Op 4 juli 2019 heeft de raad besloten om in te stemmen met de uitvoering van de pilot ‘objectgebonden financiering van woningverduurzaming’ met inzet van baatbelasting.
Daarop heeft een informatiesessie plaatsgevonden in De Blinkerd waarbij de mogelijkheid is geboden aan woningeigenaren om zich voor de pilot aan te melden. In totaal zijn er 110 aanmeldingen geregistreerd. De voorselectie heeft plaatsgevonden op basis van de kaders die hiervoor door de raad zijn aangegeven. Uiteindelijk zijn er 24 woningen geselecteerd op basis van de kaders en haalbaarheid van een sluitende business-case. Uit deze 24 woningen zijn door een notaris 10 woningen geloot die in de pilot zijn betrokken.
Vervolgens zijn er inspecties uitgevoerd in en om de geselecteerde woningen waarbij per woning is onderzocht welke verduurzamingsmaatregelen van toepassing zijn.
Aanleiding
In november 2019 zijn aan de 10 deelnemers van de pilot offertes verzonden met daarin opgenomen de investeringen zoals vloer, dak, glas- en muurisolatie en zonnepanelen. Tevens zijn in de offertes de volgende kosten opgenomen: administratiekosten, kosten van de Stichting Waarborg, managementkosten, supportkosten en de rente.
Naar aanleiding van de aan de deelnemers aangeboden offertes hebben zich enkele ontwikkelingen voorgedaan, er is van een deelnemer een negatieve reactie ontvangen. Het bericht heeft aanleiding gegeven om de offertes van alle deelnemers op te vragen en nader te onderzoeken, deze zijn echter niet ontvangen. Wel is er als voorbeeld 1 offerte beschikbaar gesteld. Na onderzoek van de kostencomponenten zijn er diverse vragen gerezen die aan de portefeuillehouder zijn voorgelegd. Vervolgens heeft deze vanwege de kostencomponenten en onduidelijkheden in de berekening, besloten om aan het proces pas een vervolg te geven als alle onduidelijkheden zijn weggenomen. Vanaf het moment van opschorting in december 2019 hebben zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan.
Brief minister van Financiën
Op 17 december 2019 is een bericht ontvangen van de VNG met als onderwerp: Maatregelen voor financiering van verduurzaming woningen’ In dit bericht is de volgende passage opgenomen: “Enkele gemeenten bereiden financieringsinitiatieven voor waarbij gebouwgebonden financiering wordt beoogd via de baatbelasting. De minister van Financiën geeft aan dat dit niet is toegestaan, omdat een baatbelasting moet gaan om een voorziening van openbaar nut die zich in de publieke ruimte bevindt”.
De brief van de minister is voor een aanzienlijk deel gewijd aan ‘aantrekkelijke en toegankelijke financiering voor alle woningeigenaren’ die in voorbereiding zijn.
Second opinion
Op 25 september 2019 is opdracht gegeven aan een specialist op het gebied van gemeentelijke belastingen om de financiering van verduurzamingsmeetregelen met inzet van baatbelasting nader te onderzoeken. In december 2019 is het rapport ontvangen van ‘van den Bosch en partners’. De conclusie vangt aan met het volgende: “Wij concluderen dat de invoering van een baatbelasting voor duurzaamheidsinvesteringen, zelfs als dat gepaard gaat met vaststellingsovereenkomsten, niet zonder risico is voor de gemeente Bergen (NH). Vooral op langere termijn als er woningen worden doorverkocht, is de kans zeker niet ondenkbaar dat er procedures gevoerd gaan worden door nieuwe eigenaren over de aanslagen baatbelasting. De rechter zal de monddoodclausule in de vaststellingsovereenkomst waarschijnlijk niet als belemmering zien voor zijn toets. Als de rechter deze aanslagen inhoudelijk gaat toetsen, zal hij de verordening baatbelasting hoogstwaarschijnlijk onverbindend oordelen”.
Conclusie
De vraag is gerezen of het concept van woningverduurzaming waarbij de baatbelasting deel uitmaakt van het concept, in de huidige constructie zonder risico voor de gemeente op een grotere schaal toegepast kan worden. Dat blijkt niet het geval, de risico’s zijn in de loop van het traject niet gereduceerd, dit wordt ook onderschreven door de conclusies in de rapportage uit de second opinion. Bij verduurzaming van 2.000 woningen met een gemiddelde kostentoerekening (investering en overige kosten) van €20.000 gaat het hierbij om een totaal aan baatbelasting van € 40.000.000. Bij een belastingomvang van dergelijke grootte kan de gemeente geen verantwoordelijkheid op zich nemen met betrekking tot welk risico dan ook. Op basis hiervan heeft voortzetting van de pilot met als doel het in productie nemen van het concept op grotere schaal, geen toegevoegde waarde. De eigenaren van de 24 geselecteerde woningen zijn van het besluit per brief op de hoogte gesteld.