Maand: november 2020

Samenwerken in de Waterketen 2021-2030 – Regio Alkmaar

Sinds de landelijke afspraken voor samenwerken in de waterketen (Bestuursakkoord Water 2011) hebben de zeven gemeenten en het hoogheemraadschap in de regio Alkmaar nauw samengewerkt om de in het bestuursakkoord voor 2020 vastgelegde doelen te halen. Aan het eind van 2020 loopt het Bestuursakkoord Water af. Daarmee lopen ook de convenanten, die voor de samenwerking zijn afgesloten tussen gemeenten, hoogheemraadschap en PWN, af. Vanwege de behaalde positieve resultaten is besloten om deze intensieve samenwerking in de waterketen voort te zetten en gezamenlijk in te spelen op de nieuwe ontwikkelingen op basis van nieuwe convenanten voor Noorderkwartier en voor de regiogemeenten. Hiermee wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan een gezonde en prettige leefomgeving.

Vanaf 2011 is gewerkt aan de doelen uit het Bestuursakkoord Water: het verlagen van de kosten, het verbeteren van de kwaliteit van het beheer van de keten en het verminderen van de kwetsbaarheid van de organisaties. Er is in de samenwerking in de regio veel bereikt:

  • Nauwe afstemming voor de invulling van de zorgplichten van de partijen op het gebied van water.
  • Een ‘moeder’-GRP (Gemeentelijk RioleringsPlan) als basis voor de gemeentelijke beleidsplannen.
  • Er is een team opgezet, waarin naast de rioolbeheerders, twee externe gegevensanalisten werkzaam zijn.
  • Inzicht in het functioneren van onderdelen van de waterketen is vergroot.
  • Gezamenlijk onderzoek is uitgevoerd naar grondwater en dan met name naar de zogenaamde onderlast ten gevolge van klimaatverandering.

De belangrijkste opgaven waar waterketenbeheerders voor staan voor de komende jaren zijn:

  1. Het verbeteren van het functioneren van de gehele waterketen door optimalisatie en afstemming van maatregelen en bijbehorende investeringsprogramma’s in de waterketen;
  2. Aanpassen van de waterketen incl. openbare ruimte en fysieke leefomgeving aan de klimaatverandering. Dit maakt onderdeel uit van de opgave uit het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie.
  3. Een groot deel van de riolering is aangelegd vanaf de jaren ’70 van de vorige eeuw. Deze riolen zullen de komende jaren aan het eind van hun levensduur komen en vervangen of gerenoveerd moeten worden. Op basis van verwachte levensduren zullen vervangingen de komende jaren snel toenemen en een piek bereiken zo rond 2040 – 2050. Het moment waarop dit plaatsvindt, is per gemeente verschillend.
  4. Afstemming met andere ruimtelijke opgaven, zoals de energietransitie die in bepaalde wijken mogelijk leidt tot de aanleg van warmteleidingen.
  5. Een specifiek probleem dat ook verergerd wordt door klimaatverandering is fluctuatie van grondwaterstanden. In de winter zal de grondwaterstand gemiddeld hoger worden en in de zomer lager dan nu gebruikelijk met mogelijke gevolgen voor wegen, groen en houten funderingen van woningen.
  6. De afstemming van beleid direct in en om de waterketen en de daaruit voortvloeiende maatregelen met overige beleidsvelden als onderdeel van de regelgeving binnen de Omgevingswet.

Deze onderzoeken en ontwikkelingen vereisen een flinke inspanning van de beheerders. Een verdere professionalisering van het beheer is daarvoor een vereiste. Er valt veel winst te behalen door de werkzaamheden gezamenlijk met alle gemeenten uit de regio en het hoogheemraadschap op te pakken. Dit leidt niet alleen tot kostenreductie, maar door kennis te delen, verbetert ook de kwaliteit van het beheer van de waterketen en de kwetsbaarheid van de organisaties vermindert.

Kinderkrant en sollicitatie kinderburgemeester

Eind oktober is de Kinderkrant gemeente Bergen verspreid. Alle bassischoolleerlingen van de groepen 5 t/m 8 in de gemeente Bergen kregen de krant via hun school. Dit om de kinderen een hart onder de riem te steken tijdens deze coronatijd en meer contact met de jeugd te krijgen. In de krant stond ook een vacature voor kinderburgemeester.

Vacaturetekst kinderburgemeester
In de vacaturetekst staat het volgende: ‘Onze burgemeester, Peter Rehwinkel, vindt de mening van kinderen belangrijk. Zeker in deze gekke coronatijd. Daarom is hij op zoek naar een kinderburgemeester. De kinderburgemeester praat en denkt mee met de burgemeester en is betrokken bij activiteiten.’

Sollicitatieprocedure
Meerdere kinderen hebben inmiddels gesolliciteerd. In december worden vier kinderen geselecteerd. Zij hebben een eerste gesprek met burgemeester Rehwinkel en de kinderburgemeester van Heiloo of Uitgeest. Na deze gesprekken worden twee kinderen gekozen die een tweede gesprek krijgen met de burgemeester en een raadslid. In overleg met de griffier wordt dit raadslid nog benaderd.

Installatie door de gemeenteraad
Als er een kinderburgemeester is gekozen, wordt deze ‘officieel’ geïnstalleerd door de raad. Over deze procedure volgt later meer. Het is de bedoeling dat de kinderburgemeester betrokken wordt bij verschillende activiteiten, zoals bijvoorbeeld bij het uitreiken van een koninklijke onderscheiding of het bijwonen van een werkbezoek. Daarnaast gaat de burgemeester regelmatig met de kinderburgemeester in gesprek om zijn of haar mening te horen over bepaalde onderwerpen.

Bijlage:

College besluit tot fase 4 Coronamaatregelen

In het voorjaar heeft ons college een aantal maatregelen genomen die de gevolgen van de intelligente lock-down verzachten; genoemd Corona fase 2 en 3. Op dat moment was niet in te schatten hoelang en in welke mate het COVID-19 virus een stempel zet op de samenleving. COVID-19 is nog dagelijks waarneembaar en de maatregelen om de verspreiding van het virus te beperken en kwetsbare mensen te beschermen hebben grote impact op verschillende terreinen. Ons college heeft een besluit genomen over een voorstel voor fase 4 maatregelen.

De inzet is opnieuw de balans te vinden tussen maatregelen die opnieuw of verdere verspreiding van het virus voorkomen enerzijds, en herstel van economie en de gewenste maatschappelijke samenleving anderzijds. De onderwerpen die ter besluitvorming zijn voorgelegd zijn het resultaat van een inventarisatie van de werkorganisatie en de vier BUCH colleges en verschillen per gemeente.

Deze stap (fase vier) is opnieuw gericht op het bieden van steun aan die lokale ondernemers en maatschappelijke initiatieven voor wie deze steun echt noodzakelijk is voor de continuering van hun bedrijfsvoering. Er is opnieuw een pakket aan

maatregelen voorgesteld voortbordurend op fase 2 en fase 3:

  1. Verlenging van het lokale Herstelfonds Bergen tot 15 februari 2021;
  2. In te stemmen met de werkwijze voor het aanvragen van de regeling TVS (Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties);
  3. Maatwerk toe te passen bij het innen van de gemeentelijke belastingen.

1.         Verlenging van het lokale Herstelfonds Bergen tot 15 februari 2021;

Binnen de gemeente zijn drie aparte herstelfondsen gestart: Bergen, Egmond en Schoorl.

Daar nieuwe strengere maatregelen vanuit de rijksoverheid per 13 oktober gelden, is een aantal acties, bedacht om de dorpen sterker uit corona te laten komen, nog niet gestart. We zien dat een aantal nieuwe vragen is gaan spelen: bijvoorbeeld een nieuwe vraag over markeringen en een nieuwe vraag over openbare toiletten. Het budget binnen de task forces is nog niet uitgeput. De nieuwe vragen kunnen binnen bestaand budget worden opgepakt.

2.         In te stemmen met de werkwijze voor het aanvragen van de regeling TVS (Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties);

Vanaf 1 oktober worden de twee eerdere regelingen TVS (Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties) en TASO (Tegemoetkoming Amateursportorganisaties) opnieuw opengesteld. De gemeente gaat deze tegemoetkoming aanvragen. Het uitkeren van de tegemoetkoming aan de gemeentelijke huurders gebeurt onder de voorwaarde dat de gemeente deze tegemoetkoming ook heeft ontvangen van de rijksoverheid. Het kabinet heeft voor deze regelingen 60 miljoen euro ter beschikking gesteld.

3.         Maatwerk toe te passen bij het innen van de gemeentelijke belastingen.

Cocensus geeft aan dat er geen significant afwijkend invorderingsresultaat waarneembaar is ten opzichte van voorgaande jaren waar het om aanslagen gemeentelijke belastingen gaat. Hierbij is ook vastgesteld dat het betaalgedrag van ondernemers ondanks de huidige problemen goed is en niet afwijkt van andere jaren.

Cocensus heeft alle ondernemers die om uitstel hebben gevraagd, of ondernemers die van de algemene verlenging van de betaaltermijnen gebruik hebben gemaakt actief benaderd en maatwerk bij de invordering van de gemeentelijke belastingen aangeboden. Hierbij zijn, waar nodig of gewenst maatwerkoplossingen in de vorm van betalingsregelingen aangeboden. Deze lijn wordt onderschreven door zowel de Landelijke Vereniging voor Lokale Belastingen (LVLB) als door de Vereniging van Nederlandsche Gemeenten (VNG). Cocensus geeft aan dat de directe contacten door ondernemers als positief worden ervaren.

Op dit moment is er geen signaal waarneembaar dat het aantal verzoeken om uitstel van betaling verder scherp stijgt. Persoonlijk contact en maatwerkoplossingen werken in de praktijk goed, daarbij stelt deze werkwijze Cocensus tevens in staat om onderscheid te maken tussen ondernemers die geen of weinig last ervaren in de crisistijd en ondernemers die echt een beroep moeten doen op uitstel van betaling. Cocensus stelt voor om maatwerk te blijven bieden en ondernemers voor wie terugbetalen vanwege de coronacrisis tot financiële problemen leidt zoveel mogelijk tegemoet te komen.

Cultuurnota

In 2015 werd de huidige cultuurnota Kunst in het Hart vastgesteld. In het formatieakkoord nieuw vertrouwen heeft u aan ons opgedragen om deze nota te evalueren en actualiseren. Hiervoor is er een traject vastgesteld waar publieksparticipatie een onderdeel is van het tot stand komen van de nieuwe nota. Deze is geïnspireerd op de nieuwe participatievisie en wordt begeleid door het bureau Twijnstra en Gudde. De uitkomst hiervan is samen met de evaluatie van de huidige cultuurnota en cultuurvisie van het Cultureel Bergens Platform de bouwstenen voor de nieuwe cultuurnota. Deze twee stukken treft u bijgaand aan.

Tot 4 december is er een online enquête over een aantal vraagstukken. Deze zijn te zien op ikdenkmeeoverbergen.nl. Op 15 december vind er een verdiepingssessie plaats op basis van de resultaten van de enquête. Deze zal online zijn vanwege corona.

Op 21 januari 2021 wordt de uitwerking in concept aan u gepresenteerd voor de meningsvorming. Tijdens deze bijeenkomst worden de uitgangspunten, keuzes en dilemma’s aan u voorgelegd. De ambitie is om de definitieve nota aan u voor te leggen voor besluitvorming in uw vergadering van 8 april 2021.

Bijlage:

Vervolg corona steun culturele sector

De coronacrisis brengt veel schade bij de culturele organisaties, die voornamelijk afhankelijk zijn van publieksinkomsten. Op 2 juli 2020 heeft uw raad een motie aangenomen die ons oproept zo breed mogelijk in te zetten op ondersteuning van de culturele sector en ook te kijken naar de kleinere organisaties. Door het Rijk is via het Gemeentefonds een bedrag van € 85.000,- voor onze gemeente beschikbaar gesteld ter de compensatie van coronaschade bij de cultuursector in 2020. Een deel van de Bergense culturele instellingen heeft reeds hier gebruik van kunnen maken: Kunst10daagse, International Holland Music Sessions, Bibliotheek Kennemerwaard en Cinebergen.

Van deze € 85.000 was nog € 39.697 beschikbaar voor overige noden in de culturele sector. Er is een nieuwe inventarisatie geweest met de oproep (via de gemeente pagina) aan instellingen om zich te melden, wanneer er sprake was van financiële nood als gevolg van corona. Twee instellingen hebben zich gemeld, namelijk Museum van Egmond, Slotkapel Egmond. Deze zijn toegekend op basis van een crisisbegroting. Museum van Egmond ontvangt € 4.982,- en Slotkapel ontvangt € 6.812,-. Daarnaast is er een bijdrage van € 800,- toegekend aan Kunstgetij voor een serie concerten in het Vredekerkje afgelopen zomer tijdens corona.

Het resterende bedrag blijft beschikbaar voor financiële tegenvallers en voor alternatieve invulling van culturele programma’s die passen binnen de coronabeperkingen.

Inmiddels heeft de provincie op 24 november 2020 vanuit het provinciaal noodfonds steun toegezegd aan Museum Kranenburgh, International Holland Music Sessions, Bibliotheek Kennemerwaard en Cinebergen. De gemeente match dit bedrag voor 35%.

Bijlage:

Programma Klimaat

Het klimaat verandert. In Nederland willen we klimaatverandering zoveel als mogelijk tegengaan om ons land leefbaar en de economie in stand te houden voor toekomstige generaties. Graag informeren wij u met deze nieuwsbrief over klimaat-gerelateerde projecten in de gemeente Bergen. In juni 2020 hebben wij u voor de derde keer via onze nieuwsbrief geïnformeerd, dit is de vierde editie.

Vestiging agrarisch bloembollenbedrijf Limmerweg 7 Egmond Binnen, Update november 2020

In de commissie Bestemmingsplannen van 6 oktober jl. is gevraagd naar de stand van zaken rond de vestiging van het bloembollenbedrijf van de firma van Dam aan de Limmerweg in Egmond Binnen. Dit naar aanleiding van het indienen van de omgevingsvergunning en het bestemmingsplan.

In december 2019 heeft de raad van de gemeente Bergen in principe ingestemd met de vestiging van het bollenteelt bedrijf van de firma van Dam op het perceel Limmerweg 7 in Egmond Binnen (kadastraal C2824 en C2978). Hiermee gaf de raad ook de opdracht een bestemmingsplan en landschappelijk inpassingsplan te laten opstellen door de initiatiefnemer voor deze ruimtelijke ontwikkeling.

Gedurende 2020 zijn onderzoeken verricht ten behoeve van het bestemmingsplan en is het bouwplan definitief gemaakt. De onderzoeken zijn door de gemeente gedurende het jaar beoordeeld. De uitkomsten van de onderzoeken en het definitieve bouwplan zijn verwerkt in een concept ontwerp bestemmingsplan en een aanvraag omgevingsvergunning.

Plan ingediend

Op 16 september 2020 heeft de initiatiefnemer het concept ontwerpbestemmingsplan en de omgevingsvergunning bij de gemeente ingediend met het verzoek deze in procedure te nemen. Hierbij zal gebruik gemaakt worden van de coördinatieregeling. Dit betekent dat besluitvorming in beide procedures gelijktijdig en in samenhang plaats vindt.

Vooroverleg gestart

Inmiddels is het wettelijk verplichte 3.1.1 Bro vooroverleg voor het bestemmingsplan gestart en worden het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning gereed gemaakt om als ontwerp ter inzage te gaan. De planning is dat het college begin volgend jaar over de ontwerp plannen besluit.

Informeren gemeenteraad

De raad is bevoegd om het bestemmingsplan vast te stellen. Op het moment dat het ontwerp bestemmingsplan en de ontwerp omgevingsvergunning ter inzage gaat wordt een raadsinformatieavond belegd. Bij het nemen van het principebesluit heeft de raad verzocht om nadere informatie en onderzoeken over milieuaspecten en de impact van de ontwikkeling op de directe omgeving (Amendement A bij agendapunt 12, 12-12-2019). De resultaten van de onderzoeken worden tijdens deze informatieavond toegelicht.

Informatie voor de nieuwsbrief van het college aan de raad van 18 november 2020

Ventilatie schoolgebouwen

Deze zomer is de aandacht voor het onderwerp ventilatie fors toegenomen en dan met name met betrekking tot een mogelijke relatie tussen COVID-19 en ventilatie. Dit was en is één van de vragen die leven bij alle betrokkenen in het onderwijs. Iedereen wil een veilige en verantwoorde schoolomgeving waar gewerkt kan worden aan de leerontwikkeling van leerlingen. In deze tijd staat de continuïteit van het onderwijs door alle ontwikkelingen rond de uitbraak van het virus onder druk. De vragen over het ventilatievraagstuk komen daar bovenop. Het onderwijs staat daarmee dan ook, meer dan normaal, voor een grote opgave.

Om antwoord te kunnen geven op de vraag wat de relatie tussen ventilatie, een goede luchtkwaliteit en virusverspreiding is, is er behoefte aan kennis. Kennis over de ventilatiesituatie op scholen, kennis over aan welke normen schoolgebouwen moeten voldoen als het om ventilatie en luchtkwaliteit gaat en kennis over de mogelijke wijze van verspreiding van COVID-19.

Het Landelijk Coördinatieteam Ventilatie op Scholen(LCVS) heeft bij alle schoolbesturen de gegevens opgevraagd van de ventilatiesystemen in de schoolgebouwen.

Het LCVS volgt het RIVM:  de schoolgebouwen moeten voldoen aan het Bouwbesluit en de aanvullende richtlijnen t.a.v. de luchtverversingscapaciteit.

Welke aanpassingen er precies nodig zijn, verschilt sterk per school, zegt Doekle Terpstra, voorzitter van het LCVS. In sommige gebouwen zijn grote technische aanpassingen nodig, andere scholen kunnen het oplossen door bijvoorbeeld tussen lessen door meer te luchten. Scholen die niet aan de normen voldoen, krijgen hierover nu al advies op maat van de GGD, de arbodienst of kenniscentrum Ruimte OK. Daarnaast heeft het LCVS een informatieblad met praktische tips voor ventilatie voor scholen opgesteld die ze nu al kunnen treffen, zoals extra ventilatieroosters aanbrengen of aanvullend luchten in de pauzes. In sommige gevallen is er een langer durend plan nodig om bouwtechnische aanpassingen te doen. Met korte termijnmaatregelen kunnen de lessen gewoon doorgaan. De landelijke GGD-organisatie geeft ook aan dat het scholen niet zal adviseren om te sluiten wegens ventilatie die te wensen overlaat.

Aanbevelingen LCVS

Het LCVS doet de volgende aanbevelingen:

Aanbeveling 1: Verder onderzoek voor een beter beeld.

Aanbeveling 2: Binnenklimaat agenderen door te verbinden aan de brede opgave voor onderwijshuisvesting en duurzaamheid.

Verantwoordelijkheidsverdeling

De schoolbesturen zijn in beginsel zelf verantwoordelijk voor de voorzieningen voor luchtverversing conform het Bouwbesluit en het zorgdragen van een juiste werking hiervan. Ook aan het voldoen aan de aanvullende geldende gezondheidsrichtlijnen vanuit de zorgplicht als werkgever en het hierbij voeren van een ARBO-beleid. Indien het gebouw niet voldoet, en afhankelijk van de ernst en beheersbaarheid hiervan, kan het overleg worden aangegaan met de gemeente om samen te werken aan een Plan van Aanpak om toch te gaan voldoen aan het Bouwbesluit en aanvullende gezondheidsrichtlijnen. Maar het initiatief en verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij het schoolbestuur. Indien het schoolbestuur niet de juridische eigenaar van het schoolgebouw is, dan dient er afstemming plaats te vinden met de eigenaar/beheerder van het gebouw.

De gemeente is (financieel) verantwoordelijk voor nieuwbouw en uitbreiding van de schoolgebouwen en -terreinen. De schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor de aanpassingen, het beheer, onderhoud en de exploitatie van de schoolgebouwen en -terreinen.

De duurzaamheidsopgave is een vraagstuk dat deels bij de schoolbesturen én deels bij de gemeente ligt, bij levensduur verlengende renovatie. Alhoewel dat laatste, tot op heden, nog niet formeel in wetgeving is geregeld. Op Rijks niveau wordt geadviseerd dat gemeenten hierover in gesprek gaan met de schoolbesturen en onderling afspraken maken over de kostenverdeling. Tot op heden heeft het financieringsvraagstuk dat hieraan is gekoppeld nog niet geleid tot extra middelen voor onderwijshuisvesting in het Gemeentefonds.

Het aanpassen van schoolgebouwen in het kader van de duurzaamheid kan overigens het best op natuurlijke (renovatie)momenten gebeuren, omdat koppelkansen de aanpassing betaalbaarder maken.

Hierover zijn/gaan we met de schoolbesturen in gesprek.

Subsidieregeling

Minister Slob stelt extra geld beschikbaar voor aanpassing van het binnenklimaat op scholen. In totaal komt er € 360 miljoen beschikbaar voor specifieke maatregelen op het gebied van ventilatie.

 “Specifieke Uitkering Ventilatie In Scholen”.

Deze subsidieregeling (360 mln) is alleen bedoeld voor het verbeteren van het binnenklimaat in scholen.

De verwachting is dat de regeling in november 2020 gepubliceerd gaat worden. Het streven van de RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) is dat de regeling dit jaar, met een streefdatum van 1 december, open gaat. De periode van aanvragen zal worden verlengd, dit om de huidige uitkomsten bij scholen naar aanleiding van het onderzoek van het LCVS (Landelijk Coördinatieteam Ventilatie op Scholen) mee te kunnen laten doen met deze subsidie. Subsidieaanvragen die voor de eerste 100 miljoen van de subsidie willen meedoen, kunnen dit naar alle waarschijnlijkheid aanvragen tot 1 juli 2021.

Wat we tot nu toe weten:

  • Er dient een verklaring te komen doormiddel van een 0-meting dat het desbetreffende schoolgebouw niet voldoet conform het gestelde CO2-gehalte en/of conform bouwbesluit bestaande bouw.
  • Het subsidiepercentage is 30% van de bouwkosten met een maximum dat naar alle waarschijnlijkheid tussen de € 500.000,- en € 1.000.000,- gaat liggen.
  • Er dient een begroting te komen zodat de bouwkosten inzichtelijk zijn.
  • Alleen gemeenten kunnen de subsidieaanvraag indienen.
  • Het maximum van drie scholen per gemeente vervalt, er is geen maximum voor het aantal aanvragen.
  • Per aanvraag kan er één schoolgebouw ingediend worden.
  • De voorwaarde “wie het eerst komt, wie het eerst maalt” blijft.

De aanvragen worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst.

We zijn daarom alvast met de schoolbesturen een eerste inventarisatie aan het maken van de te verwachte aanvragen. De gemeenten gaan een verplichting aan met een afhankelijkheid van de schoolbesturen. Er moet immers achteraf verantwoording over worden afgelegd.

BUCH-inventarisatie Alle schoolgebouwen in de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo zijn door de schoolbesturen onderzocht. Uitgangspunt is dat de eigenaar van het gebouw verantwoordelijk is voor een goed ventilatiesysteem. Enkele schoolgebouwen zijn daarom door de betreffende gemeenten gescreend. Deze inventarisatie geeft het beeld dat ook landelijk het ‘overall’ beeld is: de schoolgebouwen voldoen in principe aan de wettelijke eisen van het bouwbesluit met daarbij de opmerking dat om aan de luchtverversingscapaciteit te voldoen veelal de ramen en deuren open gezet moeten worden. Bij natuurlijke ventilatie d.m.v. open roosters, ramen en deuren is het gedrag van de school bepalend voor een goede ventilatie.

Dat wordt in de winter bij koud en nat weer een uitdaging.

Bergen specifiek

Een meeste schoolgebouwen in Bergen hebben alleen natuurlijke ventilatie; ramen en deuren open. De betreffende schoolbesturen werken aan verbeterplannen. Daarbij wordt rekening gehouden met huisvestingsontwikkelingen uit het Integraal Huisvestingsplan (IHP) Onderwijs Bergen 2018-2022.

Op dit moment zijn er voor Bergen geen concrete subsidieaanvragen bekend die de schoolbesturen via de gemeente willen indienen.

De schoolbesturen in de BUCH zijn zich allemaal zeer bewust van en hard aan het werk om de ventilatie in de schoolgebouwen te optimaliseren. Wij hebben van hen allen, zonder aarzeling, de informatie over de schoolgebouwen geleverd gekregen. De “simpele” aanpassingen aan de systemen zijn/worden door de schoolbesturen al uitgevoerd.

Zo mogelijk wordt het ventilatievraagstuk in combinatie met de (op termijn te nemen) duurzaamheidsmaatregelen opgepakt. Het duurzaamheidsvraagstuk is een grote opgave voor de schoolbesturen.

We streven naar een vervolg samenwerking waarin schoolbesturen én gemeenten hun verantwoordelijkheid nemen.

De gemeenteraad wordt t.z.t. betrokken bij de besluitvorming inzake de financiële consequenties van de te nemen maatregelen voor zover dat een gemeentelijke verantwoordelijk wordt geacht.

Leidende uitgangspunten veranderopgave inburgering

Op 1 juli 2021 treedt de nieuwe Wet inburgering in werking. Gemeenten krijgen de regie over de inburgering en worden hiermee verantwoordelijk voor een goede begeleiding van inburgeraars.

Een belangrijke opdracht uit de wet luidt: iedereen doet mee, het liefst via betaald werk.

Op 22 mei 2019 heeft de stuurgroep Verander Opgave Inburgering het plan van aanpak vastgesteld. Om het einddoel van integratie en participatie te bereiken, hanteert de regio Alkmaar de volgende centrale maatschappelijke opgave:
‘Asielstatushouders en overige inburgeraars in de regio Alkmaar krijgen dezelfde kansen als niet-statushouders. Ze doen actief mee in de maatschappij, het liefst via betaald werk. Op onderdelen wordt een extra inspanning geleverd om bijvoorbeeld de achterstand in taal bij nieuwkomers te verminderen en kennis van onze gemeenten en samenleving bij nieuwkomers te vergroten. Hierbij wordt aangesloten op de leefwereld van de asielstatushouder. Zij voelen zich in hun nieuwe woonplaats veilig, thuis en nuttig.
Mensen hebben of (her) vinden zelf de regie over hun leven en worden hierbij ondersteund door de gemeente en betrokken partners. Een goede integratie- en participatieaanpak is
nodig voor de stabiliteit en draagkracht van de samenleving.’

Dit plan en de maatschappelijke opgave geeft richting en input voor de leidende uitgangspunten in de notitie “Leidende uitgangspunten veranderopgave inburgering” zijn vastgelegd. De leidende uitgangspunten zijn op 3 november door het college vastgesteld en worden ter kennisname aan u aangeboden.

Bijlage: