Hierbij ontvangt u de vierde Nieuwsbrief van 2014 voor
aandeelhouders van Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord.
Hierbij ontvangt u de vierde Nieuwsbrief van 2014 voor
aandeelhouders van Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord.
In 2009 is het project ‘Ontwerp ons Derp’ opgestart als herijking van de in 2000 vastgestelde structuurvisie Egmond aan Zee. Dit project bestond uit verschillende onderdelen zoals de Werf, het Watertorenterrein alsmede het ontwikkelgebied aan de Voorstraat (voormalige tankstation, voormalig postkantoor en VVV, het gebied rondom de kerk en het Agnesplein). Nadien is besloten om de projectonderdelen apart op te pakken. De raad is hierover op 16 september 2011 geïnformeerd.
Initiatiefnemer Bart de Jong heeft op voornoemde ontwikkellocatie een plan ingediend voor een supermarkt met daarboven woningen. Volume, vorm en hoogte van de supermarkt staan nog niet vast en moeten nog worden uitgewerkt.
Volgens de detailhandelsstructuurvisie 2007 is een moderne supermarkt gewenst in Egmond aan Zee. Adviesbureau DTNP heeft in 2014 opnieuw de nut en noodzaak van een moderne supermarkt onderzocht. Geconcludeerd is dat een eigentijdse supermarkt belangrijk is als trekker voor het winkelaanbod in Egmond aan Zee. Een supermarkt zorgt elke dag van de week voor aanloop van winkelend publiek. Dat zorgt ook voor een bezoek langs de andere winkels in de Voorstraat en omgeving.
Nieuwbouw op deze locatie biedt bovendien een kans voor een betere woon- en leefomgeving. Om de plannen mogelijk te maken, moet de initiatiefnemer nog een verzoek indienen om het bestemmingsplan aan te passen.
Op woensdag 29 oktober zijn er twee inloopsessies georganiseerd in het voormalige VVV-kantoor. Doel van de inloopsessies is om inwoners te laten meedenken over het plan.
Na de inloopsessies worden de reacties verzameld en samengevat. Aan de hand van de reacties wordt het plan nader vormgegeven. In het eerste kwartaal van 2015 informeren wij u over het vervolg.
Medio 2013 zijn de consulenten Wmo en Wwb van de gemeente opgeleid in het voeren van brede gesprekken. De brede gesprekken maken onderdeel uit van de cultuurverandering binnen het sociale domein. Omdat dit een cultuurverandering binnen onze organisatie, maar ook een cultuurverandering voor onze inwoners betekent is gekeken wat de ervaringen van onze inwoners zijn met deze nieuwe manier van werken.
Conform artikel 9 van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) voert de gemeente Bergen elk jaar een klanttevredenheidsonderzoek onder Wmo-cliënten uit.
In 2012 is de gemeente gestart met keukentafelgesprekken rondom de Wmo. Sinds afgelopen jaar is deze werkwijze uitgebreid naar gesprekken binnen het gehele Sociale Domein. Dit betekent dat ook met inwoners die in aanraking met consulenten Wet werk en bijstand, het sociaal wijkteam of het Centrum voor Jeugd en Gezin komen een breed gesprek wordt gevoerd. Bijgaande rapportage laat zien op welke wijze onze inwoners de brede gesprekken ervaren en welke leerpunten daar nog bij zijn.
We hebben het onderzoeksbureau gevraagd hoe deze resultaten zich vergelijken met onderzoeken in andere plaatsen. Het bureau geeft aan, dat nog niet veel gemeenten een klanttevredenheidsonderzoek met betrekking tot de tevredenheid over de brede gesprekken en de contacten met de wijkteams hebben laten uitvoeren.
Het huidig uitgevoerde onderzoek kan als nul-meting worden beschouwd. Deze nul-meting past ook binnen de toekomstige ‘Gegevensmonitor’ die door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) op dit moment wordt ontwikkeld.
1. Het brede gesprek Wmo:
2. Het brede gesprek Wwb:
3. Gesprekken sociaal team:
De aanbevelingen uit het klanttevredenheidsonderzoek worden als volgt opgepakt.
Ad 1. Consulenten zullen worden geschoold in sociale netwerkstrategie. Hierbij wordt de basishouding van onze consulenten dat onze inwoners zelf hun eigen beslissingen nemen, zelf een plan maken met voor hen belangrijke mensen uit de familie of uit hun sociale netwerk. Hierbij worden onze inwoners zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van het plan, waarbij zij zelf keuzes maken welke hulpverleners betrokken zijn.
Ad 2. Onze consulenten worden getraind in het voeren van gesprekken. Hierin wordt ook ingegaan op de omgang met de inwoner die een recht komt opeisen. Aandacht wordt besteed aan de manier van communicatie en de boodschap die je als consulent geeft. Hiernaast wordt via de folders die onze inwoners krijgen voorafgaand aan het gesprek aandacht besteed aan hetgeen onze inwoner kan verwachten van een gesprek met een consulent.
Ad 3. Bij de Wwb- gesprekken zal meer uitleg worden gegeven over het proces. Uitgangspunt bij het verstrekken van een uitkering blijft dat dit een tijdelijke oplossing is. Onze inwoners worden gestimuleerd om zo snel mogelijk weer terug te keren naar werk. Een deel van het gesprek zal derhalve ook hierop betrekking hebben.
Ad4. Binnen de sociale teams is aandacht besteed aan het terugkoppelen. Het ‘vinger-aan-de- pols’ houden maakt onderdeel uit van het proces toegang, zoals beschreven in de nota ‘Integraal dienstverleningsmodel tot het Sociale Domein BUCH’.
Ad 5. Aanbevelingen 4 en 5 hangen met elkaar samen. De terugkoppeling binnen de sociale teams vindt niet genoeg plaats, omdat hierin ook een stukje automatisering ontbreekt. De sociale teams moeten worden ondersteund door middel van een regie applicatie. Onderzocht wordt op welke wijze Mens Centraal daarin een rol kan spelen.
In bijgaande bijlage kunt u het volledige rapport lezen.
De coöperatie Breedband Bergen (B3) wil in onze gemeente WiFipunten realiseren. Hiervoor wilde zij een aanvraag doen voor Provinciale subsidie.
Deze subsidie kon alleen door een publiekrechtelijk persoon worden aangevraagd. B3 heeft daarom de gemeente verzocht namens hen twee subsidieverzoeken in te dienen: voor de kern Bergen en voor de kernen Egmond en Schoorl samen. De totale kosten bedragen volgens de begroting van B3 € 217.130 (€ 108.565 per aanvraag). De maximale subsidie bedraagt € 50.000 per aanvraag.
Het resterende bedrag van ruim € 50.000 per aanvraag wil de coöperatie genereren door het verkopen van advertentieruimte aan en financiële bijdragen van ondernemers. Uit navraag onder ondernemers blijkt dat sommigen bereid zijn mee te betalen, de meesten hebben echter zelf al Free WiFi in hun zaak gerealiseerd en zien geen reden mee te betalen aan het initiatief van
B3. Daarnaast wordt door de ondernemers gewezen naar de toeristenbelasting of het ondernemersfonds waaruit dit betaald zou kunnen worden.
Wanneer de gemeente de subsidieaanvraag indient bij de Provincie, wordt zij gezien als hoofdaanvrager en is de gemeente in alle facetten verantwoordelijk voor het verkregen bedrag en de administratieve afwikkeling die daarbij hoort. Het is niet mogelijk om slechts als ‘tussenpartij’ te fungeren.
Vanwege het feit dat steeds meer internetaanbieders in WiFi-hotspots voorzien voor hun klanten, ondernemers zelf Free WiFi hebben geïnstalleerd en de twijfel of de ondernemers in onze gemeente in de genoemde mate meebetalen aan dit initiatief, is de gemeente erg terughoudend om op te treden als aanvrager voor B3 omdat dit financiële risico’s met zich meebrengt. Inmiddels heeft navraag bij de Provincie uitgewezen dat de subsidie is opgebruikt.
Tijdens het vragenhalfuur in het raadsoverleg van 25 september jongstleden zijn door dhr. Zeiler vragen gesteld over twee onderwerpen. Door wethouder van Huissteden is de toezegging gedaan deze vragen schriftelijk af te handelen.
Dhr. Zeiler stelt dat er een inventarisatie plaats moet vinden naar waardevolle cultuurhistorische groenelementen. Als reden hiervoor geeft hij aan dat er werkzaamheden
plaatsvinden op een aantal locaties ( Middenpad, Kerkepad, Smalle Pad, tuin Oude Raadhuis, tuin Petrus & Pauluskerk), waardoor waardevolle groenelementen schade ondervinden.
Een aantal waardevolle groenelementen geniet reeds bescherming binnen het betreffende bestemmingsplan, of valt binnen een beschermd dorpsgezicht en wordt op die manier beschermd. In het kader van het bomenplan is het de bedoeling om meer bomen de status van monumentale boom te geven.
Voor het plan voor de tuin van het Oude Raadhuis en voor het plan voor de tuin van de Petrus & Pauluskerk is een vergunning aangevraagd die zorgvuldig is getoetst door de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit.
Het voorstel is om nu geen
inventarisatie uit te voeren naar cultuurhistorische groenelementen, maar om het onderwerp cultuurhistorische groenelementen een plek te geven in het op te stellen Groenbeleidsplan.
Op de vragen die over het tweede onderwerp ‘de natuurvriendelijke oevers’ zijn gesteld, is de beantwoording als volgt:
a. Wie heeft de aanvraag ingediend?
De aanvraag is door de gemeente zelf ingediend, afdeling BOR.
b. Welk beleid ligt aan de aanvraag ten grondslag?
Dit is het Regionaal Waterplan Bergen, Castricum, Heiloo dat door de raad in 2011 is vastgesteld. In paragraaf 3.4 Maatregelen wordt onder andere aangegeven:
Ecologie en waterkwaliteit
Het maatregelenpakket voor de Kaderrichtlijn Water wordt uitgevoerd. Daarnaast wordt ingezet op het waar mogelijk natuurvriendelijk inrichten van oevers en het vispasseerbaar maken van gemalen en stuwen in de grotere polders.
Dit is vervolgens nader uitgewerkt in het maatregelenrapport dat onderdeel is van het Waterplan, waarin als basismaatregel 6 is opgenomen: Inrichtingsplan aanleg/vergroten stedelijke waterpartijen i.c.m. aanleg van natuurvriendelijke oevers. Afgelopen jaar geeft een inventarisatie van mogelijkheden voor natuurvriendelijke oevers plaatsgevonden. Voor deze locaties wordt nu de aanleg voorbereid.
In het gemeentelijk rioleringsplan zijn de doelstellingen uit het waterplan overgenomen, waaronder de doelstelling om waterberging te vergroten.
c.
Vanuit welk budget wordt de aanleg van natuurvriendelijke oevers gefinancierd en wat bedragen de kosten?
Voor uitvoering van maatregelen uit het waterplan is budget gereserveerd binnen het budget meerjarenplan civiele werken. Dit wordt gedekt uit het gemeentelijke rioleringsplan. Voor de werkzaamheden is nog geen definitieve raming. De inschatting is dat de kosten ca. € 80.000,-gaan bedragen.
De Raad van State (RvSt) heeft op 1 oktober 2014 uitspraak gedaan inzake het bestemmingsplan Landelijk Gebied Zuid. In totaal zijn 15 beroepsschriften ingediend. Per beroepsschrift zijn meerdere punten aangevoerd. Het bestemmingsplan is op vier van deze punten vernietigd.
Belangrijk is te vermelden dat de RvSt al uw beleidskeuzes heeft goedgekeurd. De belangrijkste reden voor vernietiging is gelegen in formele aspecten. Daarnaast is het plan voor drie individuele percelen voor een beperkt deel vernietigd.
De belangrijkste vernietiging is de vernietiging van alle agrarische bestemmingen. Deze vernietiging is gelegen in de hiervoor genoemde formele aspecten. Omdat, conform de structuurvisie, in het bestemmingsplan uitbreidingsmogelijkheden worden geboden aan agrariërs, diende voorafgaand aan de vaststelling van het bestemmingsplan een Milieu Effect Rapportage (MER) te worden uitgevoerd. Met een MER wordt onderzocht of de geboden uitbreidingsmogelijkheden aan veehouders significante gevolgen kunnen hebben op nabijgelegen Natura 2000- gebieden. Uw raad heeft er bij de vaststelling van het bestemmingsplan voor gekozen geen MER uit te voeren om reden dat het aantal veehouders in het plangebied beperkt is en uitbreiding van het aantal bedrijven niet wordt voorzien (p. 69 e.v. van de toelichting). De RvSt heeft deze argumentatie niet voldoende bevonden en heeft, omdat vooraf geen MER is uitgevoerd, het plan vernietigd.
Inhoudelijk heeft de RvSt de agrarische bestemmingen ook getoetst en de door u gemaakte keuzes (uw beleid, zie ook onder gevolgen) zijn volgens de Raad van State op de juiste wijze tot stand gekomen en correct.
Voor het eerste individuele perceel geldt dat de natuurbestemming op het perceel, gezien de feitelijke inrichting, te groot is opgenomen. Voor het tweede perceel geldt dat voorschriften bij de bestemming tuin niet voldoende helder
zijn. Voor het derde individuele perceel geldt dat hier bebouwing aanwezig is, waarvoor geen juiste bouwvoorschriften in het plan aanwezig zijn.
De vernietiging heeft tot gevolg dat voor de vernietigde plandelen de “oude bestemmingsplannen” blijven gelden. Eventuele initiatieven zullen aan deze plannen en het hiervoor genoemde beleid worden getoetst.
Er zal zo spoedig mogelijk worden gestart met het uitvoeren van een MER. Vervolgens zullen de vernietigde onderdelen, met inachtneming van de uitspraak van de RvSt
worden hersteld en in een “nieuw” bestemmingsplan aan u worden aangeboden.
Op woensdag 29 oktober start het project buurtauto ‘Stop
This products without highly – it is need rinsing http://viagrapillsforsale-onlinerx.com/ just iron Aphogee hair. Absolutely is itself to.
woninginbraken’ in Bergen. Dit betreft een preventieproject dat draait in alle 38 gemeenten van de politie-eenheid Noord-Holland in de periode juli 2014 – februari 2015. Het project wordt volledig gefinancierd door het Ministerie van Veiligheid & Justitie.
De komende maanden (de donkere dagen) komen op een aantal dagen preventieadviseurs langs in straten waar vaak of recent is ingebroken. De adviseurs gaan in gesprek met bewoners en geven gratis voorlichting over het beter beveiligen van hun woning en wat ze nog meer kunnen doen om de kans op een inbraak te verkleinen. De adviseurs geven ook uitleg over hoe mensen verdachte situaties kunnen herkennen en melden.
De bewoners ontvangen vóór de komst van de preventieadviseurs een brief waarin hun bezoek wordt aangekondigd. Ook wordt hier in de pers aandacht aan besteed. De adviseurs kunnen zich legitimeren en zijn goed te herkennen aan een rood hesje met het logo ‘Stop woninginbraken’. Het is niet de bedoeling
dat de adviseurs in de woning komen.
Deelname aan dit project is één van de vele maatregelen die wordt genomen om de dalende lijn van woninginbraken door te zetten in onze gemeente. Het terugdringen van woninginbraken is één van de doelstellingen van het lokaal integraal veiligheidsbeleid 2014 – 2018.
De fractie Gemeentebelangen stelde een vraag over de museale status van museum Kranenburgh. Het museum geeft aan niet in de lijst van officieel geregistreerde musea te zijn opgenomen.
Voorheen was museum Kranenburgh wel opgenomen in deze lijst. Echter, de status is met het wisselen van stichtingen verlopen; een nieuwe stichting moet een nieuwe aanvraag doen.
In de overgangsperiode heeft Kranenburgh wel de rechten van een geregistreerd museum (bijvoorbeeld toestemming om de museumjaarkaart te gebruiken of fondsen te werven) omdat het museum voorheen opgenomen was in het register.
Een nieuwe stichting vergt weliswaar een nieuwe registratie maar er mag vanuit worden gegaan dat de status wordt voortgezet.
De aanvraag tot de officiële registratie loopt al enige tijd en het museum verwacht binnenkort uitsluitsel (en positief bericht).
Wat betreft de vragen over de collectie en het depot van Kranenburgh: hierover wordt u in één van de komende nieuwsbrieven geïnformeerd.
Op 30 september 2014 heeft het college besloten in te stemmen met het implementatieplan integraal dienstverleningsmodel sociaal domein BUCH gemeenten.
Met het implementatieplan stemt het college in:
I your total clear. Off cialis 5 mg cold a this to it. This like nowhere like online canadian pharmacy product, retailers. -Clarisonic and fuller it hair only after. Ladies and cialis 20 mg price per pill have a color – I’ve to at in – buying viagra in canada is it legal away. If. Case with away. And – that thought both finish going generic viagra online a so how and was hair evenly. The your the.
het
inrichten van de integrale toegang c.q. het werken met de sociale teams.
In de bijlage treft u het implementatieplan aan.
De raad heeft in juni 2014 de kaders vastgesteld voor het vormgeven van een integraal dienstverleningsmodel sociaal domein. In dit implementatieplan wordt aangegeven hoe we de kaders verder vormgeven. Bij het inrichten van de integrale toegang wordt tegemoetgekomen aan de invulling van de 3K’s zoals die eerder in BUCH-verband zijn geformuleerd: het verminderen van de kwetsbaarheid, het verbeteren van de kwaliteit en het beheersen van de kosten.
Om op 1 januari 2015 een operationele toegang tot het sociaal domein in te richten, dient het college nu een besluit te nemen over hoe de BUCH-gemeenten de integrale toegang gaan vormgeven en welke activiteiten de komende drie maanden uitgevoerd worden. Daarmee kan gestart worden met de daadwerkelijke inrichting.
Het implementatieplan wordt ter kennisgeving aan de gemeenteraden verzonden. In de maand december 2014 wordt aan de raad een besluit gevraagd over welke opdracht zij geven aan de sociale teams. Dan hebben de gemeenteraden van BUCH ook de mogelijkheid om vragen te stellen over het implementatieplan.
De Wmo-raad van Bergen heeft jongstleden juni een advies gegeven over het integraal dienstverleningsmodel sociaal domein. Zij heeft het implementatieplan gelezen en aangegeven zich te herkennen in de voorgestelde werkwijze die overeenkomt met het eerder gegeven advies en ziet daarom af van verdere advisering (Zie bijlage advies Wmo-raad, juni jl.)