 2 als het cultuur historisch depot ondergebracht wordt bij het depot aan de Boekelermeer. Dit onderzoek heeft inmiddels plaatsgevonden.

In de motie wordt het college verzocht om:

  • Te onderzoeken wat de mogelijke consequenties zijn van het vrijspelen van de Berkenlaan 2 wanneer het cultuur historisch depot ondergebracht wordt bij het depot aan de Boekelermeer.
  • Eerst een onderzoek vanuit het oogpunt van strategisch vastgoedbeleid naar de Berkenlaan te laten plaatsvinden. Dit onderzoek voor de zomer te laten plaatsvinden. De uitkomsten met de raad te delen.

Aan de hand van de uitkomsten wordt het college gevraagd een standpunt in te nemen over de wenselijkheid om het cultuurhistorische depot samen te voegen bij het nieuw te bouwen depot in de Boekelermeer en de raad hierover te informeren.

Op basis van de uitkomsten van het ambtelijk onderzoek is het advies om het cultuurhistorische depot de Berkenlaan niet samen te voegen met het nieuw te bouwen depot in de Boekelermeer. Op basis van de huidige bestemming is er financieel nadeel, als de Berkenlaan 2 wordt afgestoten en de depotfunctie ook naar de Boekelermeer  verhuist. De wijziging van de bestemming (van maatschappelijk naar wonen) leidt weliswaar tot een beperkt financieel voordeel. Aan een dergelijke wijziging kleven naar verwachting nog wel veel haken en ogen. Ook wordt bij afstoting van de Berkenlaan op een later moment een hogere opbrengst verwacht.

Verder kunnen de twee soorten depotfuncties goed los van elkaar functioneren en is het draagvlak vanuit de gebruikers voor een cultuurhistorisch depot in de Boekelemeer niet groot.

Op basis van de uitkomsten van het onderzoek geeft het college besloten het cultuurhistorische depot gelegen aan de Berkenlaan 2 niet samen te voegen met het nieuw te bouwen gemeentelijk kunstdepot in de Boekelermeer.

Jaarrapportage Interbestuurlijk toezicht 2020

Op 14 juni 2021 heeft de Provincie haar Jaarrapportage van het Interbestuurlijk toezicht (IBT) 2020 aan het college en de raad(sleden) gestuurd. Via deze weg wil het college het onderdeel Omgevingsrecht nader duiden en toelichten

Achtergrond

Eén van de kerntaken van de Provincie is interbestuurlijk toezicht (IBT): het toezicht houden op de uitvoering van wettelijke taken door gemeenten, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen. In 2020 is dit toezicht uitgevoerd op basis van het Beleid Interbestuurlijk Toezicht 2018-2021. In dit beleid staat geformuleerd waar de provincie toezicht op houdt:

‘Er wordt gefocust op het identificeren van risico’s met betrekking tot gevaren voor de volksgezondheid en het welzijn van het collectief van burgers (dit betekent dat de selectie van taken uit het totaal van de toegewezen toezichtstaken is bepaald door het mogelijke maatschappelijke negatieve effect dat het niet uitvoeren – of niet volgens de wettelijke vereisten uitvoeren – van taken heeft, in combinatie met een inschatting van het risico dat dit zich voordoet).’

De provincie houdt dus risicogericht toezicht. Uit het grote aantal terreinen waarop de provincie toezicht kan houden heeft de provincie een aantal risicogebieden benoemd waarop structureel en systematisch toezicht wordt gehouden:

  • Toezicht op informatie- en archiefbeheer
  • Toezicht op het Omgevingsrecht
  • Toezicht op de huisvesting van verblijfsgerechtigde.

Via deze weg licht ons college het onderdeel Omgevingsrecht verder toe.

Systematisch toezicht

De jaarlijkse systematische beoordelingen van de gemeenten op de risicogebieden worden voorafgegaan door een ambtelijk overleg. Daarna volgt het eindoordeel in een bestuurlijke brief. Wanneer een gemeente of andere overheid het twee jaar achtereen goed doet, wordt het toezicht versoberd naar bijvoorbeeld een quickscan op hoofdlijnen. Bij slecht presteren van een gemeente wordt het toezicht aangescherpt. Eens in de paar jaar worden alle gemeenten getoetst om ervoor te zorgen dat de afstand niet te groot wordt.

De mogelijke beoordelingen zijn:

  • Groen: adequaat, dat wil zeggen voldoende.
  • Geel: redelijk adequaat, dat wil zeggen voor verbetering vatbaar.
  • Rood: niet adequaat, dat wil zeggen onvoldoende.

Toezicht op het omgevingsrecht

Het omgevingsrecht stelt regels waar overheden zich aan moeten houden bij vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH-taken). De Provincie houdt systematisch toezicht en doet themaonderzoeken.

Systematisch onderzoek

In het systematisch toezicht beoordeelt de provincie of de gemeenten hun VTH-taken zó hebben ingericht, dat ze adequaat uitgevoerd kunnen worden. Eisen aan de inrichting van deze processen staan in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de bijbehorende algemene maatregelen van bestuur (AMvB’s). Het gaat om de eisen die gesteld worden aan het waarborgen van een sluitende beleidscyclus: de BIG-8 cyclus (zie figuur 2). Die moet in elke gemeente op orde zijn. De provincie Noord-Holland legt de nadruk op de vakgebieden ruimtelijke ordening (RO), bouw- en woningtoezicht (BWT) en milieu.

Conclusies

De conclusies in het stuk gelden voor alle gemeentes van Noord-Holland tezamen.

De beoordelingen over 2020 zijn minder positief dan die over 2019 (zie figuur 5). Van de 47 gemeenten zijn 24 als adequaat beoordeeld en 14 als redelijk adequaat. De Provincie concludeert daarbij dat een verbeterslag noodzakelijk is.

Als we echter kijken naar de beoordeling van de gemeente Bergen, geeft dat een ander beeld. De samenvatting en conclusie die de Provincie in haar struik trekt, geldt daarom uitdrukkelijk niet voor de gemeente Bergen.

De Gemeente Bergen scoort sinds 2012 Adequaat. De reden is dat wij veel aandacht besteden aan de VTH-beleidscyclus en de (werk-) processen die daarmee samenhangen. De beleidsmatige inpassing van de VTH taken is goed geborgd binnen de BUCH.

Daarbij vervullen wij inmiddels een voorbeeldfunctie voor omliggende gemeenten. Samengevat is de uitkomst van de beoordeling van 2020:

Ter illustratie waren dit de scores van 2018 en 2019:

De volledige beoordeling is aan de Jaarrapportage VTH Beleid 2020 gehangen, dat op 22 juni 2021 door ons college is vastgesteld en via de nieuwsbrief ter informatie aan uw raad is gezonden.

Thematisch toezicht

Aanvullend op het systematische toezicht houdt de Provincie ook thematisch en praktijkgericht toezicht. Een thema of incident geeft vaak waardevolle informatie over de dagelijkse praktijk bij de gemeenten, die niet altijd naar boven komt bij het systematische toezicht. In 2020 zijn themaonderzoeken Brandveiligheid in zorginstellingen en Illegaal gebruik van agrarische (op)stallen, afgerond.

1e voortgangsrapportage GR BUCH

10 juni heeft het bestuur van de BUCH-werkorganisatie de eerste voortgangsrapportage naar de colleges gestuurd. Bij de voortgangsrapportage is een begrotingswijziging gevoegd, waarvoor ons college een concept-zienswijze opstelt.

Helaas is het niet meer gelukt om vóór het zomerreces ruimte te vinden op de commissie- en raadsagenda om de concept-zienswijze te bespreken. Er zijn nu data besproken voor na het zomerreces.

Het college vindt het belangrijk dat uw raad al wel kennis kan nemen van de voortgangsrapportage en de begeleidende brief vanuit het BUCH-bestuur.

Bijlagen

Burger- en Ondernemerspeiling 2021

In april-mei 2021 zijn de Burger- en Ondernemerspeiling uitgezet onder een steekproef van 2000 inwoners per gemeente en onder alle ondernemers. Als bijlage treft u de rapporten aan.

Het rapport van zowel de Burger- alsook de Ondernemerspeiling bevat de uitslag van de vier gemeenten plus de vergelijking met 2016 (nulmeting) en met 2019 (tussenmeting). Naast de twee uitgebreide rapporten treft u van beide peilingen specifiek voor uw gemeente ook een samenvatting aan in tekst en op een factsheet.

Respons

De respons van de Burgerpeiling was gemiddeld 34%, ruim voldoende voor een representatief onderzoek. De respons op de Ondernemerspeiling van 7%, waardoor de uitkomsten indicatief zijn.

De thema’s Dienstverlening en Relatie met de gemeente in beide peilingen zijn van belang voor het programma Top Dienstverlener. In de Burgerpeiling worden ook vragen gesteld over Woon- en leefomgeving en Zorg en welzijn. Aan de ondernemers worden daarnaast ook vragen gesteld over het thema Ondernemers- en vestigingsklimaat, Bedrijfsomgeving en Gemeentelijke heffingen en regeldruk.

Waardering stabiliseert

De conclusie is dat over het algemeen de cijfers vergelijkbaar zijn met de uitkomsten van 2019. Gezien de inzet op vele aspecten (leefbaarheid, groen, communicatie, participatie en dienstverlening) hadden we gehoopt op hogere scores. Tegelijkertijd is het gezien de bijzondere omstandigheden van afgelopen periode fijn dat we onze dienstverlening stabiel hebben kunnen houden.

Vervolg

We gebruiken de uitkomsten van de peilingen uiteraard als input voor de evaluatie en actualisatie van het programma Top Dienstverlener. Gerelateerd aan de aanbevelingen van Berenschot n.a.v. de evaluatie van de BUCH en de bestuursopdracht (juni 2021).

Hierover informeren wij uw raad dit najaar.

Bijlagen: