Maand: februari 2022

Informatie aan de gemeenteraad van Bergen

Ter kennisgeving ontvangt u als raad de onderstaande informatie over de Weerbaarheidsscan Werkorganisatie BUCH.

De weerbare samenleving gaat over vraagstukken als polarisatie, antidemocratische sentimenten in de samenleving, de normalisering of zelfs verheerlijking van ondermijnende criminaliteit/criminelen, wijkaanpak en subculturen die als parallelle samenlevingen functioneren. Ondermijning betekent dat de rechtsorde onder druk komt te staan door de georganiseerde criminaliteit. De opgave is de samenleving weerbaar te maken en integriteit van ambtenaren en bestuurders te waarborgen.

Daarom besteden overheden en ook de werkorganisatie BUCH steeds meer aandacht aan het fenomeen ondermijning, zowel buiten als binnen de eigen organisatie. Door middel van een Weerbaarheidsscan onderzoeken wij de komende tijd hoe weerbaar de interne organisatie op dit moment is. Dit onderzoek biedt inzicht in mogelijke kwetsbaarheden in de ambtelijke organisatie, het bestuur en de gemeenteraad waar het gaat om potentiele beïnvloeding door criminelen en het onbewust faciliteren van georganiseerde criminaliteit. Het onderzoek moet leiden tot concrete aanbevelingen en handvatten om de gemeentelijke weerbaarheid waar nodig te vergroten. Op dit moment hebben wij overigens geen concrete aanwijzingen voor ondermijning.

Waarom dit onderzoek?

Om hun criminele activiteiten te kunnen uitvoeren, maken criminelen gebruik van allerlei illegale diensten en voorzieningen. Zij vragen bijvoorbeeld vergunningen aan, richten bedrijven op en huren en kopen panden. Hierdoor worden criminelen onbedoeld ondersteund door de ‘bovenwereld’. Ongewild kan het voorkomen dat de overheid criminelen faciliteert met het afgeven van zo’n vergunning of subsidie, waarmee ze bijvoorbeeld geld kunnen witwassen. Deze vermenging tussen ‘onderwereld’ en ‘bovenwereld’ is een van de voorbeelden van wat ook wel ondermijning genoemd wordt.

Quickscan gemeentelijke weerbaarheid 2021

Bij het onderzoek worden de burgemeesters, gemeentesecretarissen, griffie en de ambtelijke organisatie betrokken. De scan bestaat uit een documentenanalyse en een enquête onder alle medewerkers (vrijwillig). Verdiepende gesprekken vinden plaats met een aantal medewerkers van vakafdelingen. De OR wordt ook actief betrokken.

Methodiek pijlers Weerbaarheidsscan
De methodiek van de scan gaat uit van vijf pijlers. Deze pijlers vormen elk in een belangrijke schakel in de weerbaarheid tegen pogingen tot beïnvloeding met een crimineel oogmerk. Een weerbare gemeentelijke organisatie heeft volgens deze theorie de volgende kenmerken:

  1. De organisatie, het bestuur en de raad zijn zich bewust van de mogelijke aanwezigheid van criminele activiteiten en van wat mogelijke kwetsbaarheden zijn in de uitvoering van taken.
  2. Integriteit en weerbaarheid van de organisatie, het bestuur en de raad zijn als bestuurlijke prioriteit vastgelegd. Dat betekent: er is een bestuurlijke portefeuille binnen het college, er is beleid geformuleerd en er zijn financiële middelen beschikbaar.
  3. De weerbaarheid, waaronder integriteit, van de organisatie wordt geborgd door onder meer het vastleggen van kwetsbare processen en integriteitsregels met bijzondere aandacht voor kwetsbare functies en portefeuilles.
  4. Een organisatiecultuur waar duidelijk is welke normen en waarden er gelden (en deze ook worden uitgedragen) en medewerkers en bestuurders zich veilig voelen om mogelijke schendingen hiervan aan de orde te stellen.
  5. Medewerkers en bestuurders handelen door het feitelijk melden en oppakken van signalen die kunnen duiden op ondermijning of integriteitsschendingen.

Op basis van deze vijf pijlers worden de conclusies in de Weerbaarheidsscan geformuleerd.

Het onderzoek wordt namens de gemeente uitgevoerd door Pro Facto, Provincie Noord-Holland en het RIEC.


Regionale aanpak

In het Regionaal Programma aanpak Ondermijning is door de Provincie NH en Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) het aanbod gedaan om deze scan regionaal te faciliteren. In het Regionaal Beraad Overleg Politie (RBOP) en de Driehoeken Alkmaar en IJmond (burgemeesters, OM en politie) is besloten om deze Weerbaarheidsscan uit te voeren. De scan wordt in ca. 20 gemeenten in Noord-Holland uitgevoerd.

Planning
Eind 2021 zijn de voorbereidingen gestart. In het voorjaar van 2022 wordt de Weerbaarheidsscan in de werkorganisatie uitgezet. De eindrapportage met aanbevelingen wordt in juni verwacht.




Stedenbouwkundige visie centrum Schoorl

De laatste tijd krijgt de gemeente veel aanvragen binnen voor ruimtelijke initiatieven in Schoorl. De Dorpsvisie 2017 en het plan voor de openbare ruimte van 2019 geven niet genoeg kaders om deze aanvragen in samenhang te beoordelen. Daarom is er een participatietraject voor de opstelling van een  stedenbouwkundige visie gestart.

Op 12 januari 2022 was de eerste digitale sessie met geïnteresseerden. Maar liefst 46 inwoners toonden hun belangstelling voor deze avond, die vooral bedoeld was om informatie en ideeën op te halen. Tijdens de avond zijn drie “kansenkaarten” gepresenteerd, waarop via de chat opmerkingen werden gemaakt en vragen werden gesteld. 

Bij deze kansenkaarten werd ook gekeken naar de openbare ruimte. Aangegeven is dat het vastgestelde plan niet ter discussie staat, maar dat er gekeken kan worden naar mogelijke aanvullingen.

Na afloop van de sessie was er ook gelegenheid voor het stellen van vragen op het gebied van verkeer en openbare ruimte.

Op 9 februari 2022 is de volgende digitale bijeenkomst gehouden. Ook voor deze avond was veel belangstelling. Uiteindelijk hebben er ca 30 inwoners tijdens de Teams-bijeenkomst ingelogd en gekeken naar de presentatie. Door het stedenbouwkundig bureau BFAS werd voor een drietal deelgebieden in het centrum een mogelijk ruimtelijk scenario getoond.

Inwoners konden daarop reageren en daar werd ook ruimschoots gebruik van gemaakt.

Met het door de inwoners ingebrachte commentaar gaat de gemeentelijke projectgroep i.s.m. bureau BFAS weer aan de slag.

Het is de bedoeling dat in maart a.s. een concept-definitieve stedenbouwkundige visie wordt gepresenteerd. Daarover zal ook dan weer het gesprek met de inwoners worden gevoerd.

Daarna zal deze visie door het college worden vastgesteld en de raad op een raadsinformatieavond worden geïnformeerd.

Voortgang Omgevingswet

In januari 2022 informeerde wij u dat de toenmalige minister nog steeds koerste op invoering van de Omgevingswet per 1 juli 2022. Kort daarna, op 1 februari 2022, heeft minister De Jonge aangekondigd dat hij de Omgevingswet op een verantwoorde manier wil invoeren en daarom niet zal vasthouden aan deze datum. Met deze nieuwsbrief informeren wij u hierover.

Uitstel van de invoering

Minister De Jonge noemt in bijgaande brief aan de Eerste en Tweede Kamer als reden voor het uitstel onder andere dat er meer tijd nodig is om goed te oefenen met de nieuwe digitale systemen en de stabiliteit van het Digitale Stelsel Omgevingswet (hierna: DSO) verder te verbeteren. Een nieuwe invoeringsdatum is nog niet bekend. De minister zal samen met de bestuurlijke partners, waaronder de VNG, bezien welke datum verantwoord is om de Omgevingswet in werking te laten treden. De invoeringsdatum moet daarna nog vastgelegd worden in een Koninklijk Besluit. Dat is de laatste stap waarmee de voorgenomen datum definitief wordt. Alleen na instemming van de Eerste en Tweede Kamer kan de Omgevingswet in werking treden.

Wat betekent dit voor onze gemeente?

Het bericht over het uitstel van de Omgevingswet kwam niet onverwacht. Het is goed om nu duidelijkheid te hebben dat de Omgevingswet niet op 1 juli 2022 inwerking treedt. Echter, het is voor ons wel belangrijk om snel duidelijkheid te krijgen over de definitieve invoeringsdatum. Ook voor ons is een verantwoorde en zorgvuldige inwerkingtreding zeer belangrijk, voor onze dienstverlening aan onze inwoners en ondernemers en het realiseren van maatschappelijke opgaven. Daarom zetten we de voorbereidingen, ondanks het uitstel, in hetzelfde tempo voort.

Minister De Jonge noemt de voortgang van het DSO als reden voor het uitstel. Dit betreft het deel van het DSO voor de zogeheten planketen, waar gemeenten met plansoftware nieuwe omgevingsplannen kunnen publiceren.

In onze brief van januari 2022 informeerden wij u dat we nog niet volledig waren aangesloten met de vergunningensoftware. We zijn verheugd om te melden dat onze gemeente sinds 9 februari wel volledig aangesloten is.

Bijlage:

Vragen van Gemeentebelangen raadsvergadering d.d. 8 feb 2022

naar aanleiding van ingekomen stuk raadsvergadering d.d. 8 februari 2022 – kleinschalige initiatieven in BPL

In de raadsvergadering van 8 februari 2022 heeft ons college uw raad toegezegd om de vragen van Gemeentebelangen naar aanleiding van een ingekomen stuk, schriftelijk te beantwoorden. Hierbij treft u de antwoorden aan.

Vooraf vinden wij het belangrijk om u er aan te herinneren dat onze wethouder Ruimtelijke Ordening op 7 mei 2019 in de commissie Bestemmingsplannen melding heeft gedaan van het feit dat er meerdere kleinschalige woningbouwinitiatieven in Aagtdorp zijn ingediend. Wij hebben aan u medegedeeld dat de Structuurvisie Landelijk Gebied aan bijna al deze initiatieven in de weg staat vanwege het groene en kleinschalige karakter dat in de binnenduinrand/ Aagtdorp dient te worden behouden. Onze wethouder heeft aangegeven dat zolang deze door uw raad vastgestelde ruimtelijke visie ongewijzigd blijft, ons college dergelijke verzoeken moet afwijzen. Uw raad heeft er voor gekozen het beleid daarna niet te wijzigen.                

  1. Klopt het dat de gemeente met betrekking tot kleinschalige woningbouw in het Bijzonder Provinciaal Landschap (BPL) strenger is dan de provincie?

Uw raad heeft de Structuurvisie Landelijk Gebied (2010) vastgesteld waarin specifieke landschappelijke, natuur en cultuurhistorische randvoorwaarden zijn opgenomen voor de binnenduinrand/ Aagtdorp. Het perceel waarvoor een aanvraag omgevingsvergunning is ingediend is gelegen binnen de binnenduinrand noord. Als randvoorwaarden voor ruimtelijke ontwikkelingen in dit gebied worden in de structuurvisie genoemd:

  • Behoud en versterking landschappelijke en natuurlijke gradiënt duin-binnenduinrand-polder
  • Behoud en versterking kleinschalig en groen karakter binnenduinrand

De visie op de binnenduinrand-noord is er op gericht de kleinschaligheid, maar tegelijk de dynamiek en diversiteit te behouden. Verder worden de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten behouden en waar mogelijk versterkt. Nieuwe ontwikkelingen dienen deze kwaliteiten niet aan te tasten.

Incidentele woningbouw in de binnenduinrand noord is alleen gewenst op plekken waar sprake is van een stedenbouwkundig weinig waardevolle afronding van de dorpskern, bij incidentele invulling van het lint dat reeds verdicht is of bij sanering van ontsierende bebouwing waardoor landschappelijk grote winst wordt behaald. De aanvraag voldoet niet aan deze randvoorwaarden van de Structuurvisie Landelijk Gebied.

Ontwerp-Omgevingsvisie

In het ontwerp van de gemeentelijke omgevingsvisie d.d. 3 juni 2021 wordt het hiervoor geschetste ruimtelijk kader voor Aagtdorp c.q. de binnenduinrand nogmaals bevestigd. Aagtdorp is een buurtschap die sterk verweven is met het omringende landschap en ontwikkelde zich vanuit de Duinweg en Teugelaan. Langs deze oude wegen zien we vooral vrijstaande woningen in het groen. Inmiddels strekt het buurtschap zich uit tot redelijk ver in de polder. In dit gebied zien we afwisselend open groene ruimten en vakantieparken. Zowel de veelal vrijstaande woningen als de vakantieparken zijn omgeven met beplanting. Dit maakt dat Aagtdorp een behoorlijk groen karakter heeft. Dit groene waardevolle overgangsgebied van de duinen naar de polder met doorkijkjes dient zoveel mogelijk te worden behouden en versterkt.

Waarden van de binnenduinrand en de daarin gelegen buurtschappen zijn o.a.:

  • waardevol overgangsgebied van duinen naar polder;
  • de buurtschappen Camperduin, Catrijp, Aagtdorp, ’t Woud, Wimmenum en Rinnegom met hun kenmerkende lintbebouwing, hun recreatieve voorzieningen, hun zorgvoorzieningen en met het plaatselijk sterke groene karakter;
  • doorkijkjes naar duinen en polder;

Versterking van zowel natuurwaarden en landschapsbeleving is het uitgangspunt. Voor de binnenduinrand wordt in de omgevingsvisie aangegeven dat in deze rand ruimte wordt gezien voor meer (natte) natuur, bos en recreatieve functies. Extra verdichting door woningbouw is op deze locatie aan de Teugelaan waar de waardevolle groene eigenschappen duidelijk aanwezig zijn (groene kamers), in strijd met de omgevingsvisie. 

De gemeente is in algemene zin niet strenger dan de provincie met betrekking tot kleinschalige woningbouw in het BPL. Wel heeft de gemeente in de structuurvisie en omgevingsvisie ten aanzien van de binnenduinrand/ Aagtdorp specifieke randvoorwaarden opgesteld voor ruimtelijke ontwikkelingen, teneinde het kleinschalige en groene karakter van dit bijzondere gebied te behouden en versterken.   

2.Tijdens het vragenuurtje van vorige week gaf de wethouder aan dat wij als raad beleid zouden hebben vastgesteld voor de zogenaamde Groene Kamers van Aagtdorp. Kan de wethouder dit nader toelichten?

In het buurtschap Aagtdorp is meer sprake van verspreide bebouwing in de vorm van huizen of recreatiehuizenterreinen. Naast de doorzichten op het open polderlandschap, bestaat het binnenduinlandschap rond Aagtdorp uit verschillende zogenoemde ‘groene kamers’. Dit zijn met groen omgeven percelen tussen de vrijstaande woonpercelen en recreatieterreinen. Deze kamers hadden vroeger een agrarische of tuinbouw functie maar hebben in de loop der tijd een meer woon- of hobbymatig karakter gekregen. De overgang naar de polder verloopt in Aagtdorp hierdoor geleidelijk. Behoud van de groene kamers, waar de ruime en groene percelen aan de Teugelaan onderdeel van uitmaken, draagt bij aan de instandhouding van het afwisselende landschap in de binnenduinrand.

In de Structuurvisie Landelijk Gebied wordt benoemd dat deze bijzondere waarde in stand dient te worden gehouden. Het verdichten van de groene kamers aan de Teugelaan met extra woningbouw tast het kleinschalige en groene karakter in het buurtschap aan.

3) Betekent de aanwezigheid van de Groene kamers in Aagtdorp dat iedere kleinschalige ontwikkeling in heel Aagtdorp is uitgesloten?

Nee, mits voldaan wordt aan de landschappelijke, natuur en cultuurhistorische randvoorwaarden van de Structuurvisie Landelijk Gebied zoals hiervoor benoemd, zijn kleinschalige woningbouwontwikkelingen eventueel mogelijk. Niet in alle delen van Aagtdorp zijn groene kamers aanwezig. De structuurvisie meldt hierover:

“Incidentele woningbouw in de binnenduinrand noord is alleen gewenst op plekken waar sprake is van een stedenbouwkundig weinig waardevolle afronding van de dorpskern, bij incidentele invulling van het lint dat reeds verdicht is of bij sanering van ontsierende bebouwing waardoor landschappelijk grote winst wordt behaald.”        

4. Waarom kan hier geen maatwerk worden verricht zoals de provincie en de Omgevingsvisie voorstaan?

Allereerst wordt opgemerkt dat ons college (nog) geen stukken of signalen van de provincie heeft ontvangen waaruit blijkt hoe de provincie de aanvraag voor 3 meergeneratiewoningen als kleinschalige woningbouw binnen het BPL beoordeelt. Het is ons college op dit moment derhalve onbekend of de provincie de aanvraag als passend binnen de Omgevingsverordening beoordeelt en of zij hieraan medewerking wil verlenen. 

Zoals hiervoor geschetst is de aanvraag in strijd met de door uw raad vastgestelde Structuurvisie Landelijk Gebied en de ontwerp Omgevingsvisie. Conform artikel 4:84 Awb is de gemeente in beginsel gehouden om te handelen overeenkomstig een beleidsregel, namelijk de structuurvisie. De aanvraag is in strijd met de structuurvisie. Voor maatwerk is in dit geval geen ruimte nu uw raad de structuurvisie heeft vastgesteld met daarin de ruimtelijke en landschappelijke randvoorwaarden geldend voor de binnenduinrand noord en de groene kamers in Aagtdorp.     

Bestemmingsplan Herenweg 273A

Op 8 februari 2022 heeft uw raad het beroepschrift tegen het vastgestelde bestemmingsplan Herenweg 273 A als ingekomen stuk ontvangen. Nog voor de behandeling van het beroepschrift door de Raad van State is het ingetrokken. Gebleken is dat het beroep van de indiener helemaal niet zijn bedoeling was, maar dat hij slechts aanvullende informatie wenste. De gemeente heeft de indiener nader  geïnformeerd waarna het beroep is ingetrokken. Het bestemmingsplan is nu onherroepelijk. 

Wijkgericht werken financieel op orde

In 2012 zijn naar aanleiding van bezuinigingen twee nieuwe regelingen Wijkgericht werken gemaakt: ondersteuningssubsidie en wijkbudget. Deze regelingen zijn gebaseerd op inwonersaantal per wijk. Achter beide regelingen hangen complexe verdeelsleutels. De regelingen werken niet goed voor het doel waarvoor ze zijn opgezet. Beide regelingen moeten aangepast aan de Algemene Subsidieverordening 2016. Tevens wil de gemeente meer inzetten op de ondersteuning van inwonersinitiatieven.

De gemeente kent twee regelingen voor wijkgericht werken: de zogenaamde ondersteuningssubsidie en de wijkbudgetten. Vanuit de ondersteuningssubsidie betalen de wijkverenigingen de kosten voor de website, het maken van een informatieblad of het organiseren van bijeenkomsten. Activiteiten die alle verenigingen doen en vergelijkbaar zijn qua kosten. De huidige regeling gaat uit van een bedrag per inwoner van de wijk.

Om alle wijkverenigingen gelijkwaardig te ondersteunen heeft het college een nieuwe ‘Subsidieregeling Wijkgericht werken Bergen 2022’ vastgesteld. In deze nieuwe regeling krijgen alle actieve wijkverenigingen dezelfde subsidie van €1.500 voor de ondersteuning van de activiteiten van de wijkvereniging. In de oude situatie werd een bedrag per inwoner uitgekeerd, waardoor de subsidiebijdragen voor de verschillende wijkverenigingen verschillen. Bij wijzigingen in het aantal wijkverenigingen wordt geen complexe verdeelsleutel meer gehanteerd. Iedereen krijgt hetzelfde bedrag.

De ander nieuwe regeling is de ‘Subsidieregeling Fonds Inwonersinitiatieven’. Deze regeling komt in de plaats van het wijkbudget. In het wijkbudget kregen de wijkvereniging op basis van het aantal inwoners in de wijk een budget om te besteden voor maatschappelijke activiteiten. Een aantal wijkverenigingen maakte geen gebruik van dit budget, waardoor er geld overbleef in de regeling.

We willen deze gelden inzetten voor initiatieven die bijdragen aan de sociale samenhang. Ook voor de activiteiten die buiten wijkverenigingen om georganiseerd worden. Regelmatig komen er vragen voor financiële steun voor activiteiten die we niet kunnen ondersteunen binnen bestaande regelingen. Door een breder fonds op te richten, kunnen we meer activiteiten ondersteunen. Het budget is omhoog gegaan van € 12.500 naar € 20.000. De nieuwe subsidieregeling gaat ervan uit dat de gemeente niet de enige financiële drager is van activiteiten.

Er zijn een aantal wijkverenigingen die op basis van deze nieuwe Subsidieregelingen minder subsidie ontvangen of aanpassingen moeten doen in hun werkwijze. Voor deze wijkverenigingen is een overgangsperiode van twee jaar opgenomen om deze verenigingen te laten wennen aan de nieuwe subsidieregelingen.

Intentieovereenkomst klimaatbestendige nieuwbouw

In het weekend van 18-20 juni is in de regio rond gemeente Bergen extreem veel regenwater gevallen die zware overlast en schade heeft veroorzaakt. In de 1e helft van 2022 worden op 15 locaties maatregelen genomen om deze minder kwetsbaar te maken voor wateroverlast, zoals beschreven in de vorige nieuwsbrief eind december 2021. De kans op meer zware buien neemt toe naarmate de klimaatverandering doorgaat. Dat is ook wat voorspeld is in het nieuwste rapport van het IPCC (aug. 2021) en Klimaatsignaal ’21 van het KNMI. Daarnaast heeft Nederland, waaronder ook Bergen, door klimaatverandering steeds meer te maken met langdurige droogte en hittegolven (o.a. in 2018, 2019 en 2020), stijgende zeespiegel en afname van biodiversiteit. Hier moet op een langere termijn aan gewerkt worden.

Intentieovereenkomst klimaatbestendige nieuwbouw

De gemeente maakt het gemeentelijke beleid en uitvoeringsprogramma klimaatadaptatie om de omgeving tussen nu en 2050 klimaatbestendig en waterrobuust te maken.

Met de regio Noord-Holland en MRA zijn op basis van de KNMI klimaatscenario’s 2050 regels opgesteld voor klimaatbestendige nieuwbouw die een basisveiligheid creëren tegen wateroverlast, droogte, hitte en overstromingen. Natuurinclusiviteit en (klimaatadaptieve) biodiversiteit zijn hier onderdeel van. Deze regels zijn eerder ook vastgesteld door Utrechtse en Zuid-Hollandse gemeentes, provincies en waterschappen. Het college van gemeente Bergen heeft besloten om deze intentieovereenkomst klimaatbestendige nieuwbouw te tekenen. Dat is een commitment aan de regio die hieraan werkt, en het geeft de ambtenaren de opdracht om dit verder uit te werken in het klimaatadaptatiebeleid met de financiële consequenties erbij: het klimaatadaptatiebeleid 2022-2026 & uitvoeringsprogramma klimaatadaptatie 2023. Daar kan de nieuwe gemeenteraad halverwege 2022 een besluit overnemen.

Het ondertekenen van de intentieovereenkomst klimaatbestendige nieuwbouw heeft geen consequenties voor bestaande projecten waarover al besluiten genomen zijn. Het gaat over de intentie om nieuwe projecten voldoende klimaatbestendig uit te voeren volgens de regels die te vinden zijn in hoofdstuk 3 van Metropool regio Amsterdam.

Bijlages:

  1. Aanbiedingsbrief Intentieovereenkomst klimaatbestendige nieuwbouw
  2. Afspraken Intentieovereenkomst klimaatbestendige nieuwbouw MRA en Noord-Holland
  3. Bestuurlijke samenvatting kosten en bekostiging klimaatbestendige nieuwbouw
  4. Eenzijdige Intentieverklaring Klimaatbestendige nieuwbouw Noord-Holland en MRA
  5. Uitgenodigde partijen Intentieovereenkomst Klimaatadaptieve nieuwbouw Noord-Holland en MRA

Herleiden van besluitvorming door verslaglegging en archivering

In de organisatie aandacht vragen voor het uitvoeren van de afspraken uit de ‘regeling verslaglegging Bergen’ uit 2019 voor het vastleggen van gemaakte afspraken binnen projecten.

Tijdens het vragenhalfuur voorafgaand aan de algemene raadscommissie van 3 februari 2022 is door de fractie van Gemeentebelangen een aantal vragen gesteld over het archief beleid van de gemeente. In deze nieuwsbrief treft u de antwoorden op deze vragen aan.

Vraag 1

Op 1 november 2018 heeft de raad de aanbevelingen uit een rapport van de rekenkamer van de BUCH op het gebied van archivering overgenomen.

Daarmee kreeg het college een opdracht om een aantal verbeteringen uit te voeren.

Kerndoel van archivering is dat de besluitvorming in het college en de raad te herleiden is.

Antwoord vraag 1

Wij zien deze tekst als een inleiding op de vragen die hierna volgen.

Vraag 2

Kan het college duiden of de verbeterpunten uitgevoerd zijn en zoals beschreven in het rapport constant worden gecontroleerd op de uitvoering.

Antwoord vraag 2:

  • Op 26 februari 2019 heeft het college de ‘regeling verslaglegging Bergen’, vastgesteld.

In deze regeling is een onderscheid gemaakt in de soorten overleggen, de wijze

van vastlegging van de afspraken en het aanwijzen van een verantwoordelijke voor de uitvoering van de verslaglegging en archivering.

Dat begint bij projecten al door afspraken over verslaglegging te maken in projectopdrachten, startnotities of plannen van aanpak.

  • Het informatiebeheer van de (BUCH-)gemeente(n) is jaarlijks onderhevig aan Interbestuurlijk Toezicht door de Provincie. Hier wordt de raad via de nieuwsbrief van op de hoogte gehouden.  De gemeente wordt continue gecontroleerd. Het informatiebeheerbeleid bestaat uit een zeer complex netwerk van wet- en regelgeving, dat zowel intern als extern is opgelegd. Het is niet eenvoudig gebleken om de applicaties waarin de informatie wordt opgeslagen te harmoniseren en de procedures bij  (externe) medewerkers te integreren.

Vraag 3

Bent u het met ons eens dat gespreksverslagen essentieel zijn voor een goede uitvoering van transparant en herleidbaar bestuur.

Antwoord op vraag 3:

Zeker. Het in 2018 vastgestelde informatiebeheerplan van de BUCH begint ook met het beantwoorden van de Waarom-vraag van een het plan:

De digitale beheeromgeving is voor onze informatie van essentieel belang voor:

  • een goede bedrijfsvoering;
  • het afleggen van (bestuurlijke) verantwoording;
  • het bedienen van de recht- en bewijszoekende burger;
  • democratische controle;
  • historisch erfgoed.

Het belang wordt ook onderkend door de Provincie; informatiebeheer is één van de 4 onderdelen waar Interbestuurlijk Toezicht op van toepassing is (naast Financiën, Omgeving en huisvesting verblijfsgerechtigden).

Vraag 4

Bent u het met ons eens dat een overleg met de provincie en bijvoorbeeld projectontwikkelaars niet vrijblijvend is en voor een goede verslaglegging moet worden genotuleerd. Alleen op die wijze kan de raad de zorgvuldigheid van de proces herleiden en beoordelen.

Antwoord op vraag 4:

Gelet op bovengenoemde antwoorden is het antwoord bevestigend.

Wij vragen bij de organisatie nogmaals aandacht voor het uitvoeren van de afspraken uit de regeling verslaglegging Bergen.