Nieuwsbrief Honorering Makersloket 2021 gemeente Bergen

Ons college heeft op 11 januari 2022 een besluit genomen over het advies van de Adviescommissie Kunst en Cultuur over de honorering van het makersloket. Hierbij zijn 13 van de 29 aanvragen gehonoreerd. Wij hebben uw raad op 4 november 2021 toegezegd u te informeren over de voortgang en monitoring van deze regeling. Dat doen wij hierbij.

Proces

Er zijn voor 15 november 2021, de sluitingstermijn conform de subsidieregeling, 29 aanvragen ingediend bij het Subsidieloket voor subsidieregeling Makersloket 2021. Eén aanvrager heeft zich teruggetrokken omdat zijn aanvraag is gehonoreerd bij het Toerisme en Innovatiefonds van gemeente Bergen. De overige aanvragen zijn getoetst door het Subsidieloket en zijn goed bevonden voor beoordeling door de adviescommissie.

Het subsidieplafond is vastgesteld op € 90.000,-. Er is voor € 194.689,- aangevraagd, ruim twee keer zoveel dan het subsidieplafond.

  • 8 aanvragen zijn gerelateerd aan de dorpskern Schoorl.
  • 11 aanvragen zijn gerelateerd aan de dorpskern Bergen.
  • 2 aanvragen zijn gerelateerd aan de dorpskern de Egmonden.
  • 7 aanvragen zijn gerelateerd aan meerdere dorpskernen.

De adviescommissie heeft twee zittingen gehad op 2 en 3 december 2021, waarbij drie leden aanwezig waren met assistentie van de beleidsadviseur Kunst en Cultuur. In deze zittingen zijn de uitgangspunten voor beoordeling en toekenning vastgesteld en de aanvragen gewogen volgens de criteria van de subsidieregeling. Vervolgens is een toekenningsbedrag per aanvraag voorgesteld.

De Adviescommissie heeft de aanvragen beoordeeld en gerangschikt op basis van het aantal punten (maximaal 80 punten) dat wordt behaald voor de volgende criteria:

  1. voor de artistieke kwaliteit van de aanvraag kunnen maximaal vijfentwintig punten worden behaald;
  2. voor verbreding, verdieping en/of innovatieve karakter van de aanvraag kunnen maximaal vijftien punten worden behaald;
  3. voor het verwachte publieksbereik en/of verwachtte betrokkenheid van bewoners en bezoekers van gemeente Bergen van de aanvraag kunnen maximaal vijfentwintig punten worden behaald;
  4. voor een realistisch productie- en financieringsplan van de aanvraag kunnen maximaal vijftien punten worden behaald.

De Adviescommissie heeft in haar advies de spreiding van de activiteiten over de drie  dorpskernen meegenomen.

Advies

De adviescommissie heeft er voor gekozen om ingediende plannen zo volledig mogelijk te honoreren, zodat deze activiteiten daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden. (Geen kaasschaaf methode). De aanvragen die de meeste punten hebben gehaald zijn gehonoreerd. Twee aanvragen hebben niet het volledige aangevraagde bedrag gekregen.

Een aanvraag kreeg minder omdat er eigen inkomsten (recetten) worden verwacht. Bij de andere aanvraag is het subsidieplafond bereikt, de adviescommissie verwacht wel dat met het gehonoreerde bedrag de activiteit alsnog uitvoerbaar is.

 aangevraagd gehonoreerd afgewezen
Egmonden2 €          14.5001 €              7.5001 €        7.000
Bergen11 €          75.6476 €           41.3475 €      34.300
Schoorl8 €          53.0432 €           13.9956 €      39.048
Meerdere dorpskernen7 €          51.5004 €           27.1583 €      24.342
 28 €       194.690 13 €           90.00015 €   104.690

Resultaten afvalscheiding buurgemeenten

Op 20 mei 2021 stelde u het beleidsplan ‘Van Afval naar Grondstof’ vast. In de gemeenten Uitgeest, Castricum en Heiloo zijn vergelijkbare grondstoffenplannen vastgesteld. Alle maatregelen zijn daar per 1 januari 2021 geïmplementeerd. De inwoners doen hun best om goed te scheiden. De gemeenten houden hun inwoners regelmatig op de hoogte over de resultaten. Zo weten de mensen waar zij het voor doen en blijven zij betrokken bij het onderwerp. 

Over het jaar 2021 zijn er infographics in de huis-aan-huisbladen verschenen. Bijgevoegd vindt u de resultaten van buurgemeente Heiloo. Uitgeest en Castricum laten een vergelijkbaar beeld zien.

Voortgang Omgevingswet

Op 14 december 2021 heeft minister Ollongren met bijgaande brief de Eerste en Tweede Kamer geïnformeerd over de voortgang van de invoering van de Omgevingswet. Daarin geeft ze aan nog steeds te koersen op invoering per 1 juli 2022. Met deze nieuwsbrief informeren wij u hierover.

Datum van inwerkingtreding

Zoals in bijgaande kamerbrief van de minister is te lezen wordt de route naar 1 juli 2022 zowel haalbaar als wenselijk geacht. De datum van inwerkingtreding moet nog vastgelegd worden in een Koninklijk Besluit. Dat is de laatste stap waarmee de voorgenomen datum van inwerkingtreding definitief wordt. Alleen na instemming van de Eerste en Tweede Kamer kan de Omgevingswet in werking treden.

Wat betekent dit voor onze gemeente?

De voorbereidingen op de Omgevingswet in gemeente Bergen zijn in volle gang. Dit doen wij in samenwerking met de gemeenten Uitgeest, Castricum en Heiloo. De voorbereidingen op de Omgevingswet in gemeente Uitgeest zijn in volle gang. Dit doen wij in samenwerking met de gemeenten Bergen, Castricum en Heiloo. De inwerkingtreding van de Omgevingswet zal een belangrijk startmoment markeren. Een moment waarop nog niet alles af is, maar waarop we gaan beginnen. Ook voor ons is het belangrijk om duidelijkheid te krijgen over de datum van inwerkingtreding. Deze duidelijkheid ontstaat pas definitief na instemming door beide Kamers en dat duurt mogelijk nog tot april 2022. Tot die tijd blijven we onze voorbereidingen richten op een invoering per 1 juli 2022.

Een aantal onderdelen lichten we hieronder nader toe.

Digitalisering

Aan de invoeringsdatum van 1 juli 2022 zijn enkele voorwaarden verbonden. Zo moet de continuïteit van primaire processen – de planvorming en de vergunningverlening – en van de dienstverlening aan inwoners en ondernemers zijn gegarandeerd. Waardoor belangrijke gebiedsontwikkelingen, waaronder woningbouw, niet worden gehinderd. Dat betekent dat er een stabiele landelijke voorziening van het Digitale Stelsel Omgevingswet (hierna: DSO) moet zijn, waarop bevoegd gezagen moeten aansluiten. Als gemeente moeten we aansluiten met drie systemen:

  1. De plansoftware: om omgevingsdocumenten, zoals het omgevingsplan, te publiceren;
  2. De toepasbare regelsoftware: om toepasbare regels te maken en te registreren. Initiatiefnemers kunnen zo via het Omgevingsloket checken of ze een vergunning nodig hebben;
  3. De vergunningensoftware: om vergunningaanvragen en meldingen te ontvangen en te behandelen.

Het aansluiten op het DSO gebeurt in samenwerking met onze softwareleveranciers en de beheerorganisatie van het DSO. Op dit moment zijn we met onze plan- en toepasbare regelsoftware al aangesloten op het DSO. In het vierde kwartaal van 2021 leken we met onze vergunningensoftware ook aangesloten te zijn. Echter blijkt onze vergunningensoftware nog niet volledig aangesloten te zijn op het DSO. Eerder kregen wij signaal vanuit onze softwareleverancier dat de aansluiting gereed was. Daarbij hadden we ook al een succesvolle test gedaan. Toch staan wij op de landelijke aansluitmonitor niet geregistreerd als aangesloten. Onderzoek wijst uit dat de aansluiting voor onze gemeente technisch in orde is. Maar omdat we met vier gemeenten aansluiten is er nog een laatste stap nodig. Die laatste stap blijkt vooral administratief van aard, maar is complex. In samenspraak met onze softwareleverancier, de beheerorganisatie van het DSO en Logius (de dienst digitale overheid) werken we aan een oplossing. Dit heeft vooralsnog weinig effect op onze tijd om te oefenen met het stelsel, omdat de aansluiting technisch wel werkt. Uiteraard informeren we u actief wanneer we volledig aangesloten zijn op het DSO.

Omgevingsplan

De belangrijkste instrumenten voor gemeenten in het kader van de Omgevingswet zijn de Omgevingsvisie en het Omgevingsplan. Op 26 januari 2022 staat het Omgevingsplan centraal tijdens een deelsessie van de BUCH raadsinformatieavond. Het Omgevingsplan kan worden gezien als de opvolger van de huidige bestemmingsplannen en diverse verordeningen. Het Omgevingsplan is breder en integraler dan een bestemmingsplan en bevat alle regels voor een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit. Op het moment dat de Omgevingswet in werking is getreden, beschikken we over een tijdelijk omgevingsplan. Het tijdelijk omgevingsplan bevat de bestemmingsplannen en de regels uit de bruidsschat (de regels die het Rijk overdraagt aan gemeenten). Komende jaren zetten we stapsgewijs het tijdelijk omgevingsplan om in het definitieve omgevingsplan: een omgevingsplan dat voldoet aan alle regels van de Omgevingswet. Als een gemeente het tijdelijke omgevingsplan in de tussentijd wil wijzigen, bijvoorbeeld voor een gebiedsontwikkeling, dan moet deze wijziging vanaf de inwerkingtredingsdatum ook al voldoen de eisen van de Omgevingswet. Tijdens de BUCH raadsavond van 26 januari 2022 kunt u nader kennis maken met het instrument Omgevingsplan en nemen we u mee in deze stapsgewijze aanpak.

Bijlage:

Voortgangsbrief Omgevingswet december 2021

Aandeelhouderslening Alliander

23 september jl. heeft de raad ingestemd om een lening aan Alliander te verstrekken. Dit bedrag is begin december jl. overgeboekt naar Alliander. 13 december heeft Alliander de aandeelhouders, die een lening hebben verstrekt, geïnformeerd dat de definitieve basisrente is vastgesteld door Ernst & Young en KPMG op 0,10%, vermeerderd met de 1,975% opslag. Het totale rentepercentage komt uit op 2,075%.

Tegelijk zijn de aandeelhouders erover geïnformeerd dat met het Grootaandeelhoudersoverleg (GAO) een strategiesessie per reguleringsperiode plaatsvindt en, informerend, met de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AvA).

Deze vindt jaarlijks, binnen zes maanden na het einde van een boekjaar plaats. De AVA bespreekt onder meer het jaarverslag, stelt de jaarrekening en het dividend vast, besluit over de verlening van kwijting aan de leden van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen en voorziet in eventuele vacatures in de Raad van Commissarissen. reguleringsperiode geïnformeerd over de strategie van Alliander voor de desbetreffende periode.

Ieder aandeel geeft recht op het uitbrengen van één stem. Alle besluiten worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij de wet of de statuten een grotere meerderheid voorschrijven.

Indien nodig kan op verzoek van één of meer aandeelhouders, die alleen of gezamenlijk ten minste 10% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen een Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders worden gehouden.

Jaarverslag leerplicht 2020-2021

Ons college brengt jaarlijks verslag aan u uit over het gevoerde leerplichtbeleid van het afgelopen schooljaar. Wij bieden u het jaarverslag leerplicht 2020-2021 hierbij ter kennisname aan.

Leerplicht is de wettelijke verplichting om kinderen onderwijs te laten volgen.
De Leerplichtwet is er op gericht te waarborgen dat alle kinderen aan onderwijs kunnen en zullen deelnemen. Ons college is belast met het toezicht op handhaving van de leerplichtwet.

In de gemeente wordt de Leerplichtwet 1969 uitgevoerd door de leerplichtambtenaren, zij houden zich bezig met de bestrijding en het voorkomen van ongeoorloofd schoolverzuim, het voorkomen van langdurig thuiszittende leerlingen en voortijdig schoolverlaters in de gemeente. Daarnaast begeleiden ze leerplichtige-, en kwalificatieplichtige leerlingen, die om verschillende redenen niet naar school gaan, zo goed mogelijk terug naar het onderwijs.

Ook het afgelopen schooljaar hadden de scholen te maken met de COVID-19 pandemie. Scholen hebben veel moeten schakelen tussen fysiek en online les geven. Scholen hebben hier meer ervaring mee dan voorgaand schooljaar waardoor het lesgeven soepeler is verlopen. Preventieve spreekuren mochten nog niet op scholen gehouden worden en zijn waar nodig vervangen door een gesprek op het gemeentehuis. Het contact en de afstemming met de scholen is ook in deze periode in stand gebleven.

De cijfers in het voorliggende jaarverslag laten geen grote verschillen zien ten opzicht van het schooljaar 2019-2020. Het jaarverslag zelf heeft qua informatie en lay-out een professionaliseringsslag ondervonden. Het jaarverslag voorziet in een nadere toelichting over de soorten ontheffingen en de aantallen relatief verzuim zijn uitgesplitst en toegelicht.
Deze wijziging van de opbouw van het jaarverslag zorgt ervoor dat niet alle cijfers 1-op-1 vergeleken kunnen worden met het jaarverslag 2029-2020.

Bijlage:

Jaarverslag Leerplicht 2020-2021

Overheveling budgetten naar de Werkorganisatie BUCH

Ons college heeft besloten om vanaf 2022 twee budgetten structureel over te dragen aan de Werkorganisatie BUCH. Ook de colleges van Uitgeest, Castricum en Heiloo hebben hiertoe besloten, het gaat om budgetten die BUCH-breed worden ingezet.

  1. Het aanschaffen van hulpmiddelen en gereedschappen voor de medewerkers van sportvelden, begraafplaatsen en gemeentelijke gebouwen.

De buitendienstmedewerkers van het domein Beheer Openbare Ruimte maken gebruik van machinale- en handgereedschappen. Denk bij machinale gereedschappen bijvoorbeeld aan bosmaaiers en kettingzagen en bij handgereedschappen aan schoffels en scheppen. Het gaat om een grote verscheidenheid aan materieel. De budgetten voor de aanschaf, het onderhouden en keuren van de gereedschappen waar de wijkteams gebruik van maken zijn per 1 januari 2020 al overgeheveld van de vier gemeentelijke begrotingen naar de begroting van de werkorganisatie BUCH. Nu worden ook de budgetten voor hulpmiddelen en gereedschappen waar de buitendienstmedewerkers van de sportvelden, begraafplaatsen en gemeentelijke gebouwen gebruik van maken overgeheveld naar de werkorganisatie. Deze buitendienstmedewerkers voeren hun werkzaamheden verspreid over de vier gemeenten uit, het is niet logisch om de gereedschappen aan te schaffen vanuit de afzonderlijke gemeentelijke begrotingen.

2. Het aantrekken van een medewerker kadastrale informatie

Tot voor kort werd gewerkt met verschillende beheerpakketten die specifieke kennis vereisten. Hiervoor werd voor elk beheerpakket specifieke deskundigheid ingehuurd.

Nu de beheerpakketten geharmoniseerd zijn is de benodigde kennis minder versnipperd en kan een medewerker in eigen dienst voor de vier gemeenten worden ingezet. Structurele inhuur kan worden omgezet in één fte in eigen dienst, voor BUCH-brede inzet. Een medewerker in eigen dienst is flexibeler inzetbaar wat betreft tijd, maar ook voor wat betreft uit te voeren werkzaamheden. De hoeveelheid werk gaat altijd in pieken en dalen, daarom is het verstandig om de pieken met inhuur te blijven opvangen.

De kosten van het uitvoeren in eigen beheer worden gedekt uit de kosten die nu worden gemaakt door uitbesteding aan externe partijen.

Uitvoeringsprogramma RES Noord-Holland Noord

In de RES 1.0 is afgesproken dat gemeenten, provincie en waterschappen samen een Uitvoeringsprogramma opstellen. Op 21 december 2021 heeft ons college het regionaal Uitvoeringsprogramma RES NHN vastgesteld. Parallel aan de besluitvorming in de colleges behandelen ook Gedeputeerde Staten en de algemeen besturen van de waterschappen het Uitvoeringsprogramma.

Samen de inhoud bepaald

Om invulling te geven aan het RES Uitvoeringsprogramma is aan zeven uitvoeringstafels besproken welke samenwerking nodig is en hoe we die het beste kunnen vormgeven. In september en oktober hebben ruim 250 ambtenaren, netbeheerders, ondernemers, maatschappelijke organisaties, volksvertegenwoordigers en inwoners meegedacht aan deze uitvoeringstafels. Aan iedere uitvoeringstafel is een onderwerp uit de RES 1.0 behandeld. De uitkomsten van de tafels vormen mede de input voor het uitvoeringsprogramma.

Lokale context

Op 17 juni 2021 heeft u als raad bij de RES 1.0 horende moties en een amendement vastgesteld die onder andere zien op de participatie van inwoners en omwonenden bij het vastleggen van kaders voor de realisatie van zonneweides in de vastgestelde zoekgebieden. Ook deze moties en amendementen die zijn ingediend bij de besluitvorming RES 1.0 zijn, waar dat van toepassing is op dit proces, verwerkt in het uitvoeringsprogramma. Waar dat van toepassing is op het proces wordt van tevoren een procesvoorstel aan de raad voorgelegd.

Inhoud uitvoeringsprogramma

In de RES 1.0 zijn zoekgebieden voor zon- en windenergie in beeld gebracht en is vastgelegd wat we willen bereiken. In het RES Uitvoeringsprogramma staat hoe we dit willen bereiken.

In het RES Uitvoeringsprogramma staan:

  • regionale samenwerkingsafspraken met betrekking tot:
    • de uitwerking van de zoekgebieden voor zon en wind
    • de uitwerking van de Regionale Structuur Warmte
  • afspraken, kaders en aanpak voor het proces naar de RES 2.0
  • afspraken m.b.t. data en monitoring
  • afspraken over inzet en verdeling van capaciteit en uitvoeringsbudget op NHN schaal

Het uitvoeringsprogramma geeft inzicht in de wijze waarop de RES 1.0 wordt uitgevoerd, wat nodig is, de planning en welke ondersteuning wij hiervoor krijgen vanuit de RES-programmaorganisatie en de provincie Noord-Holland.

Het uitvoeringsprogramma loopt van 2021 tot en met 2025. De volledige versie kunt downloaden via www.energieregionhn.nl/uitvoeringsprogramma.


Uit de gesprekken aan de uitvoeringstafels en in de stuurgroepen is gebleken dat veel gemeenten over te weinig middelen en menskracht beschikken om de werksporen met de gewenste zorgvuldigheid uit te voeren. In het Uitvoeringsprogramma RES is daarom een winstwaarschuwing opgenomen. De regio kan de nieuwe taken alleen goed en tijdig uitvoeren als aan drie randvoorwaarden wordt voldaan: Het rijk moet middelen ter beschikking stellen voor de nieuwe taken die voortkomen uit de RES. De invoering van de Omgevingswet moet niet opnieuw worden uitgesteld. En de energie-infrastructuur moet op orde zijn om projecten te kunnen aansluiten.

Kennissessies voor alle betrokken

De RES programmaorganisatie organiseert samen met de provincie en Steunpunt Monumenten en Archeologie op donderdag 20 januari, 15.00-16.30 uur een online kennissessie over kleine windturbines (maximale ashoogte van 15 meter). Wilt u op de hoogte blijven van deze kennissessies? Meld u zich dan aan voor onze nieuwsbrief of houd onze agenda in de gaten.

Kennissessie terugkijken

  • Kennissessie ‘Uitvoeringsprogramma: van papier naar praktijk’

Op 2 december organiseerden we de kennissessie ‘Uitvoeringsprogramma: van papier naar praktijk’. Aan de hand van het uitvoeringsprogramma en praktijkervaringen van gemeenten, provincie en betrokken partijen liepen we verschillende fasen door. Aan bod kwamen o.a. de verankering van de RES in het omgevingsinstrumentarium, samenwerking met initiatiefnemers en monitoring. U kunt de sessie terugkijken op onze website.

  • Voorgaande kennissessies, zoals financiële participatie, procesparticipatie, RES en omgevingsinstrumenten, zon op dak, etc.

Op de hoogte blijven

Wilt u op de hoogte blijven? Meld u zich dan aan voor onze nieuwsbrief via deze link. Deze verschijnt ongeveer 1 keer per maand. Ook kunt u ons volgen op LinkedIn en Twitter en vindt u veel informatie op onze website www.energieregionhn.nl.

Contact

Mocht u informatie missen of heeft u vragen, dan kunt u contact opnemen met Odile Rasch, programmamanager Energieregio Noord-Holland Noord (orasch@alkmaar.nl).

Betere verankering voorrangsregels Wonen

Het college van de gemeente Bergen stelt de gemeenteraad voor twee regels die inwoners voorrang geven op de woningmarkt anders te verankeren. Uit een extern advies van advocatenkantoor ADK blijkt dat het gebruik van de regels in de huidige vorm misschien wel kan maar ‘risicovol’ is. Omdat het college dit risico wil uitsluiten stellen burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad voor de Huisvestingsverordening te wijzigen. In de praktijk verandert er voor inwoners niets. Zij kunnen straks nog steeds gebruikmaken van doorstroomvoorrang en voorrang bij nieuwbouwprojecten.

“Hiermee creëren we rust op de woningmarkt’’, aldus wethouder Klaas Valkering. “We nemen het advies over en passen de verankering aan, zodat onze inwoners er van op aan kunnen dat onze voorrangregels voor doorstroming en bij nieuwbouwprojecten helemaal kloppen.”

Onderzoek

Naar aanleiding van eerdere onduidelijkheid over voorrangsregels in de gemeente besloot het college alle volkshuisvestelijke instrumenten extern te laten toetsen. Van alle regels die de gemeente Bergen gebruikt, adviseert het kantoor om twee regels aan te passen. Het gaat hierbij om regels die door andere gemeenten in Nederland ook zo worden gebruikt. Het onderzoek zegt niets over hoe groot het risico is dat gemeenten lopen door deze regels op deze wijze te gebruiken, maar het college van Bergen wil geen enkel risico lopen en komt daarom met een aanpassing.

Aanpassing twee regels

De regels die anders worden verankerd zijn de regels over doorstroomvoorrang en voorrang bij nieuwbouwprojecten. De doorstroomvoorrang is een voorrangsregel waarmee mensen wiens huis te groot of juist te klein is geworden, door bijvoorbeeld wijzigingen in de gezinssamenstelling, voorrang krijgen op een beter passende woning. Die regels stonden tot nu toe in de beleidsregels doorstroomvoorrang en krijgen in het voorstel een eigen artikel in de huisvestingsverordening. Inhoudelijk worden deze regels niet aangepast. Wat wel verandert is dat de regels nu door de gemeenteraad worden vastgesteld in plaats van door het college.

De voorrang bij nieuwbouwprojecten is een voorrangsregel die inwoners uit een bepaald dorp voorrang geeft op nieuwbouwwoningen in datzelfde dorp. De gemeente heeft die voorrang onder meer gebruikt in Schoorl bij het project Altamira. Voor deze voorrangsregel werd tot nu toe gebruikgemaakt van het pilotartikel in de huisvestingsverordening. In het voorstel krijgt de voorrangsregel bij nieuwbouw een eigen artikel. Inhoudelijk wordt de regel niet aangepast.

Extra communicatie

Tijdens de raadscommissie is toegezegd dat we extra naar onze inwoners zullen communiceren. Dat doen we begin 2022 via de reguliere kanalen en de nieuwe editie van Bergen Bouwt.

Periodiek verslag klachten januari-juni 2021

In het Rekenkameronderzoek naar de infrastructuur van klachtbehandeling staat een aantal aanbevelingen. Eén daarvan is dat er twee keer per jaar een overzicht van de klachten ter kennisname naar de raad wordt verzonden.

Voor ligt een periodiek overzicht voor de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo. Dit overzicht bevat de klachten die in 2021 zijn afgehandeld tussen 1 januari en 1 juli 2021 door Werkorganisatie BUCH. Er wordt een vergelijking gemaakt met dezelfde periode in 2020.

Gemeente Bergen

Er zijn minder klachten binnen gekomen over voorlichting en gevolgde procedures bij het domein Inwoners & Ondernemers. Dit is te herleiden naar meer ervaring op de werkvloer en een stabielere bezetting t.o.v. dezelfde periode in 2020.

Er waren minder klachten over de reactietermijn en bejegening bij het domein Ruimtelijke Ontwikkeling. De afname bejegening is te herleiden naar de inzet van een nieuwe organisatie die o.a. handhavingstaken uitvoert. Minder overschrijding van termijnen is wellicht te herleiden naar het ingevoerde systeem voor terugbelverzoeken. Dit systeem biedt meer overzicht en mogelijkheden voor rappellering.

BUCH

Ten opzichte van dezelfde periode in 2020 is er een stijging van het totaal aantal klachten te zien.

De stijging had te maken met de uitrol van het grondstoffenplan in 2020 voor de gemeenten Uitgeest, Castricum en Heiloo (UCH). Dit was een veelomvattende operatie waar iedere inwoner binnen UCH mee te maken heeft gehad. De afwikkeling van dit project liep nog door in 2021. Denk hierbij aan de communicatie rondom het omwisselen en het plaatsen van containers.

Ontwikkeling in het aantal klachten

Elke klacht is er eigenlijk een teveel. Tegelijkertijd bieden klachten ook kansen tot ontwikkelen. Uit het verslag blijkt dat we zowel positieve als negatieve ontwikkelingen hebben in het aantal klachten. Naast het informerende karakter wordt het verslag ook gebruikt in de organisatieontwikkeling en bij de sturing op het, waar mogelijk, voorkomen van klachten. Via de gebruikelijke verantwoordingssystematiek (de P&C-cyclus) informeren we u over de voortgang in deze ontwikkeling.

Bijlage:

Periodiek verslag klachten