Gemeente weigert Vergunningsaanvraag Lidl, Dorpsplein 29 Bergen

De gemeente heeft de aanvraag van de Lidl voor het vestigen van een supermarkt in Dorpsplein 29 op basis van art. 3.3 van de WABO geweigerd. Dit artikel geeft aan dat als je een weigeringsgrond hebt om te weigeren je dit dan ook moet doen. De aanvraag is geweigerd omdat niet kan worden voldaan aan de parkeernorm in het bestemmingsplan.

Indien Lidl een aangepaste aanvraag indient waarvoor de gemeente geen weigeringsgrond heeft dan zal deze aanvraag op basis van het eerder genomen voorbereidingsbesluit worden aangehouden. Aan de hand van dit besluit kan de gemeente de vestiging van de Lidl tegenhouden.  De gemeente start met de voorbereidingen van het maken van een nieuw bestemmingsplan voor de betreffende locatie.

Aanbesteding De Beeck

Deze raadsmemo gaat over de situatie rondom de aanbesteding van De Beeck en bestaat uit de volgende onderdelen:

  1. Inleiding
  2. Marktsituatie
  3. Situatie De Beeck
  4. Conclusie

1.     Inleiding

De Europese aanbesteding van De Beeck is op 26 juni 2019 gesloten.

Van de vier geselecteerde partijen hebben er drie zich afgemeld. De drukte met andere projecten in combinatie met de complexe opgave werd als reden aangevoerd.

Eén partij heeft wel een inschrijving gedaan, en heeft de ontwerp- en engineeringsopgave serieus ter hand genomen. Zij hebben echter geen volledige (en daarmee ongeldige) inschrijving gedaan vanwege het ontbreken van een inschrijfbedrag, en hebben daarnaast een aantal afwijkingen/voorwaarden neergelegd:

  • Er zal geen aanbieding passend binnen het budget gedaan kunnen worden;
  • Zij voelen hebben twijfels rond het hergebruiken van de bestaande fundering en bassins en zien hier ook risico’s die ze willen vermijden en in ieder geval niet verantwoordelijk voor willen worden;
  • Het eventueel toch hergebruiken van de fundering brengt functionele beperkingen met zich mee, zorgt ervoor dat de ongeïsoleerde vloeren en bassins niet optimaal geïsoleerd kunnen worden (duurzaamheid).

Kortom, er is slechts één inschrijving van een partij, waarmee nog gesprekken noodzakelijk zijn, die voor een nieuwe fundering opteert en waarvan het inschrijfbedrag het gestelde budget zal gaan overschrijden.

2.     Marktsituatie

De bouwmarkt is momenteel zeer overspannen. Er is sprake van hoogconjunctuur en de bouwprijzen lopen al enkele jaren extreem hard op. Er is schaarste aan materiaal en aan vakmensen die het werk kunnen uitvoeren. Aannemers hebben een goed gevulde orderportefeuille en concentreren zich op projecten die weinig risicovol zijn (bijvoorbeeld woningen) en waar goede marges mee te behalen zijn. Riskante of moeilijke projecten (waar bijvoorbeeld het vakmanschap veel kritischer luistert of de procedures onzekerheden bevatten) laat men liggen. De wereld van zwembaden is nog veel lastiger omdat er maar enkele partijen op de markt actief zijn die dit werk kunnen doen. Deze partijen zitten reeds vol met werk en hebben de grootste moeite vakmensen, onderaannemers en leveranciers aan zich te binden, of moeten daar de hoofdprijs voor betalen.

Een analyse van recente aanbestedingen in Nederland, waarbij we ons omwille van de vergelijkbaarheid beperken tot zwembaden, levert het volgende beeld op:

  1. Zwembad Hilvarenbeek. Aanbesteding mislukt. Geen enkele marktpartij was bereid dit uit te voeren voor het meegegeven budget en de aanwezige risico’s.
  2. Zwembad Raalte. Aanbesteding moeizaam en met veel inspanning vanuit opdrachtgeverszijde afgerond met slechts één inschrijving. Er zijn een aantal aanpassingen doorgevoerd.
  3. Zwembad Katwijk. De aanbesteding verliep zeer moeizaam. Alle 5 gegadigden hadden aangekondigd zich terug te trekken, waarop er aanpassingen aan de uitvraag zijn doorgevoerd. Uiteindelijk zijn er 2 inschrijvingen gedaan.
  4. Zwembad Gilze-Rijen. Aanbesteding mislukt waarna een onderhandelingsprocedure is gestart.
  5. Zwembad Arnhem. Aanbesteding mislukt. Slechts twee inschrijvingen die beide 30% boven budget lagen.
  6. Zwembad Eindhoven. Aanbesteding mislukt. Slechts één inschrijving die maar liefst 80% boven budget lag.
  7. Zwembad Nunspeet. De aanbesteding leverde slechts twee gegadigden op, waarvan er één een inschrijving heeft gedaan.

Het beeld is dus door heel Nederland heen vergelijkbaar en niet locatie gebonden. Dit is een omgekeerde situatie ten opzichte van de crisisjaren 2009-2015, waarin elke aanbesteding talloze geïnteresseerden opleverde en het gebruikelijk was dat er inschrijvingen plaatsvonden tot wel 30-40% onder de geraamde kosten. Rekenkundig is dit op basis van actuele materiaal- en arbeidsprijzen niet te verklaren. Door een (volledig) gebrek aan concurrentie zorgt de marktwerking voor extreme prijsafwijkingen.

De nieuwe werkelijkheid is dus dat het realiseren van (zwembad)projecten veelal meer kost dan begroot, en dat het project daarnaast interessant genoeg en niet te moeilijk gemaakt moet worden voor de aannemers, wil men niet voor andere projecten kiezen. Deze situatie zal de komende jaren niet snel veranderen.

3.     Situatie De Beeck

De gemeente Bergen heeft een Europese aanbesteding met voorafgaande selectie gehouden voor het ontwerpen en realiseren een nieuw multifunctioneel sportcomplex.

Aangezien er slechte één ongeldige inschrijving is gedaan op 26 juni 2019 heeft de gemeente juridisch gezien een tweetal opties om te pogen het project alsnog tot ontwikkeling te brengen:

  1. Het project opnieuw aanbesteden;
  2. Door middel van een onderhandelingsprocedure alsnog een geschikte aannemer selecteren aan wie de opdracht gegund kan worden.
  1. Het project opnieuw aanbesteden

Bij het opnieuw aanbesteden mag het project niet in dezelfde vorm opnieuw op de markt gebracht worden. De gemeente heeft dan de wettelijke verplichting substantiële wijzigingen in het project door te voeren, zodat het als een nieuw project gekwalificeerd kan worden.

Dit is veelal een zeer lastig proces en zal geen oplossing bieden. De belangstelling vanuit de overspannen markt zal bij een aangepast project waarschijnlijk nauwelijks anders zijn.

  • Onderhandelingsprocedure uitvoeren

Bij de onderhandelingsprocedure mag de gemeente met de meest gerede partij onderhandelen over het project. Hierbij heeft de gemeente juist de verplichting geen substantiële wijzigingen in het project door te voeren, zodat er geen afbreuk wordt gedaan aan de concurrentiepositie van de partijen die in de eerdere procedure meededen of hadden willen meedoen.

De onderhandelingsprocedure mag gevoerd worden indien er geen één of geen één geschikte inschrijving is ontvangen. De aankondiging van de gegunde opdracht met vermelding van de redenen waarom voor deze procedure is gekozen moet gepubliceerd worden.

Gezien de situatie staat de deur open naar een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Er kunnen dan (onderhandelings) gesprekken gevoerd worden met de meest gerede partij.

4.     Conclusie

De aanbesteding van De Beeck verloopt helaas moeizaam maar past in de huidige tijdsgeest.

Er heeft slechts één partij ingeschreven met een serieus en doordacht ontwerp. De

inschrijver wil dit plan afprijzen nadat er een aantal essentiële ontwerpkeuzes zijn gemaakt.

De keuzes zullen de mate van overschrijding van het budget bepalen.

Het inkoop- en projectteam heeft ons college geadviseerd de onderhandelingen met de

enige inschrijver zo snel mogelijk op te starten. Dit zal ertoe leiden dat er in augustus 2019

een volledig uitgewerkt ontwerp ligt met een bijbehorende prijs. Dit ontwerp komt dan in:

  • September in het college
  • Oktober in de commissie
  • November in de gemeenteraad

Daarnaast wordt met de verzekeringsmaatschappij gesproken om het te informeren over de voortgang en over het standpunt van de meest gerede partij inzake de fundering.

Telpunten monitoring aansluiting Heiloo A9

Ter hoogte van de Lagelaan in Heiloo komt een nieuwe aansluiting op de A9. Verkeer richting Egmond aan Zee kan ook van deze aansluiting gebruik maken. De bedoeling is dat dit verkeer via Heiloo naar Egmond aan Zee rijdt en niet via de Vennewatersweg naar Egmond Binnen. Om dit te kunnen monitoren zijn telpunten ingericht op relevante wegen.

Ter hoogte van de Lagelaan in Heiloo komt een nieuwe aansluiting op de A9. De aansluiting sluit aan op de Kennemerstraatweg en er komt aan de oostzijde van de A9 een verbinding naar de Kanaalweg om het bedrijventerrein Boekelermeer te bereiken. De nieuwe aansluiting is onder meer bedoeld om de verkeersveiligheid in Heiloo te vergroten en de verkeersdruk door de nieuwe ontwikkelingen (Melco, Zuiderloo, Zandstroom en Varne Buiten) op het bestaande wegennet in Heiloo niet te vergroten. In Heiloo worden aanvullende verkeersremmende maatregelen genomen om extra verkeersdruk op het bestaande wegennet te voorkomen.

Verkeer richting Egmond aan Zee kan ook van deze nieuwe aansluiting gebruik maken. Om de overlast van dit verkeer zoveel mogelijk te beperken is het de bedoeling dat dit verkeer via de Vennewatersweg (Heiloo), het Malefoort (Heiloo) en de (Heilooer) Zeeweg richting Egmond aan Zee gaat en niet via de Vennewatersweg richting Egmond – Binnen rijdt.

Het Malefoort en de (Heilooër) Zeeweg kunnen de eventuele extra verkeerdruk beter verwerken dan de lokale wegen in Egmond – Binnen.

Verkeersmaatregelen

Uit, met behulp van een verkeersmodel, uitgevoerde berekeningen blijkt dat de extra te verwachten verkeersstroom vanaf de nieuwe aansluiting van de A9 richting Egmond aan Zee via Egmond Binnen erg klein is en dat het grootste gedeelte via het Malefoort en de Zeeweg richting Egmond aan Zee gaat. Dit betekent dat extra maatregelen om verkeer in Egmond – Binnen te weren naar verwachting niet noodzakelijk zijn.

Om te kunnen zien of er geen extra verkeer vanaf de nieuwe aansluiting van de A9 door Egmond – Binnen rijdt, zijn er extra telpunten ingericht op wegen in Heiloo en in de omgeving van Egmond – Binnen en Egmond aan den Hoef.

Telpunten

Om de eventuele extra verkeersdruk a.g.v. de nieuwe aansluiting van de A9 bij Heiloo te kunnen meten, zijn op relevante locaties in Heiloo, in Egmond – Binnen, op de Vennewatersweg en op de (Heilooër) Zeeweg telpunten ingericht.

In onderstaande tabel zijn de telpunten aangegeven:

Plaats Locatie Begindatum meting
Egmond – Binnen Sint Adelbertusweg dec. 2013
  bij Herenweg 38 sept. 2012
  Vennewatersweg nabij huisnummer 26 april 2016
  de Herenweg tussen de N512 en het Luilaantje dec. 2016
  Zeeweg tussen Heiloo en Egmond aan den Hoef apr. 2016
Heiloo het Malefoort tussen de Boswinde en de Ronge/Boekenstein apr. 2014
  4 telpunten op de Kennemerstraatweg (nabij huisnummer 582, nabij huisnummer 275, nabij huisnummer 161 en nabij huisnummer 466 mei 2014

Doordat de telpunten ruim voor de aanleg van de aansluiting van de A9 zijn geplaatst, is de verkeerssituatie voor de openstelling van de aansluiting bekend en is het effect van de aansluiting op de verschillende verkeersstromen bekend.

Zodra de aansluiting gerealiseerd is, kan het effect van de nieuwe afrit worden bepaald en indien nodig kunnen maatregelen worden genomen om verkeer niet via de Vennewatersweg maar via de (Heilooer) Zeeweg richting de kust te laten rijden.

Tiny Houses

Het college heeft een positieve grondhouding uitgesproken richting de ontwikkeling van Tiny Houses in Schoorl.

Tijdens de verkiezingen stonden Tiny Houses op de agenda van alle politieke partijen. In het formatieakkoord ‘Nieuw vertrouwen’ heeft Tiny House een plek verkregen. Als actiepunt is opgenomen: binnen duidelijke kaders ruimte creëren voor nieuwe woonvormen zoals woongroepen, levensloopbestendige woningen, Tiny Houses, CPO en wooncoöperaties.

Tiny House is één van de oplossingsrichtingen in het huisvesten van verschillende doelgroepen.

Tiny House heeft over het algemeen een idealistische instelling en levert daarmee een bijdrage aan diverse klimaatdoelstellingen.

Begin januari 2019 hebben Tiny House Nederland en de Wooncoöperatie Tiny House Schoorl i.o. in een brief aan de gemeente om een intentieverklaring gevraagd. Zij willen graag subsidie bij de provincie aanvragen die ze gebruiken voor verdere ontwikkeling van hun idee om Tiny Houses te realiseren in Schoorl middels een CPO- project.

Zij vragen aan de gemeente om uit te spreken dat de gemeente een positieve grondhouding heeft ten aanzien van de ontwikkeling van Tiny Houses in Schoorl.

Op 9 juli 2019 heeft het college een positieve grondhouding uitgesproken.

Raadsinformatiebrief Preventie en Handhavingsplan alcohol en drugs

Sinds eind jaren ’80 is het alcoholgebruik onder jongeren flink toegenomen. Jongeren zijn meer, vaker en op jongere leeftijd gaan drinken. Voor jongeren is het relatief eenvoudig om aan alcohol te komen, voornamelijk bij cafetaria’s en sportkantines. De sociale acceptatie draagt ook bij aan het probleem dat jongeren te jong of te veel drinken. Alcohol wordt geassocieerd met gezelligheid, sport en ontspanning. Ook zien jongeren hun ouders regelmatig alcohol drinken en krijgen zij zo het idee ‘dat het erbij hoort’.

Ten opzichte van alcohol is drugs veel minder sociaal geaccepteerd. Ook het toezicht en de regulering hiervan is veel strenger dan bij alcohol. Dit neemt niet weg dat 11,1% van de jongeren op de middelbare school ervaring heeft met drugs. Net als alcohol hebben drugs negatieve gevolgen voor de gezondheid en leidt tot gedragsproblemen. Dit bewijst het belang van preventie.

Vanuit de gedachten om schadelijk alcohol- en drugsgebruik onder jongeren van 18 plus zoveel mogelijk tegen te gaan en het gebruik van alcohol van jongeren onder de 18 helemaal tegen te gaan, is er een Preventie en Handhavingsplan 2019-2022 ontwikkeld vanuit het programma In Control of Alcohol & Drugs. In dit plan staat beschreven:

–           Wat de doelstellingen zijn van het plan.

–           Welke acties worden ondernomen om alcoholgebruik onder jongeren te voorkomen.

–           Welke handhavingsacties er in de door het plan bestreken periode worden ondernomen.

–           Welke resultaten in de door het plan bestreken periode minimaal behaald dienen te worden.

De twee hoofddoelstellingen van dit plan luiden:

1. Het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar.

2. Het tegengaan van risicovol/schadelijk alcohol- en drugsgebruik door jongeren van 18 tot en met 23 jaar.

Om de doelstellingen van dit plan te behalen, wordt er ingezet op preventieve interventies onder jongeren en opvoeders. Zo staat er op verschillende evenementen in de gemeente een ‘preventiestand’ waar jongeren op een ludieke manier gewezen worden op de gevaren van alcohol en drugs. Daarnaast worden er op sportverenigingen adviesgesprekken over verantwoordelijk alcoholschenken gegeven, met praktische tips en tricks. Ook kunnen scholen en verenigingen zelf interventies aanvragen via het programma In Control of Alcohol & Drugs. Zij worden hiervoor actief benaderd door de GGD.

Naast preventieve interventies speelt handhaving ook een rol in het terugdringen van alcohol- en drugsgebruik. Handhavers kunnen, naast de basiscontrole, leeftijdsgrens en dronkenschapscontroles uitvoeren. Daarnaast kunnen er steekproefsgewijze controles bij evenementen plaatsvinden of controles bij populaire ontmoetingsplaatsen in de openbare ruimte.

Het Preventie en Handhavingsplan wordt jaarlijks geëvalueerd en zo nodig bijgeschaafd. Er wordt gekeken of de preventieve interventies en handhavingsactiviteiten aanslaan of aangepast moeten worden. Daarnaast is er jaarlijks nieuwe informatie beschikbaar vanuit de Elektronische Monitor Volksgezondheid (EMOVO) die zo nodig verwerkt kan worden in het plan. Ook is eind dit jaar de informatie uit de Jongvolwassenenmonitor beschikbaar, waar ook wordt ingezoomd op alcohol- en drugsgebruik

In de bijlage treft u het Preventie en Handhavingsplan alcohol en drugs.

PAS-uitspraken Raad van State

Op 29 mei jongstleden heeft de Raad van State twee uitspraken gedaan over, zeer kort samengevat, de bescherming van Natura-2000 gebieden. In beide uitspraken heeft de Raad van State bepalingen uit hogere regelgeving onverbindend verklaard. In deze nieuwsbrief willen wij u op de hoogte stellen van de kern van beide uitspraken en de eventuele gevolgen voor de gemeente.

De uitspraken in het kort
Beide uitspraken zijn gedaan in het kader van agrarische bedrijfsvoering in relatie tot natuurbeschermingswetgeving.

In de ene uitspraak stond kort gezegd ter discussie of de provincies Gelderland en Limburg terecht het weiden van vee en het bemesten van grond hadden uitgezonderd van vergunningplicht. De Raad van State is van oordeel dat een dergelijke categoriale uitzondering, zoals Limburg en Gelderland het in hun verordening hadden opgenomen, niet kan wegens strijd met Europese regelgeving (Habitatrichtlijn). De Raad van State komt tot dit oordeel omdat een dergelijke categoriale uitzondering van de vergunningplicht onvoldoende recht doet aan de bescherming die Europese regelgeving aan Natura-2000 gebieden beoogt te bieden.

In de andere uitspraak stond ter discussie of Noord-Brabant vergunningen op grond van de natuurbeschermingswetgeving had mogen verlenen voor de exploitatie(wijziging) van een aantal agrarische bedrijven. Bij de vergunningverlening was verwezen naar beoordelingen die zijn gemaakt voor het landelijke Programma Aanpak Stikstof (het PAS) en naar het landelijke Besluit grenswaarden. De Raad van State is in de uitspraak echter tot het oordeel gekomen dat de  betreffende delen van het PAS en van het Besluit grenswaarden niet als basis voor toestemming voor activiteiten mag worden gebruikt, wegens strijd met Europese regelgeving (Habitatrichtlijn). Ook hier is de Raad van State van mening dat de betreffende bepalingen onvoldoende recht doen aan de bescherming die Europese regelgeving aan Natura-2000 gebieden beoogt te bieden.

De crux zit hem er bij beide uitspraken in dat, bij de beoordeling van de vraag of activiteiten mogen worden toegestaan, de daadwerkelijke gevolgen voor Natura-2000 gebieden vast moeten staan op het moment dat de beoordeling wordt gemaakt. Zo mogen bijvoorbeeld toekomstige ontwikkelingen waarvan aangenomen wordt dat ze een positief effect op de Natura-2000 gebieden zullen hebben niet nu alvast worden betrokken bij het toestaan van activiteiten met een negatief effect. (Verwachte positieve effecten wegens het toenemen van elektrisch rijden in de toekomst mogen bijvoorbeeld niet nu al ingeruild worden voor de aanleg van extra rijbanen.) Het lijkt er op dat er nog wel enige mogelijkheden zijn voor mitigerende maatregelen waarvan de effecten voldoende vaststaan. Het PAS bood echter ruimere mogelijkheden om vooruit te lopen op toekomstige positieve gevolgen van maatregelen.

Gevolgen
De uitspraken van de Raad van State hebben lokaal, regionaal, landelijk grote gevolgen voor diverse plannen en projecten in de fysieke leefomgeving.  De werking van de PAS betreft niet alleen de intensieve veehouderij maar geldt voor elke ontwikkeling waarbij stikstof vrijkomt, denk aan industrie, woningbouw, luchtvaart, infrastructuur, etc.
In de kamerbrief van 11 juni 2019 <zie bijlage> reageert minister Schouten (LNV) op de uitspraken van de Raad van State over het PAS en hoe hiermee om te gaan op de korte, middellange en lange termijn. Zie ook de kamerbrief van 19 juni 2019 voor een update <zie bijlage>. Op landelijk en provinciaal niveau is reeds een crisisteam ingesteld om te werken aan oplossingsrichtingen. De VNG heeft aangegeven dat zij zich bewust is van de impact die de uitspraken voor gemeenten kunnen hebben. De VNG heeft bij gemeenten uitgevraagd welke behoeftes er leven en hoe zij daarop kan inspelen. Naar de landelijke overheid maakt de VNG zich sterk voor adequate betrokkenheid, bijvoorbeeld bij het vervolg voor de PAS. 

Voor de gemeente Bergen wordt nu in kaart gebracht welke eventuele gevolgen de uitspraken hebben, per project. Daarvoor is echter nodig dat er een vergelijking wordt gemaakt tussen de specifieke casuïstiek van de uitspraken en de specifieke casuïstiek van de projecten. Daar is meer tijd voor nodig en u zult hierover op een later moment in het kader van het project zelf worden geïnformeerd.

In procedure zijnde bestemmingsplannen
In de gemeente Bergen zijn meerdere bestemmingsplannen in voorbereiding. Binnen deze plannen moeten verwijzingen naar de PAS worden geschrapt. De benodigde reparatie zal, afhankelijk van de vraag hoever een bestemmingsplan in procedure is, tot vertraging (in de besluitvorming) leiden. Welke aanpak of methodiek gebruikt moet worden is op dit moment niet bekend.

Vastgestelde bestemmingsplannen, waartegen beroep is aangetekend
Zoals gezegd zijn beide uitspraken gedaan in het kader van procedures omtrent agrarische bedrijfsvoering. In verband met de duiding van de hier aan de orde zijnde Europese regelgeving heeft de Raad van State landelijk ook veel uitspraken over bestemmingsplanprocedures aangehouden. Mogelijk hebben die uitspraken gevolgen voor de uitvoering van het betreffende plan. De Raad van State heeft echter nog geen termijn gegeven waarbinnen die uitspraken kunnen worden verwacht.   

Bijlage:

Financiering van woningverduurzaming met inzet van baatbelasting

Op donderdag 13 juni is het voorstel ‘financiering van woningverduurzaming met inzet van baatbelasting’ door de algemene raadscommissie behandeld.

De per woning te bepalen duurzaamheidsmaatregelen worden hierbij niet subjectgebonden gefinancierd maar objectgebonden. Door middel van een fiscale vaststellingsovereenkomst wordt de inning van het hiermee gepaard gaande bedrag in de vorm van een baatbelasting over maximaal 30 jaar gespreid. Bij verkoop van de woning gaan de resterende termijnen over op de nieuwe eigenaar.

In het voorstel is een pilot opgenomen om een beperkt woningen op bovenstaande wijze te verduurzamen. Tijdens de commissiebehandeling is het verzoek naar voren gekomen om de kaders te definiëren waarbinnen de pilot wordt uitgevoerd. Hieraan wordt door middel van de onderstaande kaders invulling gegeven.

De woningen die in de pilot worden betrokken;

  1. Dateren uit bouwjaren gelegen tussen 1960 en 1990;
  2. Kenmerken zich door de typering: rij- en hoek, vrijstaand, 2 onder 1 kap en geschakelde bouw;
  3. Zijn gelijkmatig verspreid over de kernen Bergen, Egmond-binnen, Egmond aan zee, Egmond aan de hoef, Hargen, Schoorl en Groet, mits de aanmeldingen hiertoe mogelijkheden bieden;
  4. Zijn niet in eigendom bij raadsleden, wethouders en medewerkers van de griffie en de GR werkorganisatie BUCH;
  5. Zijn bij voorkeur niet reeds op enige wijze verduurzaamd.

Jaarverslag 2018 commissie bezwaarschriften

Over het jaar 2018 biedt de commissie bezwaarschriften Bergen haar jaarverslag aan. De commissie bezwaarschriften heeft in het jaarverslag 2018 enkele bevindingen opgenomen. Uit het jaarverslag blijkt verder dat in 2018 een lichte stijging heeft plaatsgevonden van het aantal ontvangen bezwaarschriften. Hier is niet echt een verklaring voor te geven.

De commissie had in het jaarverslag 2017 kort samengevat de volgende aanbevelingen voor de bestuursorganen: de vorming van de procesdossiers te verbeteren, de kwaliteit van vertegenwoordiging van het bestuursorgaan te verbeteren/optimaliseren, ervoor te zorgen dat in alle gevallen van tevoren een verweerschrift wordt ingediend en tot slot de motivering van de besluiten te verbeteren. Hier zijn verbeteracties op ingezet. De commissie constateert in het jaarverslag 2018 dat op bovengenoemde aspecten verbetering is waar te nemen.

Het valt de commissie op dat het bestuursorgaan steeds vaker probeert om via de informele aanpak een bezwaarschrift te behandelen. De informele aanpak houdt in dat er kort na binnenkomst van het bezwaarschrift contact met de indiener van het bezwaarschrift wordt opgenomen om uitleg te geven over het besluit en om samen te bezien of er een andere oplossing van het bezwaar mogelijk is. Dit kan betekenen dat een medewerker (telefonisch) contact opneemt met bezwaarmaker om te horen wat het bezwaar precies inhoudt. Een toelichting door de medewerker op het besluit kan soms al verhelderend werken. Bezwaarmaker begrijpt waarom het bestuursorgaan het besluit heeft genomen en trekt vervolgens het bezwaarschrift in.

Gelet op de bezwaarschriften die zijn opgelost zonder advies van de commissie, is er volgens de commissie zeker sprake van een oplossingsgerichte houding met betrekking tot ontvangen bezwaarschriften.

Acties naar aanleiding van de bevindingen van de commissie

Om tot een betere dienstverlening aan de inwoners van Bergen, in de vorm van goed gemotiveerde besluiten en een klantvriendelijke bezwaarprocedure, te komen zijn de volgende acties ingezet:

De secretarissen van de commissies bezwaarschriften van de BUCH-gemeenten zullen de informele aanpak van bezwaarbehandeling meer structureren door een vaste werkwijze af te spreken met de teams die veel bezwaren ontvangen.

Ook gaan de secretarissen van de commissies bezwaarschriften van de BUCH-gemeenten  interne trainingen Algemene wet bestuursrecht verzorgen voor alle teams die beschikkingen voorbereiden, met name gericht op het doen van deugdelijk onderzoek en het opnemen van een goede en duidelijke onderbouwing.

Beantwoording vragen van de fracties

Beantwoording vragen van de fracties van de VVD en BBB over belijning ( commissiebestemmingsplannen van 11 juni 2019)

De vragen zijn gesteld aan wethouder Valkering en zijn doorgegeven aan wethouder Houtenbos.

Hierbij het antwoord op de vragen over de belijning:

  • Het deel van de Bergerweg tussen de Oude Bergerweg en de Oosterweg wordt dit jaar opnieuw geasfalteerd tijden de reconstructie van de Oude Bergerweg. Daarom wordt nu (voorlopig) niets gedaan met deze belijning/markering.
  • Het overige deel van de Bergerweg zit in het onderhoudsprogramma voor dit jaar.
  • Als in Schoorl de voetgangersoversteekplaats op het kruispunt Heereweg/Sportlaan wordt bedoeld; die wordt meegenomen met het onderhoudsprogramma voor dit jaar.
  • De planning voor het onderhoudsprogramma is uitvoering in juli. Uiteraard is dit wel afhankelijk van het weer (het moet meerdere dagen droog zijn en de temperatuur moet goed zijn, niet te warm, maar ook niet te koud).